|
Auteur |
Bericht |
Marijked13
Leeftijd: 45 Geslacht: Sterrenbeeld: Studieomgeving (BA): EUR
Berichten: 2
|
Geplaatst: di 18 okt 2016 9:34 Onderwerp: Wie kan mij helpen met deze casus? |
|
|
Beste medestudenten,
Ben net begonnen aan mij studie rechtsgeleerdheid, erg blij mee maar ook best moeilijk soms.
Een van de dingen waar ik veel moeite mee heb is het begrijpen van de casusvragen. Ik heb bijvoorbeeld moeite met het formuleren van de rechtsvraag.
Dit is een voorbeeld van de vragen die ik krijg:
Antoons heeft een vordering op Zenoos. Antoons draagt dez
e vordering op 1 september
2012 over aan Bertrams. Op die dag doet Bertrams ook mededeling aan Zenoos dat de
vordering nu van hem is. Bertrams draagt de vordering vervolgens op 3 september 2012
over aan Clessens. Clessens deelt deze cessie op 3 september m
ee aan Zenoos. Op 5
september wordt de overdracht aan Bertrams door Antoons vernietigd.
Clessens hoefde
bij het aangaan van de overeenkomst met Bertrams niets van de mogelijkheid dat de
overeenkomst Antoons
-
Bertrams vernietigd zou kunnen worden. Hij kon da
arvan ook niets
weten.
Antoons en Clessens vinden allebei dat Zenoos aan hen moet betalen.
Vragen bij casus 1
1.
Wat is de centrale rechtsvraag?
2.
Wat zijn de toepasselijke rechtsregels?
3.
Om welke van deze regels draait het bij de beantwoording van de centrale
rechtsvraag?
4.
Wat zijn de voorwaarden bij dit artikel?
5.
Als aan deze voorwaarden is voldaan, wat is dan het rechtsgevolg?
6.
Toets de casus aan deze voorwaarden.
7.
Wat is het antwoord op de centrale rechtsvraag? Motiveer uw antwoord.
8.
Maakt het voor uw antwoord ui
t als aan Clessens was geleverd door een
geregistreerde onderhandse akte zonder mededeling aan Zenoos?
Alvast bedankt voor het nemen van de moeite! |
|
|
|
|
bona fides
Geslacht:
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22902
|
Geplaatst: wo 19 okt 2016 17:05 Onderwerp: |
|
|
Door de vreemde formattering is de casus moeilijk te lezen.
In het algemeen: de bedoeling van dit soort vragen is om je te helpen bij het oplossen van de casus. Lukt het je om de casus op te lossen? Wie heeft er gelijk: A of C.
Waarom zou A gelijk kunnen hebben?
Waarom zou C gelijk kunnen hebben?
Waar hangt dit vanaf? Nu heb je de centrale rechtsvraag. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
|
|