Content Syndication
|
|
|
|
|
|
  |
Pagina 1 van 1 |
|
|
|
| Auteur |
Bericht |
Nijn
Leeftijd: 39
Geslacht: 
Sterrenbeeld: 
Studieomgeving (BA):
Berichten: 2
|
 Geplaatst: di 20 jan 2009 14:54 Onderwerp: Huur overnemen van zieke ouders |
   |
|
Beste mensen,
Door een bizarre samenloop van omstandigheden zijn mijn bijde ouders ernstig ziek en zullen waarschijnlijk binnen een jaar beide komen te overlijden. (beide de zelfde vorm van kanker)
Mijn zusje (20) en ik (23) zorgen op het moment al een beetje voor onze ouders. Het draait nu nog vooral om zorgen dat alles in het huis blijft draaien. Koken, schoonmaken (de thuiszorg die we 2 uur per week krijgen is volstrekt waardeloos), administratie enz. Echter zal dat waarschijnlijk gaan veranderen naar mate de ziekte verder zijn werk doet.
Mijn zusje doet een HBO studie. Ik zelf een universitaire studie. Hoewel we niet ver van onze school en universiteit af wonen (voor mij 20 minuten, mijn zusje moet ongeveer een half uur tot 3 kwartier reizen), waren wij in een andere (normalere) situatie al lang uit huis gegaan. We staan beiden al sinds ons 18e ingeschreven bij woningnet. Mijn zusje was al bezig een eigen woning te vinden toen we dit nieuws kregen.
Nu komen wij dus de komende periode in een nogal vervelende situatie. Immers, zodra beide ouders overleden zijn zullen wij binnen een maand (of 2?) het huis uit moeten. Wij zijn immers geen medebewoners. Dit betekend voor ons (regio Amsterdam) dat we nu al, terwijl we eigenlijk willen genieten van de laatste maanden met onze ouders, op huizenjacht moeten gaan.
Zeker in de regio Amsterdam is er een enorm woningtekort. Ik sta 5 jaar ingeschreven dus maak nog een kans, maar mijn zusje staat dus pas 2 jaar ingeschreven. Gezien de gemiddelde wachttijd van 8 jaar hier in de regio maakt die dus amper kans op een woning. Het zou dus goed kunnen dat we, ook na het overlijden van onze ouders, nog geen woning hebben. Wellicht dat we dan via de gemeente prioriteit kunnen krijgen, maar dan nog staan we met al onze spullen een tijd op straat.
Daarnaast is het voor mij zelf erg moeilijk om te verhuizen. Ik heb het syndroom van Asperger. Hierdoor ben ik extreem gesteld op een vertrouwde omgeving. Dat is mijn ouderlijk huis dus. Een verhuizing naar een nieuwe omgeving met nieuwe buren, winkels, enz. zou voor mij normaal al heel erg moeilijk zijn. Maar zeker net na het overlijden van mijn ouders een ramp.
Mijn concrete vraag is dus, is het mogelijk om op de een of andere manier de huur over te nemen? En zo ja, wanneer zou dat moeten gebeuren? Ik heb een WAJONG uitkering van 888 euro per maand. Mijn zusje verdient ook nog wat. We zijn dus, met wat wikken en wegen, in staat het huis te betalen. |
|
|
|
|
 |
lawyer
Leeftijd: 46
Geslacht:
Sterrenbeeld: 
Studieomgeving (BA): UU
Studieomgeving (MA): UU
Berichten: 629
|
| Geplaatst: di 20 jan 2009 15:55 Onderwerp: |
|
|
Volgens de wet mag je in ieder geval tot 6 maanden na het overlijden in het gehuurde (de woning) blijven, mits je vóór het overlijden van de hoofdhuurder(s) in de woning je hoofdverblijf had en er sprake was van een duurzame gemeenschappelijke huishouding (zie voor de precieze bewoordingen art. 7:268 BW). Wil je langer blijven dan 6 maanden, dan zul je een daartoe strekkende vordering in moeten dienen bij de Kantonrechter (wellicht te Amsterdam, nu je spreekt over "regio Amsterdam"). Misschien werkt de verhuurder ook wel vrijwillig mee, als je het vriendelijk vraagt en open kaart speelt.
Probleem bij een vordering in rechte is namelijk, dat de Hoge Raad in 1982 (HR 12 maart 1982, NJ 1982, 352; zie ook NJ 1982, 351) heeft bepaald dat ouders en kinderen niet van rechtswege een gemeenschappelijke huishouding hebben, omdat kinderen in het algemeen na verloop van tijd het ouderlijk huis zullen verlaten (de Hoge Raad spreekt over een "aflopende samenlevingssituatie"). De stelplicht dat het anders zou zijn, ligt sinds dat arrest bij de kinderen.
Mogelijk zul je ook zelf een huisvestingsvergunning moeten aanvragen bij de gemeente (bijv. als het huis in de gemeente Amsterdam staat; zie hier).
Zie voor de precieze vereisten voor een succesvolle procedure bij de kantonrechter verder art. 7:268 BW, leden 2 en 3. |
|
|
|
|
|
Nijn
Leeftijd: 39
Geslacht:
Sterrenbeeld:
Studieomgeving (BA):
Berichten: 2
|
| Geplaatst: di 20 jan 2009 21:51 Onderwerp: |
|
|
Bedankt voor je antwoord. Nu blijkt toch dat ik nog te weinig informatie gegeven had. (Wist niet dat de gemeente hier ook wat over te zeggen had enz). We wonen in Amstelveen (net naast Amsterdam). Ik zal nog even nagaan of ik hiervoor een vergunning moet aanvragen.
Wat betreft je antwoord is mij toch nog iets onduidelijk.
Je geeft aan:
| Quote: | | Volgens de wet mag je in ieder geval tot 6 maanden na het overlijden in het gehuurde (de woning) blijven, mits je vóór het overlijden van de hoofdhuurder(s) in de woning je hoofdverblijf had en er sprake was van een duurzame gemeenschappelijke huishouding |
Maar even verder zeg je:
| Quote: |
de Hoge Raad in 1982 (HR 12 maart 1982, NJ 1982, 352; zie ook NJ 1982, 351) heeft bepaald dat ouders en kinderen niet van rechtswege een gemeenschappelijke huishouding hebben, omdat kinderen in het algemeen na verloop van tijd het ouderlijk huis zullen verlaten (de Hoge Raad spreekt over een "aflopende samenlevingssituatie").
|
Nu staat er wel op veel sites dat kinderen 6 maanden kunnen blijven, maar er zijn er ook een aantal die 2 maanden aanhouden. Ik hoop dus dat je begrijpt dat ik hier nog even op in ga.
In het wetsartikel waaraan je refereert staat:
| Quote: | Artikel 268
1. Bij overlijden van de huurder zet de medehuurder de huur als huurder voort. Hij kan de huur binnen zes maanden na het overlijden bij exploot of aangetekende brief opzeggen met ingang van de eerste dag van de tweede maand na de opzegging.
2. De persoon die niet op grond van lid 1 huurder wordt, doch wel in de woonruimte zijn hoofdverblijf heeft en met de overleden huurder een duurzame gemeenschappelijk huishouding heeft gehad, zet de huur voort gedurende zes maanden na het overlijden van de huurder; de tweede zin van lid 1 is van toepassing. Hij zet de huur ook nadien voort, indien de rechter dit heeft bepaald op een daartoe strekkende binnen die termijn ingestelde vordering, en in elk zolang op deze vordering niet onherroepelijk is beslist.
3. De rechter wijst de vordering bedoeld in lid 2 in ieder geval af:
a. indien de eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij aan de vereisten van lid 2 voldoet;
b. indien de eiser vanuit financieel oogpunt onvoldoende waarborg biedt voor een behoorlijke nakoming van de huur;
c. indien het woonruimte betreft waarop hoofdstuk II van de Huisvestingswet van toepassing is, indien de eiser niet een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 7 lid 1 van die wet overlegt.
4. Lid 4, de eerste zin van lid 5 en lid 7 van artikel 267 zijn van overeenkomstige toepassing
5. Komt vast te staan, dat een persoon ten onrechte een beroep op voortzetting van de huur krachtens dit artikel heeft gedaan, dan blijft hij over de tijd gedurende welke hij het genot van de woonruimte heeft gehad jegens de verhuurder aansprakelijk voor de nakoming van de huur die voor hem zou hebben bestaan als hij huurder was geweest. Heeft meer dan één persoon ten onrechte een beroep op voortzetting van de huur gedaan, dan is ieder van hen jegens de verhuurder hoofdelijk aansprakelijk.
6. Zijn er geen personen die krachtens dit artikel de huur voortzetten, dan eindigt deze aan het eind van de tweede maand na het overlijden van de huurder. De erfgenamen zijn bevoegd de huur tegen het eind van de eerste maand na het overlijden van de huurder te doen eindigen. Wanneer de nalatenschap van de huurder ingevolge artikel 13 van Boek 4 wordt verdeeld, komt de bevoegdheid van de erfgenamen, bedoeld in de vorige zin, toe aan zijn echtgenoot of geregistreerde partner.
|
Om de huurwoning 6 maanden te kunnen aanhouden stelt lid 2 als voorwaarde: "De persoon die niet op grond van lid 1 huurder wordt, doch wel in de woonruimte zijn hoofdverblijf heeft en met de overleden huurder een duurzame gemeenschappelijk huishouding heeft gehad". Komt de aflopende samenlevingssituatie hier nog om de bocht kijken? Of mag ik, als kind dat al 20 jaar op dit adres bij zijn ouders woont, zowiezo 6 maanden blijven?
Wat betreft mij in laten schrijven als medehuurder. Kan ik dat nu al proberen? Of kan ik hiermee beter wachten tot na het overlijden van mijn ouders? Ik zal het zeker eerst via de woningbouw proberen, maar die geven ergens op hun website al aan dat een kind nooit een medehuurder kan worden. Op zich vreemd, maar hun instelling in deze lijkt duidelijk. [/quote] |
|
|
|
|
|
Ramonkey
Leeftijd: 45
Geslacht:
Sterrenbeeld: 
Studieomgeving (BA): UvA
Studieomgeving (MA): UvA
Berichten: 2280
|
| Geplaatst: di 20 jan 2009 22:05 Onderwerp: |
|
|
inwonende kinderen worden over het algemeen niet beschouwd als 'samenwoners'. De normale gang van zaken is immers dat zij uiteindelijk zelfstandig gaan wonen. Een uitzondering wordt gemaakt voor gehandicapte kinderen en kinderen die hun ouders verzorgen.
verder zou ik ook hier even kijken:
http://www.hetjl.nl/hetjl/templates/themaart.jsp?versionId=null&pageId=527&nodeId=133&languageId=1
en uiteraard heel veel sterkte, wat een ******situatie.
_________________
Be the change you want to see in the world |
|
|
|
|
|
sam2
Leeftijd: 67
Geslacht: 
Sterrenbeeld:
Berichten: 28
|
| Geplaatst: wo 21 jan 2009 2:21 Onderwerp: |
|
|
| En als een van de dochters medehuurder zou worden? |
|
|
|
|
|
Chantalle
Leeftijd: 41
Geslacht:
Sterrenbeeld: 
Studieomgeving (BA): UU
Studieomgeving (MA): UU
Berichten: 552
|
| Geplaatst: wo 21 jan 2009 7:27 Onderwerp: |
|
|
Als 1 van de meerderjarige kinderen medehuurder wordt, kan de huur worden overgenomen.
| Quote: | Artikel 7:268 BW
1
Bij overlijden van huurder zet de medehuurder de huur als huurder voort. Hij kan de huur binnen zes maanden na het overlijden bij exploot of aangetekende brief opzeggen met ingang van eerste dag van tweede maand na de opzegging. |
Maar dan zit je met hetzelfde probleem van "duurzame gemeenschappelijke huishouding". Zo'n verzoek tot medehuurderschap kun je indienen bij de verhuurder, en anders:
| Quote: | Artikel 7:267 BW
1
Indien op het gezamenlijk verzoek van huurder en van andere persoon die in woonruimte zijn hoofdverblijf heeft en met huurder een duurzame gemeenschappelijke huishouding heeft, alsmede van medehuurder wanneer die er is, de verhuurder niet binnen 3 maanden schriftelijk heeft verklaard er mede in te stemmen dat die andere persoon medehuurder zal zijn, kunnen de huurder en die andere persoon, alsmede een medehuurder wanneer die er is, gezamenlijk verzoeken dat de rechter zal bepalen dat deze persoon met ingang van in vonnis te bepalen tijdstip medehuurder zal zijn. |
|
|
|
|
|
|
|
|
| |
Pagina 1 van 1 |
|
|
U mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen
U mag geen reacties plaatsen
U mag uw berichten niet bewerken
U mag uw berichten niet verwijderen
U mag niet stemmen in polls
|
|
|
|
