|
Auteur |
Bericht |
ArieKanarie
Leeftijd: 36 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UM
Berichten: 331
|
Geplaatst: vr 17 feb 2012 20:24 Onderwerp: Pleitnota bij comparitie kantonrechter consumentenkoop |
|
|
Hallo allemaal,
Een korte vraag: mag je een pleitnota aanleveren en een pleidooi houden bij een comparitie bij de kantonrechter inzake een consumentenkoop? Of moet je daartoe een aanvraag doen? Ik heb namelijk hier geen ervaring mee.
Bij voorbaat bedankt. |
|
|
|
 |
Guthman
Leeftijd: 33 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): HvA
Berichten: 436
|
Geplaatst: vr 17 feb 2012 20:52 Onderwerp: |
|
|
Handleiding Regie vanaf de conclusie van antwoord:
Quote: | 13. Instructie: wel of niet pleiten?
In deze aantekening wordt met pleiten niet elk beargumenteren op onderdelen van de zaak door advocaten bedoeld. Het woord pleiten duidt in deze handleiding in beginsel alleen op het juridisch beargumenteren van de zaak aan de hand van een voorbereide, uitgeschreven pleitnotitie. Het wettelijk uitgangspunt is dat de comparitie een volwaardige mondelinge behandeling is (zie ook nr 41) en dat het debat tussen partijen ter comparitie wordt afgerond (art. 132 Rv). Bij dit uitgangspunt past dat tijdens de informatiefase van de zitting (zie nr 19, onderdeel 2) niet alleen feitelijke informatie aan de orde is, maar dat er ook ruimte moet worden geboden voor juridische argumentatie (zie nr 52). Voor het verstrekken van inlichtingen waaraan de rechter behoefte heeft, de feitengaring (zie art. 87 Rv), geldt doorgaans dat een nadere inkleuring door partijen zelf verhelderend werkt en nuances geeft die nog niet naar voren waren gekomen. Het is onvermijdelijk dat daarbij ook feiten aan de orde komen die al bekend waren uit de stukken. In de praktijk zijn bij de feitengaring de partijen veel aan het woord: zij waren erbij en kunnen – vaak ook in reactie op elkaar – gedetailleerd antwoorden op vragen naar nuances. Bij de juridische argumentatie ligt dit anders. De juridische duiding van de feiten en onderbouwing van de eis en het verweer zijn – als het goed is – al uit de doeken gedaan in dagvaarding en conclusie van antwoord. Het komt zelden voor dat deze juridische argumentatie ineens wezenlijk anders wordt door wat ter zitting over de feiten wordt gezegd. Daarom bestaat over het algemeen niet veel noodzaak tot en behoefte aan nadere juridische argumentatie. Daarbij sluit aan de regel van art. 134 Rv dat als partijen op een comparitie na antwoord hun standpunt in voldoende mate mondeling uiteen hebben kunnen zetten (vermeld dit eventueel in het proces-verbaal: nr 92), de rechter kan bepalen dat er geen gelegenheid zal worden gegeven voor pleidooien. Als uitgangspunt wordt daarom gekozen dat het pleiten ter comparitie – in de in deze handleiding bedoelde zin – niet plaatsvindt. Dit zal immers, als dagvaarding en conclusie van antwoord goed zijn opgesteld en er zonodig een toelichting ter comparitie is gegeven (zie bijvoorbeeld de nrs 50, 52 en 53), neerkomen op een overbodige herhaling. De aankondiging in het comparitievonnis dat er gepleit mag worden, houdt een systeem in stand dat door geen van de professionele procesdeelnemers gewaardeerd lijkt te worden. Het leidt soms tot onnodig tijdverlies, waardoor te weinig ruimte overblijft voor de feitelijke én juridische toelichting op de onderdelen waar die toelichting nodig is en voor onderhandelingen tussen de partijen. De kans bestaat bovendien dat juist met het oog op een pleidooigelegenheid ter comparitie in de eerste schriftelijke ronde niet alle kaarten op tafel gelegd worden, hetgeen haaks staat op het wettelijk uitgangspunt (substantiëringsplicht).
De vorenbedoelde uitgangspunten gelden ook bij de kantonsectoren. Uit het commentaar bij artikel 5.1 en artikel 5.2 LRK blijkt dat, behoudens bijzondere omstandigheden, geen gelegenheid voor pleidooien gegeven wordt. Dat betekent dus dat de gemachtigde indien hij/zij dat wenst, de gelegenheid geboden moet worden voor juridische argumentatie. |
http://www.rechtspraak.nl/Procedures/Landelijke-regelingen/Sector-kantonrecht/Documents/Handleidingregievanafdeconclusievanantwoord2eversieseptember2009.pdf
Rolreglement:
Quote: | 5 PLEIDOOI
5.1 Verzoek pleidooi
De rechter beslist op een verzoek van een of beide partijen om in de zaak te mogen pleiten binnen twee weken nadat het verzoek is gedaan. Indien hij het verzoek afwijst, bepaalt hij tevens een datum waarop het vonnis zal worden uitgesproken.
5.2 Beslissing op verzoek
Het verzoek om te mogen pleiten wordt toegestaan tenzij in de zaak reeds een comparitie van partijen is gehouden en geen sprake is van bijzondere omstandigheden die een mondelinge toelichting alsnog rechtvaardigen of bij inwilliging van het verzoek een onredelijke vertraging van de procedure valt te vrezen. |
http://www.rechtspraak.nl/Procedures/Landelijke-regelingen/Sector-kantonrecht/Documents/Rolreglementkanton20081011.pdf |
|
|
|
 |
ArieKanarie
Leeftijd: 36 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UM
Berichten: 331
|
Geplaatst: za 18 feb 2012 11:33 Onderwerp: |
|
|
Vriendelijk bedankt voor je reactie. De handleiding vormt een welkome bron van informatie. |
|
|
|
 |
StevenK Moderator
Leeftijd: 52 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): OU Studieomgeving (MA): OU Berichten: 4108
|
Geplaatst: za 18 feb 2012 20:03 Onderwerp: |
|
|
Zeker bij de sector kanton is er geen ruimte voor pleidooien of pleitnota's op een comparitie. |
|
|
|
 |
|