Vordering tot levering registergoed, verjaard? Erkenning?

[Flrs]

Ha allen,

Ik ben bezig met een theoretisch vraagstukje en ben benieuw of iemand daar ideeen over heeft.

Stel, er is in 2000 een erfpachtovereenkomst gesloten tussen A en B (A erfpachter, B erfverpachter). Deze overeenkomst is rechtsgeldig en in deze overeenkomst staat vermeld: de erfpachtakte zal op 1 januari 2001 door notaris X verleden worden.
De akte wordt nooit gepasseerd. Desalniettemin wordt wel jaarlijks de canon gevorderd door B en betaald door A, en gebruikt A ook de desbetreffende grond waar het erfpachtrecht op gevestigd moet worden. Het is inmiddels 2010, A wil nakoming van de overeenkomst, te weten: levering van het registergoed (erfpacht).

Kan B stellen dat de vordering tot nakoming ex 3:307 BW verjaard is? Of zal dit stuiten door de impliciete erkenning ex 3:318, doordat B jaarlijks de canon vordert en A deze betaalt?

Mocht het zo zijn dat de vordering tot nakoming (levering) verjaard is, kan men dan stellen dat, gezien de feiten (er wordt een X bedrag betaald voor de ingebruikname van het perceel) sprake is van een huurovereenkomst (deze hoeft immers niet expliciet te zijn overeengekomen)?

Bij voorbaat dank!

[Doremi]

En wat dacht je ervan om te wachten tot 1 januari 2011? Erfpacht kan ook ontstaan door verkrijgende verjaring, dat wil zeggen door onafgebroken bezit te goeder trouw van 10 jaren (art. 3:99 BW).

[Flrs]

Dank! Ik heb daar zelf ook aan gedacht: Het feit dat het erfpachtrecht niet tot stand is gekomen en deze dientengevolge ook niet in de openbare registers staat, staat daar m.i. aan in de weg.

Wil A zich op te goeder trouw beroepen dan moet zij de openbare registers hebben geraadpleegd..