|
Auteur |
Bericht |
MarijnP
Leeftijd: 37 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): EUR Studieomgeving (MA): EUR Berichten: 321
|
Geplaatst: ma 05 jul 2010 21:37 Onderwerp: Doorzoeking woning door de RC op grond van art. 110 RV |
|
|
De RC kan ter inbeslagneming elke plaats doorzoeken op grond van art. 110 RV. Op basis van dat artikel kan hij dus ook woningen doorzoeken. Hij moet hierbij wel de Algemene Wet op het binnentreden respecteren, aldus Corstens. Bedoelt Corstens hiermee dat de RC voor het binnentreden van een woning een machtiging nodig heeft als bedoeld in art. 2 Awbi? Of doelt hij alleen op de eisen van het legitimeren etc?
In eerste instantie lijkt deze bevoegdheid van de RC niet onder de uitzondering van artikel 2 Awbi te vallen (hem wordt niet expliciet de bevoegdheid gegeven om zonder machtiging een woning binnen te treden), maar toch twijfel ik eraan. Het is me allemaal niet heel duidelijk. Als iemand weet hoe het zit, dan hoor ik het dus graag . |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: di 06 jul 2010 2:21 Onderwerp: |
|
|
Sv?
Corstens bedoelt dat er nog steeds aan de voorwaarden van de Awbi moet worden voldaan.
De Awbi kent geen bevoegdheid toe om binnen te treden; daar is (onder meer) art. 110 Sv voor.
Het lijkt me dat art. 110 lid 1 Sv een wettelijke bevoegdheid is als bedoeld in art. 2 lid 1 Awbi. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
Phoenix Wright
Leeftijd: 52 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): RUG Studieomgeving (MA): RUG Berichten: 13
|
Geplaatst: di 06 jul 2010 12:44 Onderwerp: |
|
|
MarijnP schreef: | In eerste instantie lijkt deze bevoegdheid van de RC niet onder de uitzondering van artikel 2 Awbi te vallen (hem wordt niet expliciet de bevoegdheid gegeven om zonder machtiging een woning binnen te treden), maar toch twijfel ik eraan. |
Juist.
bona fides schreef: | Het lijkt me dat art. 110 lid 1 Sv een wettelijke bevoegdheid is als bedoeld in art. 2 lid 1 Awbi. |
Onjuist.
Een (strikte) uitleg naar de letter van de wet brengt mee dat de R-C krachtens art. 110 WvSv niet (expliciet) bevoegd is tot het betreden van een woning zonder toestemming van de bewoner.
Art. 2 lid 1 Awbi vereist een machtiging "tenzij en voor zover bij wet aan rechters, rechterlijke colleges, (...) de bevoegdheid is toegekend tot het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner". De R-C betreft een rechter en is tevens onderdeel van een rechterlijk college. Echter, art. 110 WvSv geeft de R-C (slechts) de bevoegdheid tot het doorzoeken van elke plaats (daaronder valt ook de woning) ter inbeslagneming. Het art. geeft daarbij niet expliciet de bevoegdheid dat dit kan geschieden zonder toestemming van de bewoner, althans voor zover het om een woning zou gaan. In lid 3 worden de artt. 98, 99 en 99a WvSv van overeenkomstige toepassing verklaard. Echter, ook in die artt. wordt (de R-C) niet de expliciete bevoegdheid gegeven om een woning te betreden zonder toestemming van de bewoner.
In zoverre is hetgeen gesteld door bona i.i.g. onjuist.
Ik heb momenteel geen handboeken (Corstens biedt ook m.i. op dit punt geen (ondubbelzinnige) duidelijkheid) of T&C bij de hand, maar ik vraag mij het volgende af. Duidelijk is dat art. 110 WvSv geen grondslag biedt, zoals ik net heb uitgelegd.
Maar wanneer je kijkt naar art. 97 WvSv, dan biedt dit art. wellicht mogelijkheden, al hoewel ik moet zeggen dat ik daar over twijfel. In art. 97 WvSv wordt de OvJ expliciet de bevoegdheid toegekend om zonder toestemming van de bewoner een woning te betreden (zie lid 1 sub a). Ook bepaalt dit art. dat dit mogelijk is "bij dringende noodzakelijkheid en indien het optreden van de rechter-commissaris niet kan worden afgewacht". Dit zou kunnen implicieren dat de R-C o.b.v. art. 97 (lid 1) WvSv - en derhalve niet krachtens art. 110 WvSv - de bevoegdheid heeft om zonder toestemming een woning te betreden. Lid 2 bepaalt vervolgens dat de OvJ deze bevoegdheid kan uitoefenen na verkrijging van een machting van de R-C. Vreemd zou dan zijn, dat de R-C de OvJ wel kan machtigen om een woning zonder toestemming te betreden, maar zelf niet de bevoegdheid geniet om een woning zonder toestemming van de bewoner te betreden. Een andere uitleg zou echter kunnen zijn dat met de zinsnede "indien het optreden van de rechter-commissaris niet kan worden afgewacht" wordt verwezen naar art. 110 WvSv. Met andere woorden, dat wanneer het optreden van de R-C wel kan worden afgewacht, dat deze (lees: de R-C) de bevoegdheid dan uitoefent op grondslag van art. 110 WvSv (en niet art. 97 WvSv) wat dus tot de conclusie leidt dat hij hiertoe niet expliciet bevoegd is. (Ik zal v.w.b. de verhouding van art. 97 WvSv in deze context de literatuur er nog even op naslaan wanneer ik tijd heb)
Tot slot. Dat is materie die wij in Groningen hebben behandeld in het mastervak Strafprocesrecht Dwangmiddelen; buitengewoon interessant maar wel meer geschikt voor de gevorderde (master) studenten. Voor meer vragen ben ik uiteraard altijd beschikbaar. _________________ - .: Ace Attorney :. - |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: di 06 jul 2010 13:39 Onderwerp: |
|
|
Phoenix Wright schreef: | Echter, art. 110 WvSv geeft de R-C (slechts) de bevoegdheid tot het doorzoeken van elke plaats (daaronder valt ook de woning) ter inbeslagneming. Het art. geeft daarbij niet expliciet de bevoegdheid dat dit kan geschieden zonder toestemming van de bewoner, althans voor zover het om een woning zou gaan. In lid 3 worden de artt. 98, 99 en 99a WvSv van overeenkomstige toepassing verklaard. Echter, ook in die artt. wordt (de R-C) niet de expliciete bevoegdheid gegeven om een woning te betreden zonder toestemming van de bewoner.
In zoverre is hetgeen gesteld door bona i.i.g. onjuist. |
Kun je me dan vertellen waar de R-C dan wél de bevoegdheid vandaan haalt om binnen te treden? De Awbi geeft hem die bevoegdheid niet. Als art. 110 Sv dat niet doet, welk artikel dan wel?
Quote: | Ik heb momenteel geen handboeken (Corstens biedt ook m.i. op dit punt geen (ondubbelzinnige) duidelijkheid) of T&C bij de hand, maar ik vraag mij het volgende af. Duidelijk is dat art. 110 WvSv geen grondslag biedt, zoals ik net heb uitgelegd. |
Jouw ongeclausuleerde oordeel dat art. 110 Sv geen grondslag biedt is dus slechts gebaseerd op een persoonlijke mening? Het lijkt mij beter om dergelijke oordelen in de toekomst te clausuleren met iets als "volgens mij".
Quote: | Maar wanneer je kijkt naar art. 97 WvSv, dan biedt dit art. wellicht mogelijkheden, al hoewel ik moet zeggen dat ik daar over twijfel. |
Dat is wel héél ver gezocht. Wat is er mis met "bevoegdheid tot doorzoeken van een plaats impliceert de bevoegdheid tot binnentreden van die plaats"?
Het lijkt me dat je in het vervolg van je bericht tot de bijna dwingende conclusie komt dat art. 110 Sv een grondslag biedt, ook al laat je na die conclusie te trekken. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
Phoenix Wright
Leeftijd: 52 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): RUG Studieomgeving (MA): RUG Berichten: 13
|
Geplaatst: di 06 jul 2010 14:16 Onderwerp: |
|
|
bona fides schreef: |
Kun je me dan vertellen waar de R-C dan wél de bevoegdheid vandaan haalt om binnen te treden? De Awbi geeft hem die bevoegdheid niet. Als art. 110 Sv dat niet doet, welk artikel dan wel? |
Ik merk dat je de systematiek niet onder de knie hebt. Bovendien begrijp je de vraag van de TS niet. Art. 110 WvSv geeft de de R-C de bevoegdheid (de woning) binnen te treden ter inbeslagneming. Echter, deze geeft niet de bevoegdheid om dit te doen zonder toestemming van de bewoner; daar is dus een machtiging voor nodig.
Je moet twee bevoegdheden van elkaar onderscheiden; enerzijds de bevoegdheid tot binnentreden en anderzijds om deze bevoegdheid te bezigen zonder toestemming (lees: derhalve zonder machtiging).
Wellicht moet je je daar nog wat nader inverdiepen.
bona fides schreef: | Jouw ongeclausuleerde oordeel dat art. 110 Sv geen grondslag biedt is dus slechts gebaseerd op een persoonlijke mening? Het lijkt mij beter om dergelijke oordelen in de toekomst te clausuleren met iets als "volgens mij". |
Nogmaals: je begrijpt de systematiek niet. Het simpelweg lezen van de relevante wetsartikelen leidt al tot de conclusie dat art. 110 WvSv niet de juiste grondslag biedt om zonder toemstemming van de bewoner een woning te betreden. Dit art. geeft slechts de bevoegdheid tot het betreden. Ik denk dat het verstandig is dat je art. 2 Awbi nog eens goed bestudeerd in samenhang met art. 110 WvSv (en evt. 97 WvSv). Ik ga dit niet opnieuw uitleggen omdat jij kennelijk niet in staat bent om de wet goed te lezen.
Als je uberhaubt goed had gelezen, had je ook kunnen concluderen dat mijn - volgens jou - 'ongeclausuleerde mening' slaat op de toepassing van art. 97 WvSv in de context van art. 2 Awbi.
bona fides schreef: | Dat is wel héél ver gezocht. Wat is er mis met "bevoegdheid tot doorzoeken van een plaats impliceert de bevoegdheid tot binnentreden van die plaats"?
Het lijkt me dat je in het vervolg van je bericht tot de bijna dwingende conclusie komt dat art. 110 Sv een grondslag biedt, ook al laat je na die conclusie te trekken. |
Hier blijkt ook weer duidelijk uit dat je in je studie nog niet dusdanig ver bent dat je begrijpt hoe deze systematiek in elkaar zit.
Ik maak nogmaals het onderscheid:
- enerzijds de bevoegdheid tot het betreden van de woning (an sich); zegt dus niets over toestemming, en
- anderzijds het betreden van de woning zonder toestemming van de bewoner; waar heb je anders nog een Awbi voor nodig?
Het is niet verstandig om anderen te bekritiseren wanneer je zelf duidelijk over onvoldoende kennis beschikt mtrent het specifieke onderwerp.  _________________ - .: Ace Attorney :. - |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: di 06 jul 2010 14:51 Onderwerp: |
|
|
Phoenix Wright schreef: | Ik merk dat je de systematiek niet onder de knie hebt. |
Ha! Ik merk dat jij een veel te hoge dunk hebt van jezelf.
Allereerst: hoe logisch is het dat een R-C een machtiging nodig heeft die door de OvJ kan worden verstrekt?
Quote: | Bovendien begrijp je de vraag van de TS niet. Art. 110 WvSv geeft de de R-C de bevoegdheid (de woning) binnen te treden ter inbeslagneming. Echter, deze geeft niet de bevoegdheid om dit te doen zonder toestemming van de bewoner; daar is dus een machtiging voor nodig. |
Ik denk dat je je hierin vergist. Een wettelijke bevoegdheid om een bepaalde plaats te betreden impliceert de bevoegdheid om die plaats zonder toestemming van de eigenaar/huurder/gebruiker te betreden. Als je toestemming hebt, heb je geen expliciete bevoegdheid meer nodig.
Quote: | Je moet twee bevoegdheden van elkaar onderscheiden; enerzijds de bevoegdheid tot binnentreden en anderzijds om deze bevoegdheid te bezigen zonder toestemming (lees: derhalve zonder machtiging).
Wellicht moet je je daar nog wat nader inverdiepen. |
Ja, dat onderscheid bestaat dus niet.
Vergelijk ook eens art. 110 lid 1 Sv met art. 96c lid 1 Sv ("elke plaats, met uitzondering van een woning zonder toestemming van de bewoner"). Lijkt me duidelijk... _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: di 06 jul 2010 15:02 Onderwerp: |
|
|
Voor de lol, Rb. Den Haag 26 juni 2008, LJN BD5996:
Quote: | Klagers hebben aangevoerd dat de inbeslagneming onrechtmatig is geweest, omdat er geen machtiging tot binnentreden van de woning aanwezig was. De rechtbank merkt allereerst op dat voor de doorzoeking onder leiding van de rechter-commissaris geen machtiging tot binnentreden was vereist (artikel 110 Sv in combinatie met artikel 2, eerste lid, van de Algemene wet op het binnentreden). (...) |
Om zonder toestemming een woning te betreden, heb je allereerst de bevoegdheid nodig om die woning te betreden. Heb je eenmaal die bevoegdheid, dan heb je geen toestemming meer nodig, maar moet je nog wel voldoen aan de eisen die de Awbi stelt. De Awbi vereist in beginsel een machtiging in het geval de bewoner geen toestemming geeft, maar (onder meer) de R-C heeft zo'n machtiging niet nodig. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet.
Laatst aangepast door bona fides op di 06 jul 2010 15:10, in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
 |
Phoenix Wright
Leeftijd: 52 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): RUG Studieomgeving (MA): RUG Berichten: 13
|
Geplaatst: di 06 jul 2010 15:06 Onderwerp: |
|
|
bona fides schreef: |
Ha! Ik merk dat jij een veel te hoge dunk hebt van jezelf. |
Integendeel! Wanneer ik naar je overige posts kijk (in veel gevallen ongenuanceerd en te kort door de bocht) dan merk ik dat jij denkt dat je het 'juridische haantje' bent op dit forum. Helaas, ik moet je teleurstellen. Wat dat betreft is het beter dat je nog wat dieper in de studieboeken duikt.
Nu on-topic:
Ik begrijp dat het voor de TS inmiddels duidelijk is, aangezien hij vanaf het begin al in de juiste richting zat.
Ik zal deze gelegenheid aangrijpen om e.e.a. nog speciaal te verduidelijken voor bona aangezien hij blijkbaar moeite heeft met deze materie.
Art. 110 WvSv schept de bevoegdheid voor de R-C (i.g.v. GVO ambtshalve; anders vord. OvJ) om ter inbeslagneming elke plaats te doorzoeken. Onder elke plaats valt dus ook de woning. Dat betekent dat er een bevoegdheid is voor de R-C om een woning te doorzoeken. Dit doorzoeken mag slechts dienstig zijn aan het dwangmiddelen inbeslagneming. In zoverre is er dus sprake van een steunbevoegdheid.
Het doorzoeken van een woning impliceert uiteraard ook de bevoegdheid tot het betreden van een bewoning. Echter, en nu goed opletten bona, de bevoegdheid tot het betreden van een woning brengt niet mee zich mee dat dit per definitie zonder toestemming van de bewoner mag gebeuren.
Om die gevallen aan regels te binden hebben we de Awbi.
Art. 2 lid 1 Awbi stelt vervolgens:
"Voor het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner is een schriftelijke machtiging vereist, tenzij en voor zover bij wet aan rechters, rechterlijke colleges, leden van het openbaar ministerie, burgemeesters, gerechtsdeurwaarders en belastingdeurwaarders de bevoegdheid is toegekend tot het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner. De machtiging wordt zo mogelijk getoond."
Met andere woorden: om zonder toestemming van de bewoner diens woning te betreden is een machtiging vereist. En nu weer goed opletten bona. Die machtiging geldt niet wanneer de bevoegdheid tot het binnentreden in een woning zonder toestemming bij wet is gegeven aan, bijv. i.c., de R-C. Echter, let goed op, art. 110 WvSv geeft de R-C niet de bevoegdheid om zonder toestemming van de bewoner binnen te treden, maar slechts de bevoegdheid om een bewoning te binnen te treden (an sich). Hier valt dus uit af te leiden - wanneer je de wet goed leest bona - dat de R-C uitsluitend bevoegd is om de woning zonder toestemming te betreden - i.g.v. de grondslag op art. 110 WvSv berust - wanneer hij over een vereiste machtiging beschikt ex art. 2 lid 1 jo. 3 Awbi. Wanneer de bewoner toestemming geeft is er uiteraard niets aan de hand, maar we gaan er hier vanuit - zoals TS stelt - dat de bewoner deze toestemming niet heeft gegeven.
Leken en (propedeuse)studenten (HBO-rechten o.i.d.) moeten het nu zelfs begrijpen, dus wanneer jij het nu nog niet begrijpt, ben ik bang dat dat toch echt aan jou ligt. Ook is voor deze constatering geen literatuur nodig, een simpele lezing van de wet is voldoende. Dus je opmerking 'ongeclausuleerde mening' slaat de plank compleet los.
Dan ga ik nu verder met art. 97 WvSv.
Nu art. 110 WvSv die grondslag niet biedt, is de vraag of art. 97 WvSv die grondslag wel biedt. Maar dit is onduidelijk. Hiervoor verwijs ik naar hetgeen ik eerder heb gesteld:
In art. 97 WvSv wordt de OvJ expliciet de bevoegdheid toegekend om zonder toestemming van de bewoner een woning te betreden (zie lid 1 sub a). Ook bepaalt dit art. dat dit mogelijk is "bij dringende noodzakelijkheid en indien het optreden van de rechter-commissaris niet kan worden afgewacht". Dit zou kunnen implicieren dat de R-C o.b.v. art. 97 (lid 1) WvSv - en derhalve niet krachtens art. 110 WvSv - de bevoegdheid heeft om zonder toestemming een woning te betreden. Lid 2 bepaalt vervolgens dat de OvJ deze bevoegdheid kan uitoefenen na verkrijging van een machting van de R-C. Vreemd zou dan zijn, dat de R-C de OvJ wel kan machtigen om een woning zonder toestemming te betreden, maar zelf niet de bevoegdheid geniet om een woning zonder toestemming van de bewoner te betreden. Een andere uitleg zou echter kunnen zijn dat met de zinsnede "indien het optreden van de rechter-commissaris niet kan worden afgewacht" wordt verwezen naar art. 110 WvSv. Met andere woorden, dat wanneer het optreden van de R-C wel kan worden afgewacht, dat deze (lees: de R-C) de bevoegdheid dan uitoefent op grondslag van art. 110 WvSv (en niet art. 97 WvSv) wat dus tot de conclusie leidt dat hij hiertoe niet expliciet bevoegd is. _________________ - .: Ace Attorney :. - |
|
|
|
 |
Phoenix Wright
Leeftijd: 52 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): RUG Studieomgeving (MA): RUG Berichten: 13
|
Geplaatst: di 06 jul 2010 15:09 Onderwerp: |
|
|
bona fides schreef: | Ik denk dat je je hierin vergist. Een wettelijke bevoegdheid om een bepaalde plaats te betreden impliceert de bevoegdheid om die plaats zonder toestemming van de eigenaar/huurder/gebruiker te betreden. |
Zeer onjuist. Hiermee zet je de Awbi compleet buiten spel. Het doel van de Awbi is juist om het binnentreden (zonder toestemming) te reguleren. In eerste plaats dient er sprake te zijn van een ambtenaar die uberhaupt bevoegd is tot binnentreden, daarnaast is dan de vraag aan de orde of hier in een specifiek geval een machtiging voor is. _________________ - .: Ace Attorney :. - |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: di 06 jul 2010 15:11 Onderwerp: |
|
|
En hoe leg je LJN BD5996 nu uit?  _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
BartjeD
Leeftijd: 36 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UL
Berichten: 173
|
Geplaatst: di 06 jul 2010 15:59 Onderwerp: |
|
|
Quote: | Integendeel! Wanneer ik naar je overige posts kijk (in veel gevallen ongenuanceerd en te kort door de bocht) dan merk ik dat jij denkt dat je het 'juridische haantje' bent op dit forum. Helaas, ik moet je teleurstellen. Wat dat betreft is het beter dat je nog wat dieper in de studieboeken duikt. |
En wat staat er in de ondertekening van de boodschap:
Quote: | - .: Ace Attorney :. - |
Dit ter zijde,
Ik vind als ik deze post zo lees dat het niet Bona Fides is zich als haantje de "betweter" opstelt. Onderscheid op basis van HBO / Universitair etc.. is volledig irrelevant in deze discussie.
Overigens is de Universiteit Leiden de meest gerenommeerde juridische faculteit in NL
Aanvallen op de bekwaamheid van een persoon op dit Forum zijn ook volledig overbodig omdat het er niet om gaat dat je leuke implicaties over een persoon kunt verzinnen maar of je de casus goed kunt oplossen en onderbouwen.
Dat betekent niet dat een van jullie gelijk of ongelijk heeft, daar ga ik me niet over uitlaten zonder alles grondig te lezen.
Gelieve echter dat de geplaatste boodschap zich conformeert aan de Regels en zo ook het op dit "Forum" gewoonlijke fatsoen.
Laatst aangepast door BartjeD op wo 07 jul 2010 17:26, in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: di 06 jul 2010 16:04 Onderwerp: |
|
|
Phoenix Wright schreef: | Het doorzoeken van een woning impliceert uiteraard ook de bevoegdheid tot het betreden van een bewoning. Echter, en nu goed opletten bona, de bevoegdheid tot het betreden van een woning brengt niet mee zich mee dat dit per definitie zonder toestemming van de bewoner mag gebeuren.
Om die gevallen aan regels te binden hebben we de Awbi. |
Hier maak je de fundamentele fout dat je denkt dat de Awbi bevoegdheden toekent. Dat doet de Awbi nu juist niet.
De Awbi stelt slechts eisen aan de uitvoering van het binnentreden. Een soort vormvoorschriften. Wie de bevoegheid heeft om binnen te treden, moet de regeltjes van de Awbi in acht nemen. In het bijzonder heeft hij of zij onder omstandigheden een machtiging nodig.
Als art. 110 Sv de R-C niet de bevoegdheid toekent om "zonder toestemming" een woning te betreden, wat geeft hem die bevoegdheid dan wel? Een machtiging op grond van de Awbi volstaat daartoe zeker niet. Een machtiging impliceert geen toestemming van de bewoner. Een machtiging kan ook niet dienen ter vervanging van toestemming. Als een R-C niet reeds op grond van art. 110 Sv bevoegd zou zijn zonder toestemming een woning te betreden, dan mag hij die woning zonder toestemming ook met machtiging niet in. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: di 06 jul 2010 23:10 Onderwerp: |
|
|
Corstens, paragraaf 14.23 schreef: | Rechters, rechterlijke colleges en leden van het openbaar ministerie behoeven om woningen te betreden geen verdere legitimatie (art. 2 lid 1 Awbi). Als de desbetreffende wetsbepaling hun toestaat elke plaats te betreden en woningen niet uitdrukkelijk zijn uitgezonderd, mogen zij ook woningen betreden. |
Als voorbeeld van zo'n wetsbepaling noemt Corstens art. 110 Sv. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
cia76
Leeftijd: 89 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UvA Studieomgeving (MA): UvA Berichten: 1828
|
Geplaatst: vr 09 jul 2010 9:49 Onderwerp: |
|
|
Phoenix Wright schreef: |
Een (strikte) uitleg naar de letter van de wet brengt mee dat de R-C krachtens art. 110 WvSv niet (expliciet) bevoegd is tot het betreden van een woning zonder toestemming van de bewoner.
Art. 2 lid 1 Awbi vereist een machtiging "tenzij en voor zover bij wet aan rechters, rechterlijke colleges, (...) de bevoegdheid is toegekend tot het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner". De R-C betreft een rechter en is tevens onderdeel van een rechterlijk college. Echter, art. 110 WvSv geeft de R-C (slechts) de bevoegdheid tot het doorzoeken van elke plaats (daaronder valt ook de woning) ter inbeslagneming. Het art. geeft daarbij niet expliciet de bevoegdheid dat dit kan geschieden zonder toestemming van de bewoner,......." |
Het verhaal over het al dan niet expliciet verleend zijn van de bevoegdheid om zonder toestemming van de bewoner binnen te mogen treden gaat niet op.
Zie voor een wetsbepaling die wel expliciet de bevoegdheid verleend om zonder toestemming van een bewoner de woning binnen te treden artikel 100a lid 2 Wonw. Het is toch voor deze ambtenaren nog steeds noodzakelijk dat zij een machtiging hebben wanneer de bewoner geen toestemming verleend.
Het had handig geweest dat de wet duidelijker had omschreven dat de machtiging kennelijk niet vereist is voor rechters. Dit moet kennelijk in artikel 2 lid 1 Awob worden gelezen. Ik vind die Awob niet uitblinken in superduidelijkheid.
Samengevat zit het volgens mij zo:
1. Er is in beginsel een machtiging nodig om zonder toestemming van bewoner binnen te treden.
2. Deze machtiging kan alleen worden afgegeven aan degenen die bij of krachtens de wet bevoegd zijn verklaard om zonder toestemming binnen te treden.
3. Als degenen die bevoegd zijn verklaard om zonder toestemming binnen te treden ook genoemd staan in artikel 2 lid 1 Awob, is een machtiging niet vereist. |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: vr 09 jul 2010 11:29 Onderwerp: |
|
|
Ik zou zeggen:
1. met toestemming van de bewoner mag een ieder een kopje koffie komen drinken.
2. om binnen te treden zonder toestemming is een wettelijke bevoegdheid nodig om binnen te treden.
3. is er een wettelijke bevoegdheid om binnen te treden, dan dient bij de uitvoering van die bevoegdheid de Awbi in acht te worden genomen.
4. de Awbi vereist in beginsel een machtiging indien de bewoner geen toestemming geeft.
5. hierop wordt een uitzondering gemaakt voor leden van het OM en rechters.
Aan 4 en 5 kom je pas toe als er een wettelijke bevoegdheid tot binnentreden van een woning is. Zo'n wettelijke bevoegdheid tot binnentreden van een woning is altijd een wettelijke bevoegdheid tot binnentreden van een woning "zonder toestemming van de bewoner".
Dat art. 2 lid 1 Awbi expliciet vermeldt "zonder toestemming van de bewoner" is m.i. wat ongelukkig, want kan voor verwarring zorgen zoals we in deze draad hebben gezien.
Een verleende machtiging geeft dus niet het recht of de bevoegdheid om binnen te treden. Die bevoegdheid steunt ergens anders op. Het hebben van een machtiging is niet meer dan een soort vormvereiste. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
|