Geschil m.b.t. de omvang van een overeenkomst

[J.W.Student]

Beste forumleden,

Mijn vader runt een restauratie/taxatiebedrijf voor o.a. schilderijen, nu doet zich het volgende voor: een mevrouw breng in januari 2005 een negental schilderijen de firma van mijn vader met het verzoek of hij deze wou taxeren en restaureren. Mevrouw en mijn vader kwamen aldus mondeling overeen dat hij de schilderijen zou taxeren en restaureren.
Bij een volgend bezoek van mevrouw aan de firma van mijn vader stelt mevrouw financiële problemen te hebben. Zij verzochtt mijn vader derhalve om eerst 3 schilderijen (t.w.v. 3200 euro) af te rekenen en na een half jaar het restbedrag c.q. 3100 euro te betalen. Hier ging mijn vader mee akkoord.

Nadat mijn vader tevergeefs het verschuldigde bedrag heeft getracht te vorderen van mevrouw (d.m.v. een deurwaarder), stelt mevrouw dat ze nooit de opdracht heeft gegeven voor de restauratie van alle 9 negen schilderijen maar dat zij enkel de opdracht had gegeven voor de restauratie van 3 schilderijen, welke zij al betaald heeft. Voorts stelt zij ook helemaal niet tevreden te zijn met het resultaat van enkele van de door mijn vader uitgevoerde restauraties.
Het enige document wat bestaat omtrent deze zaak betreft een lijstje van de 9 schilderijen waarop staat dat de restauratie van de eerste 3 schilderijen (3200 euro) is betaald op 6-9-2005 ondertekend door mijn vader.

Mijn vraag is nu in hoeverre wij sterk staan wat betreft de totstandkoming van de overeenkomst m.b.t. de restauratie van alle 9 schilderijen. Voorts is het ook nog eens zo dat de schilderijen door de restauraties in waarde zijn toegenomen. Mijn volgende vraag is dan ook in hoeverre het leerstuk van de ongerechtvaardigde verrijking (art. 6:212) in bovenstaande casus van toepassing / relevant is. Kan hier evt. een beroep op worden gedaan wanneer het aantonen van het bestaan van de overeenkomst niet lukt?
Voorts is het argument van mevrouw dat sommige restauraties niet naar tevredenheid zijn uitgevoerd naar mijn mening erg zwak. Immers hier had zij toch eerder mee moeten komen?

Alvast bedankt!

[RPRN]

Waar bevinden zich momenteel de overige 6 schilderijen? Nog steeds in het bezit van je vader? Indien dit zo is, heb je uiteraard een goede zaak.

Heeft je pa alle 9 schilderijen al klaar? Meer info s.v.p.

[J.W.Student]

Alle schilderijen bevinden zich momenteel niet bij mijn vader. Zij zijn allen meegegeven op het moment dat mevrouw 3200 euro betaalde en de afpsraak maakte om het restbedrag later te voldoen.

Alle schilderijen zijn dus volledig gerestaureerd aan mevrouw meegegeven.

[J.W.Student]

Niemand?

[arizona]

Zonder overeenkomst of anderzins papieren bewijs staat je vader niet erg sterk lijkt het. Je zult het moeten zoeken in "curcumstantial evidence". Een klein aanknopingspunt dat ik zie is dit: stelt mevrouw dat (alleen) de restauraties aan de betaalde drie schilderijen niet naar wens zijn? Of (ook) aan de andere schilderijen? Als dat laatste het geval is, lijkt het op het erkennen van een afspraak dat ze überhaupt gerestaureerd zouden worden. Ook het feit dat mevrouw de schilderijen wel bij je vader heeft achtergelaten, lijkt een goede aanwijzing daarvoor. Het lijstje met 9 schilderijen lijkt me wel helpen in dat verband.

Of je leerstuk van ongerechtvaardige verrijking je helpt betwijfel ik, omdat het dan wel erg makkelijk wordt om ongevraagd een klusje voor iemand op te knappen en dan achteraf om beloning te vragen. Maar helemaal zeker weet ik dat niet.