|
Auteur |
Bericht |
wilma 1985
Leeftijd: 39 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): HAN
Berichten: 28
|
Geplaatst: vr 25 mei 2007 15:12 Onderwerp: kenmerken van een achtergestelde geldlening? |
|
|
Wie weet wat de kenmerken zijn van een achtergestelde geldlening? |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: vr 25 mei 2007 15:20 Onderwerp: |
|
|
Heb je een idee in welke richting je moet denken? _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
wilma 1985
Leeftijd: 39 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): HAN
Berichten: 28
|
Geplaatst: vr 25 mei 2007 15:41 Onderwerp: |
|
|
als een geldlening eerder opeisbaar is dan is hij toch niet achtergesteld? Er staat namelijk in een geldleningsovereenkomst dat de achtergestelde geldlening op een bepaald moment toch voldaan moet worden als bijvoorbeeld een ander bedrag ook is voldaan.
Beetje warrig verhaal maar zo heb ik het dus ook gekregen.
Misschien dat iemand dus een idee heeft wat de vereisten van een achtergestelde geldlening zijn.
En dan bedoel ik in het algemeen.
Laatst aangepast door wilma 1985 op di 29 mei 2007 11:00, in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: vr 25 mei 2007 16:06 Onderwerp: |
|
|
Denk aan faillissement en rangorde. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
David van Beek
Leeftijd: 39 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): RUG
Berichten: 53
|
Geplaatst: zo 27 mei 2007 13:30 Onderwerp: |
|
|
De (standaard) onderlinge rangorde bij een faillissement is:
1. Boedelschulden
2. Voorrecht ter zake van verzekeringspenningen (art. 3:287 BW).
3. Voorrecht met betrekking tot de kosten van de faillissementsaanvraag (art. 3:288 lid 1 sub a BW).
4. Voorrecht met betrekking tot de kosten tot behoud van een zaak (art. 3:284 BW).
5. Fiscaal voorrecht (art. 21 lid 1 Invorderingswet) en voorrecht inzake sociale verzekeringspremies
6. Andere speciale voorrechten
7. Algemene voorrechten volgens de rangorde die de wet aangeeft (art. 3:288 BW)
8. Concurrente crediteuren
9. Postconcurrente crediteuren. |
|
|
|
 |
|