Content Syndication
|
|
|
|
|
Pagina 1 van 1 |
|
|
Auteur |
Bericht |
Djeba
Leeftijd: 44 Geslacht: Sterrenbeeld:
Berichten: 21
|
Geplaatst: vr 02 aug 2019 23:56 Onderwerp: Doden stinkdier |
|
|
Deze man is veroordeeld voor het doden van een stinkdier.
Hij was gedeeltelijk ontoerekeningsvatbaar.
1. Raar dat hij slechts een taakstraf van 60 uur heeft gekregen waarvan 30 uur en dat hij geen paar jaar cel heeft gekregen hiervoor, want dit is een zeer ernstig feit.
2. Raar dat hij geen TBS heeft opgelegd gekregen voor dit feit. Hij heeft toch een dier gedood en hij is gedeeltelijk ontoerekeningsvatbaar verklaard voor dit feit.
s-Hertogenbosch, 02 augustus 2019
Het gerechtshof ’s-Hertogenbosch veroordeelde vandaag een 54-jarige man tot een taakstraf van 60 uur, waarvan 30 uur voorwaardelijk. De man mishandelde een stinkdier dat in zijn achtertuin liep door het met een stok en daarna een schop te slaan en uiteindelijk te verdrinken in een emmer. De politierechter bij de rechtbank Oost-Brabant kwam eerder tot dezelfde straf.
Bedreiging voor andere huisdieren
Op 2 juli 2017 werd er melding gemaakt van stankoverlast in een straat in Eindhoven. De brandweer kwam ter plaatse en belde uiteindelijk aan bij de betreffende man. Die verklaarde dat hij een stinkdier had gedood. Het dier zou een bedreiging vormen voor de vogels en knaagdieren die de man in de tuin hield. Volgens hem was de enige manier om die dreiging te stoppen door het stinkdier met een stok op zijn kop te slaan. Toen dat niet het gewenste effect had sloeg de man het beest nog met een schop, om het daarna met zijn kop naar beneden in een emmer water te houden.
Wet Dieren
De Wet Dieren schrijft voor dat het verboden is om zonder redelijk doel of zonder noodzaak een dier pijn te doen of letsel te bezorgen. De man beweerde dat hij wél reden zag om het dier te mishandelen, omdat stinkdieren vogels en knaagdieren op hun menu hebben staan. Daarnaast verklaarde de man dat het beest een aanvallende beweging in zijn richting maakte.
Taakstraf
Een taakstraf van 60 uur, waarvan 30 uur voorwaardelijk is volgens het hof passend en geboden. De straf wijst op de ernst van het feit en de oplegging van een voorwaardelijke straf moet het begaan van nieuwe strafbare feiten voorkomen. Het hof vindt de gedragingen van het stinkdier zoals de man verklaarde, niet bijzonder bedreigend. Er bleek ook geen acuut gevaar voor zijn dieren. Er was voor de man dus geen noodzaak om te kiezen voor de uiteindelijke methode. Het hof rekent het hem dan ook zwaar aan dat hij onvoldoende oog heeft gehad voor het welzijn van het stinkdier. Dat had ook op een andere manier uit zijn tuin verwijderd kunnen worden.
[/i] |
|
|
|
|
bona fides
Geslacht:
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22902
|
Geplaatst: za 03 aug 2019 14:25 Onderwerp: |
|
|
Er lijkt mij hier geen sprake te zijn geweest van dierenmishandeling. Het ging de man erom het dier onschadelijk te maken, niet om het leed aan te doen. Vergelijk het met het zetten van een muizenval. Het is voor de rechter wel wat makkelijk om te zeggen dat er geen goede reden was het dier te doden, terwijl de man nu juist wél een reden gaf en die reden in mijn ogen volstrekt geloofwaardig was. Het is m.i. niet aan de rechter om dan na rijp beraad te overwegen dat die reden niet voldoende zwaarwegend was.
In de natuur worden dieren aan de lopende band gruwelijk verscheurd door andere dieren. Daar heeft de maatschappij geen problemen mee (al zou het me niet verbazen als er al actiegroepen zijn tegen geweld door dieren tegen dieren).
De grens dient wat mij betreft getrokken te worden bij sadisme en verwaarlozing. Anders moeten we mensen opsluiten wegens het slaan van een vlieg of het staan op een mier. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
|
bona fides
Geslacht:
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22902
|
Geplaatst: za 03 aug 2019 14:51 Onderwerp: |
|
|
Hof Den Bosch 2 augustus 2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:2906:
Hof schreef: | De tenlastelegging in de onderhavige zaak is toegesneden op artikel 2.1, eerste lid, van de Wet Dieren, dat voorschrijft dat het verboden is om zonder redelijk doel of met overschrijding van hetgeen ter bereiking van zodanig doel toelaatbaar is, bij een dier pijn of letsel te veroorzaken dan wel de gezondheid of het welzijn van het dier te benadelen. Blijkens de wetsgeschiedenis heeft de wetgever geen limitatieve opsomming willen geven van gedragingen die ingevolge voornoemd artikel verboden zijn.
...
Ter terechtzitting in hoger beroep heeft de verdachte aangevoerd dat er een onmiddellijke dreiging van het stinkdier uitging aan het adres van zijn huisdieren, te weten parkieten en cavia’s die buiten in de tuin in een kooi zaten, omdat stinkdieren vogels en knaagdieren op hun menu hebben staan. Daarnaast heeft het stinkdier ook een aanvallende beweging in de richting van verdachte gemaakt, hetgeen de verdachte ertoe heeft gezet het stinkdier om het leven te brengen. Onder de gegeven omstandigheden was deze gedraging gerechtvaardigd, aldus de verdachte.
Het hof overweegt hiertoe als volgt.
Het hof begrijpt dit verweer zo dat de verdachte een beroep heeft willen doen op overmacht in de zin van noodtoestand zoals bedoeld in artikel 40 van het Wetboek van Strafrecht. In het onderhavige geval komt de verdachte immers geen beroep op noodweer ex artikel 41 van het Wetboek van Strafrecht toe, aangezien volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad slechts sprake kan zijn van een ogenblikkelijke wederrechtelijke aanranding indien die aanranding uitgaat van een persoon, hetzij rechtstreeks hetzij middellijk. Spontane dierlijke aanvallen zoals in het onderhavig geval dienen aldus te worden gerubriceerd onder overmacht. |
Hier gaat het Hof evident in de fout. Het verweer van de man is geen beroep op art. 40 Sr maar een bewijsverweer. Omdat hij een reden had, kan niet bewezen worden dat hij het dier heeft geslagen "zonder redelijk doel of zonder noodzaak". Aan een redelijk doel of noodzaak als bedoeld in art. 2.1 lid 1 Wet Dieren kunnen geen al te zware eisen worden gesteld, want anders moet je vrijwel de gehele mensheid opsluiten.
Wie een stukje in een auto rijdt, doodt vrijwel zeker op gruwelijke wijze één of meer insecten. Toch is dat niet strafbaar. Blijkbaar vormt het enkele zich een stukje willen verplaatsen een "redelijk doel of noodzaak" in de zin van art. 2.1. lid 1 Wet Dieren. Maar op geen enkele wijze zou het enkele zich een stukje willen verplaatsen een beroep op art. 40 Sr kunnen doen slagen.
Hof schreef: | Slechts uitzonderlijke omstandigheden kunnen in een individueel geval meebrengen dat gedragingen die door de wetgever strafbaar zijn gesteld, niettemin gerechtvaardigd kunnen worden geacht, onder meer indien moet worden aangenomen dat daarbij is gehandeld in noodtoestand, dat wil zeggen - in het algemeen gesproken - dat de pleger van het feit, staande voor de noodzaak te kiezen uit onderling strijdige plichten en belangen, de zwaarstwegende terecht heeft laten prevaleren. |
Ja, dat klopt. Punt is dus alleen dat art. 2.1 lid 1 Wet Dieren duidelijk niet eist dat er sprake is van noodtoestand.
Of vindt Djeba dat autorijders die door hun autorijgedrag willens en wetens muggen doden in de gevangenis thuis horen?
Hopelijk gaat de man in cassatie. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
|
|
|
Pagina 1 van 1 |
|
|
U mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen U mag geen reacties plaatsen U mag uw berichten niet bewerken U mag uw berichten niet verwijderen U mag niet stemmen in polls
|
|
|
|