Wajong voor tweede keer afgewezen, wat nu??

junior · Leeftijd: 35 Geslacht: Sterrenbeeld: Berichten: 12

Geachte mevrouw UWV,

Refererend aan ons telefoongesprek d.d. 4 februari jl. worden dezerzijds de gronden van het namens cliënte ingediend pro forma bezwaarschrift d.d. 17 december 2012 ingediend.

Cliënte maakt zoals eerder aangegeven bezwaar tegen de beslissing van het UWV d.d. 8 november 2012, waarin cliënte wordt medegedeeld dat zij geen recht zou hebben op een Wajong uitkering daar cliente, vanwege het oordeel van de betrokken arts en arbeidsdeskundige dat cliënte kan werken en daarmee 100 % van het minimum jeugdloon zou kunnen verdienen.

Aan uw besluit d.d. 17 december 2012 is een verzekeringsgeneeskundige rapportage d.d. 6 november 2011 alsmede een arbeidsdeskundig onderzoek d.d. 1 november 2012 18 december 2008 voorafgegaan. Op basis daarvan oordeelt het UWV bij besluit d.d. 17 december 2012 dat cliënte op 10 juli 2008 (datum waarop cliënte de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt) in staat zou zijn om meer dan 75 % van het maatmaninkomen te verdienen en daarom geen Wajong-uitkering zou kunnen krijgen.

Middels deze brief geeft cliënte aan dat zij bezwaren heeft tegen uw voornoemd besluit. Cliënte voert hiertoe het navolgende aan. Cliënte is van mening dat zij

vanwege haar medische situatie tot haar 18e jaar niet in staat is geweest om 75 % van het wettelijk minimuminkomen te verdienen. arbeidsongeschikt is in klasse 80-100% en aan haar dan ook een WIA-uitkering dient t

Cliënte is van mening dat het verzekeringsgeneeskundig onderzoek d.d. 6 november 2011 op onzorgvuldige dan wel onvolledige wijze is uitgevoerd. Cliënte is van mening dat zij niet naar behoren is onderzocht en dat niet afdoende navraag is gedaan naar haar medische toestand. De conclusies die getrokken zijn, zijn naar mening van cliënte onzorgvuldig tot stand genomen en enkel bedoeld om cliënte buiten de Wajong-egeling te houden. Gezien de lichamelijke en psychische toestand van cliënte dient op zijn minst een behoorlijk medisch onderzoek plaats te vinden.

Cliënte stelt zich op het standpunt dat zij sinds haar 17e jaar en mogelijk nog eerder vanwege zowel lichamelijke als psychische gronden dusdanig arbeidsongeschikt is dat zij niet in staat is om 75 % van het minimumloon te verdienen. Cliënte acht zich voorts lichamelijk niet in staat om op korte termijn 75 % van het minimumloon te verdienen en voorziet dat zij ook op middellange/lange termijn daartoe niet in staat zal zijn.

Cliënte acht zich voorts niet in staat om te kunnen werken in de functies zoals aangegeven in de arbeidsdeskundige rapportage d.d. 1 november 2012. Cliënte is van mening dat zowel haar lichamelijke als psychische toestand, sinds 2007, niet is verbeterd, doch alleen maar is verslechterd. Cliënte kan dan ook niet begrijpen waarom zij thans in staat wordt geacht de geduide functies zou kunnen uitoefenen. Cliënte acht zichzelf geenszins in staat te werken.

In dit kader verzoekt cliënte u tevens een nader medisch onderzoek, althans een medische herbeoordeling te bepalen, waarbij de medische situatie van cliënte nogmaals kan worden beoordeeld.

Cliënte is van oordeel dat zij sinds 2007 praktisch volledig arbeidsongeschikt is derhalve ook niet in staat is de geduide functies uit te oefenen. Voor de goede orde benadrukt cliënte dat zij wel zou willen werken, maar vanwege haar lichamelijke en psychische klachten niet in staat is om te werken.

Arbeidsmogelijkhedenlijst

Aan de hand van de, naar mening van cliënte, onjuiste en onvolledige medische beoordeling van cliënte is in de rapportage d.d. 1 november 2012 een arbeidsmogelijkhedenlijst opgesteld. Het maatmanloon van cliënte wordt per 10 juli 2008 vastgesteld op € 8,09. Gesteld wordt voorts dat cliënte met inachtneming van haar beperkingen in staat zou zijn om de navolgende functies uit te oefenen:

* productiemedewerker;

* telefonist, receptionist, typist;

* administratief medewerker.

Opgemerkt dient te worden dat bij voorbaat alle voorgestelde functies wat het mediaan loon betreft boven het vastgestelde maatmanuurloon van cliënte vallen.

Cliënte maakt dan ook bezwaar tegen de geduide functies en stelt dat er kennelijk geen functies voorhanden zijn die aan het van toepassing behoren te zijne maatmanuurloon kunnen voldoen. Daarnaast stelt cliënte dat het maatmanuurloon te hoog is ingeschaald en ook het aantal uren dat voorgesteld wordt niet correct is weergegeven nu geen rekening is gehouden met de werkelijke beperkingen van cliënt.

Voornoemde functies voldoen naar mening van cliënte, gezien haar medische achtergrond, niet aan hetgeen zij lichamelijk en psychisch heeft aangekund/aankan. Immers, het arbeidspatroon van de betreffende functies duiden op het sociaal functioneren, aanpassingen aan fysieke omgevingseisen, dynamische handelingen en statische houdingen die te belastend voor cliënte zijn. Voorts omvatten deze functies deadlines en juist dat is niet wenselijk voor cliënte.

Cliënte tekent derhalve bezwaar aan tegen de voorgestelde functies en stelt dat er geen functies zijn benoemd die recht doen aan haar persoonlijke situatie die zij gelet op haar medische toestand had/zou kunnen uitoefenen.

Geconcludeerd moet dan ook worden dat cliënte op basis van haar arbeidsongeschiktheid niet in staat is om 75 % van het minimuminkomen te verdienen. Dit zowel op grond van het feit dat het onderzoek naar de arbeids(on)geschiktheid en beperkingen van cliënte niet zorgvuldig is uitgevoerd alsmede het feit dat zelfs op grond van dit onzorgvuldige onderzoek de voorgestelde functies niet van toepassing zijn zodat het voorgestelde maatmanuurloon simpelweg niet realistisch en derhalve onjuist is.

Conclusie

Gelet op het bovenstaande is cliënte van mening dat het UWV ten onrechte heeft besloten dat cliënte kan werken en daarmee 100 % of meer van het minimum jeugdloon zou kunnen verdienen. Cliënte had naar behoren medisch onderzocht moeten worden en daarbij had betere navraag gedaan moeten worden naar haar medische toestand. De conclusies die getrokken zijn, zijn onzorgvuldig tot stand gekomen en enkel bedoeld om cliënte buiten de Wajong- regeling te houden.

Cliënte is derhalve van mening dat het besluit van het UWV d.d. 8 november 2012 dient te worden vernietigd, althans een correct besluit dient te worden genomen.

Hoorzitting:

Cliënte verzoekt u uitdrukkelijk een hoorzitting te bepalen waarin onderhavig bezwaarschrift alsmede het bestreden besluit nader kan worden toegelicht.