Content Syndication
|
|
|
|
 |
Pagina 1 van 1 |
|
|
Auteur |
Bericht |
Leer Ling
Leeftijd: 124 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): RUN
Berichten: 185
|
Geplaatst: zo 10 jun 2012 12:01 Onderwerp: Uiteenlopend opzet deelnemingsvormen |
|
|
Beste,
Momenteel zit ik met de vraag of ik uiteenlopend opzet bij deelnemingsvormen goed voor ogen heb. Ik geloof dat ik het helder heb, maar ik twijfel een beetje.
1 medeplegen
- opzet komt overeen
- opzet komt gedeeltelijk overeen. Er is voorwaardelijk opzet, dan toch gewoon strafbaar voor het gepleegde feit.
- opzet komt geheel niet overeen. Er is dan geen bewuste/nauwe samenwerking en dus geen medeplegen.
2 uitlokking
- opzet komt overeen
- opzet komt niet overeen: 47 lid 2 = eigen opzet op eigen delict. bv. A lokt B uit tot mishandeling, maar B pleegt moord. Dan toch opzet op uitlokking mishandeling.
3 medeplichtigheid
- opzet komt overeen
- opzet komt gedeeltelijk overeen. Er is voorwaardelijk opzet, dan toch gewoon strafbaar voor gepleegde.
- opzet komt geheel niet overeen. 49 lid 4: volgt de kwalificatie van de dader, maar een eigen strafmaat. Stel, A wilt mishandeling ex 300 Sr, B pleegt zware mishandeling 302. Er is echt geen opzet op de zware mishandeling.
Dan krijgt de kwalificatie voor A art 302, maar krijgt de strafmaat van 300.
Zie ik dit schema goed? Ik kijk al een tijdje naar tekst en commentaar en mijn theorieboek. Toch twijfel ik bij geheel uiteenlopend opzet van medeplichtigheid.
De wettelijke bepaling van 47 lid 2 en 49 lid 4 voelen voor mij hetzelfde aan, maar dat klopt dus volgens mij niet, gelet op de hierboven weergegeven voorbeelden.  |
|
|
|
 |
marja.verstralen
Leeftijd: 44 Geslacht:  Sterrenbeeld: 
Berichten: 1100
|
Geplaatst: ma 11 jun 2012 18:25 Onderwerp: |
|
|
Dag,*
* Aan dit bericht kunt u geen rechten ontlenen.
Ja, volgens mij klopt het schema.
Ad 1.
Er moet opzet zijn op het grondfeit en opzet op de gezamenlijke uitvoering, op het medeplegen.
Ad 2.
Ook weer opzet op de uitlokkingsmiddelen en op het grondfeit. De kwalificatie volgt het feit waar de uitlokker zijn opzet op gericht had, art. 47 lid 2 Sr. In het voorbeeld wordt dat 'uitlokking tot mishandeling de dood ten gevolge hebbend'.
Ad 3.
Art. 49 lid 4 Sr ja, nu volgt de kwalificatie het opzet van de hoofddader, ook al was het opzet van de medeplichtige slechts op enkele delictsbstanddelen gericht. Voor de strafmaat wordt wel gekeken naar het delict waar het opzet van de medeplichtige op gericht was, een derde van die maximumstraf. Zie HR 27 oktober 1987, NJ 1988, 492 en De Hullu, 'Materieel strafrecht' 2e druk, p. 492.
Met vriendelijke groet,
Marja |
|
|
|
 |
Leer Ling
Leeftijd: 124 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): RUN
Berichten: 185
|
Geplaatst: di 12 jun 2012 10:57 Onderwerp: |
|
|
Welnu, ik ben er van op de hoogte dat er opzet aanwezig dient te zijn op het medeplegen, uitlokken of medeplichtig zijn.
En opzet op het grondfeit. En dat opzet op het grondfeit loopt bij mijn vraag uiteen.
In de noot van NJ 2011/342 vereiste opzet op gronddelict bij medeplichtigheid staat onder punt 3 een klein stukje over uitlokking.
Ik citeer: "Niettemin houdt de Hoge Raad rekening met de subjectieve instelling van de medeplichtige. Het toetsingskader mag dan de formele grondslag aanreiken voor de aansprakelijkheid van de medeplichtige, zoals die in de bewezenverklaring en kwalificatie tot uiting komt, de
benedengrens wordt gevormd door de op individuele schuld gefundeerde mate waarin hijgestraft dient te worden in die gevallen waarin de dader verder gaat dan de medeplichtige had gewild. En die straf is niet, zoals bij een ‘gewone’ medeplichtige, eenderde minder van de maximumstraf van het hoofddelict, maar eenderde minder van het maximum gesteld op het
delict dat de medeplichtige voor ogen stond (o.m. HR 2 oktober 2007, NJ 2007/553 en HR 7 september 2010, NJ 2010/489). Met andere woorden: bij medeplichtigheid kunnen aansprakelijkheid en schuld dus uit elkaar lopen.
Deze incongruentie bij het opzet in deelnemingsvormen wordt door de Hoge Raad in het eerste arrest waarin dat onderscheid werd gemaakt – HR 27 oktober 1987, NJ 1988/492 – gebaseerd op een systematische interpretatie. Volgens het systeem van de wet is het opzet bij
medeplichtigheid alleen beperkt met het oog op de straftoemeting (art. 49 lid 4 Sr), terwijl die uitzondering bij uitlokking niet is gemaakt (art. 47 lid 2 Sr). Toch is die interpretatie, waarbij de Hoge Raad geen aanvullend argument uit de wetsgeschiedenis aanvoert, discutabel. Dat
ten aanzien van de uitlokker ‘alleen die handelingen in aanmerking komen die zij opzettelijk hebben uitgelokt, benevens hun gevolgen’, kan evengoed mede in verband met de op te leggen straf in lid 2 van art. 47 Sr zijn opgenomen. In die zin ook de formulering in T&C Strafrecht, aant. 7 bij art. 47 (Van Woensel): de uitlokker kan alleen worden gestraft voor die gedragingen van de uitgelokte waar zijn opzet op was gericht.
Het blijft vreemd waarom de wetgever voor de strafrechtelijke aansprakelijkheid van de medeplichtige verwijst naar de bewezenverklaring en classificatie van het door de dader gepleegde delict, maar bij de strafoplegging een criterium hanteert dat afwijkt van de aldus vastgestelde aansprakelijkheid. Alleen een jurist is in staat dit uit te leggen.
Voetnoot
uitlokking
A lokt B uit tot mishandeling maar B pleegt moord.
Dus bij uitlokking en uiteenlopend opzet krijgt de uitlokker met 47 lid 2 Sr slechts mishandeling. En niet mishandeling met de dood tot gevolg.
medeplichtig
A wilt mishandeling. Medeplichtig bij B die uiteindelijk zware mishandeling pleegt. 302.
Dan krijgt A de kwalificatie van B, maar de straf van 300 lid 2 Sr. 49 lid 4 Sr. (als het opzet daadwerkelijk niet op het grondfeit kan toezien van A)
Volgens mij begrijp ik het nu.  |
|
|
|
 |
Rianne999
Leeftijd: 34 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): RUN Studieomgeving (MA): RUN Berichten: 134
|
Geplaatst: do 14 jun 2012 17:37 Onderwerp: |
|
|
Volgens mij zie je het goed ja.
Ik twijfel alleen bij wat je in je laatste bericht zegt over uitlokking, n.a.v. blz. 261 De Hullu (4e druk). Daar gaar het namelijk over enigszins uiteenlopend opzet tussen uitlokker en uitgelokte. Daar staat namelijk dat als de uitlokker opzet had op mishandeling, maar de uitgelokte doodslag begaat, dat er dan wel sprake is van uitlokking van mishandeling de dood ten gevolge hebbend. Omdat dat een strafverzwarende omstandigheid is en het opzet daar niet op gericht hoeft te zijn, zou het dus wel aan de uitlokker kunnen worden toegerekend. Als het opzet van de uitlokker en de uitgelokte totaal uiteenloopt, dan hebben we het over poging tot uitlokking, denk ik? |
|
|
|
 |
|
 |
Pagina 1 van 1 |
|
|
U mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen U mag geen reacties plaatsen U mag uw berichten niet bewerken U mag uw berichten niet verwijderen U mag niet stemmen in polls
|
|
|
|