|
Auteur |
Bericht |
Revo
Leeftijd: 36 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UvT
Berichten: 7
|
Geplaatst: zo 24 apr 2011 14:27 Onderwerp: Verschil tussen art. 1:251a BW en art. 1:253n BW |
|
|
Beste lezer,
Het is mij niet geheel duidelijk wat nu precies het verschil tussen art. 1:251a BW en art. 1:253n BW. Het eerste artikel gaat over gronden voor het toewijzen van eenouderlijk gezag aan een ouder na de ontbinding van het huwelijk. Hier wordt het klemcriterium behandeld.
Echter biedt art. 1:253n BW ook een mogelijkheid aan de ongehuwde ouders om het gezamenlijk gezag te beëindigen en eenouderlijk gezag te krijgen.
Zou iemand mij op het inhoudelijk verschil tussen deze twee artikelen kunnen wijzen?
Met vriendelijke groet,
Revo |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: ma 25 apr 2011 0:32 Onderwerp: |
|
|
Misschien maakt art. 1:251a lid 2 BW het verschil duidelijk? De beslissing op grond van art. 1:251a lid 1 BW wordt gegeven bij de echtscheidingsbeschikking.
Ná de echtscheidingsbeschikking kan het gezamenlijk gezag alleen nog worden beëindigd op grond van art. 1:253n BW, dus alleen als intussen "de omstandigheden zijn gewijzigd of bij het nemen van de beslissing van onjuiste of onvolledige gegevens is uitgegaan". Is dit het geval, dan geldt verder precies hetzelfde inhoudelijke (klem)criterium als voor art. 1:251a lid 1 BW (zie namelijk art. 1:253n lid 2 BW). _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
Revo
Leeftijd: 36 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UvT
Berichten: 7
|
Geplaatst: ma 25 apr 2011 20:40 Onderwerp: |
|
|
Hartstikke bedankt voor de goede uitleg! |
|
|
|
 |
Revo
Leeftijd: 36 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UvT
Berichten: 7
|
Geplaatst: di 26 apr 2011 14:42 Onderwerp: |
|
|
In een casus die ik moet oplossen heeft de vader tussen de beslissing om te gaan scheiden en de scheidingsbeschikking zijn ex en zoon meerdere keren fysiek bejegend. Hier heeft de moeder tijdens de scheidingsbeschikking, dus op grond van art. 1:251a BW niets mee gedaan.
Zij wil nu met haar nieuwe vriend gezamenlijk gezag krijgen. Daarvoor dient ze eerst alleen het gezag over de kinderen te krijgen. Ik neem aan dat nu art. 1:253n BW van toepassing is, omdat het over beëindiging van het gezamenlijk gezag na een echtscheidingsbeschikking gaat. Ik heb i.c. aangevoerd dat er sprake is van gewijzigde omstandigheden.
Echter nu is mijn vraag of je nog wel kan spreken van gewijzigde omstandigheden, omdat het geweld dat hij toepaste beperkt bleef tussen de periode van beslissing en daadwerkelijke juridische scheiding. Daarna kwam het niet meer voor.
Ik neem even aan dat fysiek geweld jegens kind afdoende is om aan te nemen dat het in het belang van het kind het eist om de moeder alleen met het gezag te belasten.
Alvast bedankt. |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: di 26 apr 2011 16:16 Onderwerp: |
|
|
Revo schreef: | Echter nu is mijn vraag of je nog wel kan spreken van gewijzigde omstandigheden, omdat het geweld dat hij toepaste beperkt bleef tussen de periode van beslissing en daadwerkelijke juridische scheiding. Daarna kwam het niet meer voor. |
Er lijkt mij geen sprake van gewijzigde omstandigheden. Misschien valt wel te verdedigen dat "bij het nemen van de beslissing van onjuiste of onvolledige gegevens is uitgegaan". _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
Revo
Leeftijd: 36 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UvT
Berichten: 7
|
Geplaatst: di 26 apr 2011 18:15 Onderwerp: |
|
|
Ja die mogelijkheid zag ik ook, echter doelt "het nemen van de beslissing van onjuiste of onvolledige gegevens is uitgegaan" niet op de beslissing tot de ambtshalve beslissing van art. 1:251a BW. Deze beslissing is echter nooit aan de orde geweest. Of moet ik het zo interpreteren dat bij de echtscheidingsbeschikking van onjuiste gegevens is uitgegaan? Dan zou het namelijk wel kunnen. |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: di 26 apr 2011 18:59 Onderwerp: |
|
|
Ik zie nu dat art. 1:251a lid 2 BW eindigt met "of bij latere beschikking". Dus als de echtscheidingsbeschikking zwijgt over het gezag (doordat géén van de ouders op dit punt om een beslissing heeft verzocht), lijkt dit later alsnog te kunnen. Er geldt dan geen voorwaarde van gewijzigde omstandigheden of onvolledige of onjuiste gegevens. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
Revo
Leeftijd: 36 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UvT
Berichten: 7
|
Geplaatst: di 26 apr 2011 20:12 Onderwerp: |
|
|
dubbelpost
Laatst aangepast door Revo op di 26 apr 2011 20:13, in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
 |
Revo
Leeftijd: 36 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UvT
Berichten: 7
|
Geplaatst: di 26 apr 2011 20:12 Onderwerp: |
|
|
Ik dacht dat art. 1:253n BW in deze casus toch moest worden gehanteerd.
Ik citeer een artikel van Heida uit het EchtscheidingBulletin:
"Dit betekent dat wanneer een ouder een nieuwe partner krijgt die samen met hem of haar het gezag wil uitoefenen, de ouder eerst zal moeten bewerkstelligen dat hij of zij met het eenhoofdig gezag belast wordt. Dit kan op basis van art. 1:253n lid 1 BW. Grond hiervoor is dat de omstandigheden zijn gewijzigd of dat bij het nemen van de beslissing van onjuiste of onvolledige gegevens is uitgegaan."
De vraag is dus als er voor de voor echtscheidingsbeschikking sprake was van huiselijk geweld door de vader jegens zijn zoon en ex en hier tijdens de beschikking niet op in is gegaan, dit alsnog kan worden aangevoerd na de echtscheiding om met eenhoofdig ouderlijk gezag te worden belast.
Mede op grond van jouw advies en het geciteerde dacht ik dat art. 1:253n BW hiervoor een mogelijkheid biedt. Maar je hebt gelijk dat discutabel is welke grond van art. 1:253n BW moet worden aangehaald. Ik zal maar is verder gaan zoeken....
Alvast bedankt. |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: di 26 apr 2011 21:28 Onderwerp: |
|
|
Revo schreef: | Ik citeer een artikel van Heida uit het EchtscheidingBulletin: |
Van welke datum is dat artikel van Heida? Het huidige art. 1:251a BW is pas van 1 maart 2009.
Uit Hof Den Haag 8 juli 2009, LJN BJ5038:
Quote: | Uit het huwelijk van de ouders is het volgende nog minderjarige kind geboren:
[F.], geboren [in 1996] te [geboorteplaats], verder: [F.].
De ouders oefenen gezamenlijk het ouderlijk gezag uit over [F.].
Het huwelijk van de ouders is op 22 juli 2003 door echtscheiding ontbonden.
Uit de moeder is voorts geboren het thans nog minderderjarige kind [R.]:
[R.], geboren [in 2003] te [geboorteplaats], verder: [R.].
De vader heeft [R.] bij gerechtelijke procedure erkend.
(...)
7. Het hof wijst er op dat op 1 maart 2009 in werking is getreden de Wet van 27 november 2008 tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met het bevorderen van voortgezet ouderschap na scheiding en het afschaffen van de mogelijkheid tot het omzetten van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap (Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding; Stb. 2008, 500). Nu daarin overgangsrechtelijke bepalingen ontbreken, heeft de wet onmiddellijke werking. Ten aanzien van het gezag over [F.], geboren tijdens het huwelijk van partijen, geldt dat een verzoek tot eenoudergezag dient te worden beoordeeld aan de hand van artikel 1:251a BW. Ten aanzien van het gezag over [R.], geboren na ontbinding van het huwelijk van partijen, gaat het hof uit van toepassing van artikel 1:253n BW, ook al wordt in lid 1 niet uitdrukkelijk verwezen naar artikel 1:253c, eerste lid. Aangezien in het tweede lid van artikel 1:253n BW het eerste lid van artikel 1:253a BW van overeenkomstige toepassing wordt verklaard, wordt voor beide kinderen uiteindelijk aan de zelfde criteria getoetst te weten: het onaanvaardbaar risico dat de kinderen klem of verloren zouden raken tussen de ouders en niet te verwachten is dat hierin binnen afzienbare tijd voldoende verbetering zou komen of het criterium dat wijziging van het gezag anderszins in het belang van de kinderen noodzakelijk is. |
Quote: | "Dit betekent dat wanneer een ouder een nieuwe partner krijgt die samen met hem of haar het gezag wil uitoefenen, de ouder eerst zal moeten bewerkstelligen dat hij of zij met het eenhoofdig gezag belast wordt. Dit kan op basis van art. 1:253n lid 1 BW. Grond hiervoor is dat de omstandigheden zijn gewijzigd of dat bij het nemen van de beslissing van onjuiste of onvolledige gegevens is uitgegaan." |
Dit sluit niet uit dat het ook op grond van art. 1:251a lid 1 BW kan (en moet) als er nog niet eerder een beslissing op die grond is genomen.
Aan de andere kant is er veel (ook recente) rechtspraak waarin gelijk naar art. 1:253n lid 1 BW wordt gegrepen. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
Revo
Leeftijd: 36 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UvT
Berichten: 7
|
Geplaatst: wo 27 apr 2011 11:03 Onderwerp: |
|
|
Het artikel van Heida is inderdaad gedateerd, het is een publicatie uit 2002. Het klopt inderdaad dat er bij recente rechtspraak bijna altijd gelijk art. 1:253n BW gehanteerd wordt.
LJN: BN5863, Rechtbank Groningen uit 08-07-2010
artikel 1:253n lid 1 BW;ernstig verstoorde vertrouwensrelatie tussen de ouders, waardoor er geen sprake is van een behoorlijke gezamenlijke gezagsuitoefening; geen vooruitzichten op verbetering; de vrouw wordt alleen met het gezag belast
Ik ga denk ik toch verder met 253n en zal het beargumenteren aan de hand van onvolledige gegevens tijdens de echtscheidingsbeschikking.
Bedankt voor alle moeite![/url] |
|
|
|
 |
|