Veschil goederrechtelijk gevolg/ afhankelijk karakter??

[Glycerine]

Hey mensen,

Hier snap ik echt helemaal niets van...het verschil tussen wanneer er sprake is van goederrechtelijk gevolg en wanneer er sprake is van afhankelijk karakter.

bv als een vordering belast met een pandrecht wordt overgedragen aan een derde, gaat het pandrecht mee dankzij het afhankelijke karakter van het pandrecht, of door goederrechtelijk gevolg? Of als een auto belast wordt met een pandrecht en wordt overgedragen, welke is dan van toepassing?

Hier wordt bij ons in Utrecht veel op gehamerd maar duidelijk is het me nog steeds niet, ik kan het in het boek (pitlo, goederenrecht) ook niet vinden.

Kan iemand mij misschien helpen?

Alvast bedankt!

[pacta sunt servanda]

Goederenrechtelijk gevolg ziet op de werking van het recht richting derden. Pand werkt tegenover een derde, je kunt er tegenover een willekeurige ander beroep op doen (absolute werking). Dit is anders wanneer het een overeenkomst betreft, die werkt alleen tegenover diegene die de overeenkomst heeft afgesloten (relatieve werking).

Afhankelijk zegt iets over het recht zelf. Pandrecht is afhankelijk. Dit betekent dat wanneer de geldlening die tegenover het in pand gegeven goed is terugbetaald, het pandrecht automatisch vervalt.
_________________
~Tempora mutantur, et nos mutamur in illis~

[Laurens02]

Als aanvulling op wat pacta sunt servanda al zegt:

Een afhankelijk recht moet je zien tegenover een zelfstandig recht. Een vordering bijvoorbeeld is een zelfstandig recht, omdat hij op zichzelf bestaat. Een afhankelijk recht is gerelateerd aan een ander recht, vaak ter ondersteuning van dat recht.

Bij zaaksgevolg gaat het om een recht dat aan een zaak is verbonden omdat het op de zaak rust, in plaats van op een contractuele wederpartij.

Een voorbeeld:
A leent aan B een bedrag voor het kopen van een auto. Hieruit ontstaat een vordering van A op B tot terugbetaling van het geleende bedrag: een zelfstandig recht. B koopt de auto en verkrijgt daarvan de eigendom: nog zo'n zelfstandig recht. Omdat A zeker wilde zijn dat hij zijn geld terug krijgt, hebben A en B een pandrecht gevestigd op de auto. Dat laatste schuingedrukt, want het pandrecht rust op de auto zelf, niet alleen zolang B de auto in eigendom heeft.

Zaaksgevolg:
Verkoopt B de auto aan C, dan is de vordering tot betaling nog steeds een vordering van A op B. Betaalt B niet, dan mag A op grond van het pandrecht zich verhalen op de auto, omdat het pandrecht op de auto is blijven rusten (derdenbeschermingsbepalingen even daargelaten). Dit is zaaksgevolg.

Afhankelijk recht:
Als A de vordering cedeert aan D, krijgt D het vorderingsrecht. Het pandrecht is bedoeld voor het innen van de vordering die A op B had. Nu D de plaats van A inneemt, krijgt hij dit middel erbij: het is een soort 'package deal'. Dit is omdat het pandrecht een van de vordering afhankelijk recht is.
_________________
È meglio una mano dal giudice, che un abbraccio dall'avvocato.