|
Auteur |
Bericht |
Jessse
Leeftijd: 42 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UU
Berichten: 24
|
Geplaatst: za 17 apr 2010 19:59 Onderwerp: tentamenvraag over grondwet |
|
|
Onderstaande vraag is recent aan bod gekomen tijdens een tentamen Staatsrecht. Wat is het juiste antwoord?
In art. 3 Gw is het recht van elke Nederlander om, mits hij daarvoor geschikt is, een baan bij de Nederlandse overheid verkrijgen. Welke van de onderstaande beweringen is juist?
a) Het recht in art. 3 Gw. kan niet worden beperkt.
b) Het recht in art. 3 Gw. kan zonder wettelijke basis worden beperkt.
c) Het recht in art. 3 Gw. kan worden beperkt met wettelijke basis.
d) Het recht in art. 3 Gw. kan altijd worden beperkt. |
|
|
|
 |
Jessse
Leeftijd: 42 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UU
Berichten: 24
|
Geplaatst: za 17 apr 2010 20:43 Onderwerp: |
|
|
Ik zelf overigens zou gaan voor antwoord C.
Het is bekend dat een grondrecht slechts kan worden beperkt, indien deze beperking in de grondwet is opgenomen. Echter, indirect kan dit recht op veel manieren worden beperkt. Zo is wettelijk geregeld dat iemand met een strafblad niet bij de politie kan of dat iemand zonder de juiste vooropleiding geen rechter kan worden.
Ik ben benieuwd naar jullie visie |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: za 17 apr 2010 21:28 Onderwerp: |
|
|
Jessse schreef: | Ik zelf overigens zou gaan voor antwoord C. |
Kiezen?
Art. 3 Gw bevat geen beperkingsclausule, dus kan niet worden beperkt. Antwoord A.
Quote: | Zo is wettelijk geregeld dat iemand met een strafblad niet bij de politie kan of dat iemand zonder de juiste vooropleiding geen rechter kan worden. |
Dat geldt gelijkelijk voor iedere Nederlander: zonder VOG kun je geen rechter worden. Zonder afgeronde rechtenstudie ook niet. Art. 3 Gw zegt niet dat iedere Nederlander het recht heeft om rechter te worden.
edit: blijkbaar legt de vraag art. 3 Gw uit als "recht op de baan, mits geschikt". In dat geval lijkt A me nog steeds juist (zonder VOG ben je niet geschikt), en anders wordt het B. Het verschil tussen B en D is mij trouwens niet duidelijk, wat een indicatie lijkt te zijn dat beide fout zijn. Dus alleen A blijft over. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
dcvg
Leeftijd: 41 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): EUR Studieomgeving (MA): EUR Berichten: 1
|
Geplaatst: za 17 apr 2010 21:36 Onderwerp: |
|
|
Het legaliteitsbeginsel brengt mee dat het bestaan van de mogelijkheid tot beperking van grondrechten strikt moet worden beoordeeld aan de hand van de tekst van het bewuste artikel.
Verder zou een beperking van artikel 3 botsen met het gelijkheidsbeginsel van artikel 1 van de Grondwet, waarvoor geen legitieme beperkingsmogelijkheden gelden. Beperkingen van artikel 3 zijn dus niet toegestaan.
Geschiktheidseisen kunnen overigens wel worden gesteld. Als een functie een bepaalde geschiktheidseis stelt, dan geldt deze eis namelijk in beginsel voor iedere Nederlander. Voorkeursbeleid is ook toegestaan, want dat doet geen afbreuk aan de eis van gelijke behandeling. Maar deze nuanceringen zijn niet zijn op te vatten als beperkingen, omdat ze geen strijd met het gelijkheidsvereiste van artikel 3 opleveren.
Antwoord A dus |
|
|
|
 |
Jessse
Leeftijd: 42 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UU
Berichten: 24
|
Geplaatst: zo 18 apr 2010 20:15 Onderwerp: |
|
|
Het juiste antwoord volgens school is inderdaad A.
Toch wil ik dit geval aan de examencommissie voorleggen. Reden hiervan is dat indien dit een geslaagde actie wordt, dit het verschil maakt tussen voldoende en een onvoldoende.
Quote: | Dat geldt gelijkelijk voor iedere Nederlander |
Dat klopt, maar dat neemt niet weg dat er van een beperking gesproken kan worden.
Quote: | Geschiktheidseisen kunnen overigens wel worden gesteld |
Het begrip "geschikt" is natuurlijk ook een breed begrip. Iemand kan heel goed geschikt zijn om bij de politie te werken, in die zin dat hij voldoet aan alle competenties die een agent zou moeten hebben. Toch is dit met een strafblad niet mogelijk. Maakt een strafblad de kandidaat dan niet geschikt?
Voorkeursbeleid vormt naar mijn mening juist wel een mooi voorbeeld van een beperkende werking voor een bepaalde groep personen. En wat te denken van het botsen van grondrechten? In de praktijk blijken grondrechten wel degelijk beperkt te kunnen worden.
De tentamenvraag zou overigens ook gericht kunnen zijn op de toekomst. In dat geval zou antwoord C ook juist zijn: Het recht kan worden beperkt met een (grond) wettelijke basis.
Al met al zitten er nogal wat haken en ogen aan deze vraag. Ik ben benieuwd hoe een examencommissie tegen een evt. bezwaar aan zou kijken... |
|
|
|
 |
Laurens02
Leeftijd: 38 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): RUN Studieomgeving (MA): RUN Berichten: 467
|
Geplaatst: zo 18 apr 2010 20:29 Onderwerp: |
|
|
Art. 3 is vergelijkbaar met het gelijkheidsbeginsel (art. 1): onder gelijke omstandigheden heb je dezelfde aanspraak.
Quote: | Alle Nederlanders zijn op gelijke voet in openbare dienst benoembaar. |
Op gelijke voet, dus niet: altijd. Zie het meer als voorkomen van willekeurige (weigering van) benoeming dan als een absoluut recht om in overheidsdienst te treden. Eenieder die geen VOG krijgt kan fluiten naar zijn kans op een baan bij de overheid, niet alleen Pietje omdat hij uit de Ghetto komt.
Als je het toch heel erg wilt verdedigen (zesjescultuur bah ) zie ik meer heil in het begrip "Nederlanderschap": Zie artikel 2 lid 1:
Quote: | De wet regelt wie Nederlander is. |
Feit blijft dat de 'school' (universiteit!! Utrecht zie ik) gelijk heeft dat de tekst van art. 3 een 'school'voorbeeld van geen beperkingsmogelijkheid is. Vergelijk het artikel maar eens met artikel 4 Gw. _________________ È meglio una mano dal giudice, che un abbraccio dall'avvocato. |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: zo 18 apr 2010 21:55 Onderwerp: |
|
|
Jessse schreef: | Toch wil ik dit geval aan de examencommissie voorleggen. Reden hiervan is dat indien dit een geslaagde actie wordt, dit het verschil maakt tussen voldoende en een onvoldoende. |
Dat is niet echt een goede reden, tenzij je ook al je andere foute antwoorden aan de commissie wilt voorleggen. Voor antwoord C is geen enkel argument te geven.
Quote: | Quote: | Dat geldt gelijkelijk voor iedere Nederlander |
Dat klopt, maar dat neemt niet weg dat er van een beperking gesproken kan worden. |
Maar ook dan kom je op geen enkele manier op antwoord C. De eis dat je een taalvaardigheidstoets moet doorstaan om tot de RAIO-opleiding toegelaten te worden kun je niet terugvinden in de wet, en dat hoeft ook niet. De eis dat je bij je sollicitatiegesprek een goede indruk maakt kun je ook niet terugvinden in de wet, en dat hoeft ook niet.
Quote: | Het begrip "geschikt" is natuurlijk ook een breed begrip. Iemand kan heel goed geschikt zijn om bij de politie te werken, in die zin dat hij voldoet aan alle competenties die een agent zou moeten hebben. Toch is dit met een strafblad niet mogelijk. Maakt een strafblad de kandidaat dan niet geschikt? |
Daarom zou ik art. 3 Gw ook niet zo samenvatten als de vraag het doet. Art. 3 Gw stelt niet als eis dat er alleen beperkingen kunnen worden gesteld aan de "geschiktheid" om vervolgens de discussie te openen over wat wel en wat niet geschiktheidseisen zijn. Art. 3 Gw vereist slechts dat er geen onderscheid wordt gemaakt dat niet objectief te rechtvaardigen is. Precies als bij art. 1 Gw, zoals Laurens02 al opmerkte.
Quote: | Voorkeursbeleid vormt naar mijn mening juist wel een mooi voorbeeld van een beperkende werking voor een bepaalde groep personen. |
En waar vind je die beperking in de wet terug? Je wilt antwoord C toch verdedigen?
Door niet antwoord A te kiezen geef je aan het hoofdstuk over de beperkingssystematiek van de grondrechten in onze Grondwet niet goed te hebben begrepen. Dat is wat er werd getoetst met deze vraag.
Quote: | De tentamenvraag zou overigens ook gericht kunnen zijn op de toekomst. In dat geval zou antwoord C ook juist zijn: Het recht kan worden beperkt met een (grond) wettelijke basis. |
Als je de examencommissie wilt tergen moet je vooral dit argument naar voren brengen. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
Nobility
Leeftijd: 39 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UL
Berichten: 315
|
Geplaatst: ma 19 apr 2010 8:48 Onderwerp: |
|
|
Ik denk dat de argumenten van Jesse niet opgaan, vooral niet door te stellen dat het "in de praktijk" anders zou gaan. Artikel 3 is een uitwerking van artikel 1, het gelijkheidsbeginsel. Van belang is dat het geen plicht op legt aan de overheid om er ook specifiek iets aan te doen, het is een inspanningsverplichting, geen resultaatsverplichting.
Verder werkt het in de praktijk vast niet altijd volgens artikel 3 GW; kijk maar naar de aanstelling van burgemeesters...
[edit] Verder staan uitzonderingen van de GW vaak in de GW zelf. Kijk maar naar artikel 8 of 6 GW en leg daar artikel 3 naast. Dan zie je al dat antwoord C niet gaat lukken  |
|
|
|
 |
|