|
Auteur |
Bericht |
bona fides
Geslacht:
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22893
|
Geplaatst: zo 26 feb 2006 3:18 Onderwerp: vaststelling collegegeld voltijd/deeltijd |
|
|
Artikel 7.43 lid 1+2 WHW (wet op het hoger en wetenschappelijk onderwijs) stelt voor studenten onder de 30 jaar het wettelijk collegegeld voor voltijdstudies vast, en geeft universiteiten de bevoegdheid voor de overige studenten de hoogte van het collegegeld voor voltijdstudies vast te stellen. Het is de vraag of, met het oog op de WGBL, universiteiten van deze bevoegdheid wel gebruik mogen maken aangezien het tot een onderscheid op leeftijd zou leiden. Maar daar wil ik het nu niet over hebben.
Artikel 7.44 lid 1 WHW geeft universiteiten de bevoegdheid tot vaststelling van het collegegeld voor deeltijdopleidingen. Deze bepaling rept met geen woord over een onderscheid tussen 30- en 30+-studenten. De praktijk is echter dat veel universiteiten hierbij wél zo'n onderscheid maken.
Mag dat wel? Het lijkt me in te gaan tegen het legaliteitsbeginsel (er is geen wettelijke bevoegdheid tot het maken van onderscheid op leeftijd bij de vaststelling van het collegegeld voor een deeltijdopleiding), gelijkheidsbeginsel (gelijke gevallen worden ongelijk behandeld, zie evt ook artikel 1 Gw) en het verbod op willekeur.
Voor de volledigheid: de letterlijke tekst van 7.44 lid 1 is "Voor de inschrijving als student voor een deeltijdse of duale opleiding aan een universiteit of hogeschool stelt het instellingsbestuur het collegegeld vast. Het collegegeld bedraagt ten minste EUR 567,23." Lid 2 zegt wat over de publicatie van de vastgestelde bedragen. Bedragen, want per studie mag natuurlijk sowieso een ander bedrag worden vastgesteld.
Wie heeft hier een mening over? |
|
|
|
|
StevenK Moderator
Leeftijd: 51 Geslacht: Sterrenbeeld: Studieomgeving (BA): OU Studieomgeving (MA): OU Berichten: 4108
|
Geplaatst: zo 26 feb 2006 7:30 Onderwerp: Re: vaststelling collegegeld voltijd/deeltijd |
|
|
bona fides schreef: | Voor de volledigheid: de letterlijke tekst van 7.44 lid 1 is "Voor de inschrijving als student voor een deeltijdse of duale opleiding aan een universiteit of hogeschool stelt het instellingsbestuur het collegegeld vast. Het collegegeld bedraagt ten minste EUR 567,23." Lid 2 zegt wat over de publicatie van de vastgestelde bedragen. Bedragen, want per studie mag natuurlijk sowieso een ander bedrag worden vastgesteld.
|
Nu ben ik natuurlijk bevooroordeeld in deze, maar ik kan me goed vinden in jouw standpunt. |
|
|
|
|
BB2
Leeftijd: 42 Geslacht: Sterrenbeeld:
Berichten: 8
|
Geplaatst: wo 01 mrt 2006 15:36 Onderwerp: |
|
|
Maar er staat toch ook niet in de wet dat het onderscheid niet gemaakt mag worden? Wat dat betreft zie ik geen strijd met het legaliteitsbeginsel. En als voor voltijdstudenten onderscheid mag worden gemaakt in collegegeld tussen 30+ en 30- studenten, zie ik niet in waarom datzelfde onderscheid voor deeltijders in strijd zou zijn met het gelijkheidsbeginsel. Hierbij laat ik buiten beschouwing of het terecht is dat dat onderscheid gemaakt wordt voor voltijders, maar nu het gebeurt lijkt het me voor deeltijders ook kunnen. Vervelend, maar zo zie ik het... |
|
|
|
|
bona fides
Geslacht:
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22893
|
Geplaatst: wo 01 mrt 2006 19:24 Onderwerp: |
|
|
BB2 schreef: | Maar er staat toch ook niet in de wet dat het onderscheid niet gemaakt mag worden? Wat dat betreft zie ik geen strijd met het legaliteitsbeginsel. |
Nou, in zekere zin volgt dat uit het gelijkheidsbeginsel, artikel 1 Gw en in ieder geval uit de WGBL (die ook van toepassing is op de toelatingseisen tot opleidingen). Maar uit een legaliteitsoogpunt, waarom is dit een bevoegdheid tot het maken van een onderscheid, dat bovendien hoe dan ook toch redelijk willekeurig is? Voor de voltijdstudies is die bevoegdheid expliciet in de wet te vinden, voor deeltijdstudies niet. Wat als er per geboortejaar een ander collegegeld werd gevraagd? Of per sterrenbeeld?
Ik beweer niet dat ik zeker ben van mijn zaak, daarom vraag ik natuurlijk ook naar de mening van anderen. Weet iemand een voorbeeld van een min of meer vergelijkbare bevoegdheid waarbij in de uitoefening ervan onderscheid wordt gemaakt naar individu? |
|
|
|
|
cicero20
Leeftijd: 39 Geslacht: Sterrenbeeld: Studieomgeving (BA): UL
Berichten: 11
|
Geplaatst: wo 01 mrt 2006 20:56 Onderwerp: |
|
|
Artikel 7. 44 lid 1 WHW geeft de vrijheid aan universiteiten geeft om naar eigen inzicht het collegegeld vast te stellen. Ik denk dat ze dus ook een eigen beleid met het collegegeld mogen voeren en dat betekent dat ze het collegegeld mogen differentieren aan de hand van criteria zoals leeftijd, opleiding etcetera. |
|
|
|
|
bona fides
Geslacht:
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22893
|
Geplaatst: do 02 mrt 2006 1:57 Onderwerp: |
|
|
Ik ben het met je eens dat differentiatie naar opleiding zonder meer mogelijk is. Zo valt 7.44 lid 1 ook best te lezen. Maar zonder wettelijke basis een bepaald voorzieningenniveau aan sommige personen niet en aan andere personen wel aan te mogen bieden vind ik minder evident.
De uitzondering die 7.43 lid 1 geeft is heel specifiek voor een wettelijk omschreven groep van personen die een voltijds opleiding volgen. Deze betalen het "wettelijk" collegegeld. Dit wettelijk collegegeld staat helemaal los van deeltijdopleidingen. Daarom betwijfel ik dat dit onderscheid zo maar getransponeerd mag worden naar deeltijdopleidingen. Als ik hierin gelijk heb, is de vraag nog of 7.44 lid 1 op zichzelf al zo'n onderscheid mogelijk maakt. Misschien is dit zo, maar dan ben ik wel benieuwd naar soortgelijke constructies. Dus een bevoegdheid tot regelgeving met een bijbehorende regeling die een individueel onderscheid maakt dat niet is terug te voeren op de bevoegdheidsbepaling of de strekking van die bepaling.
Nou ja, vermoedelijk ga ik er vanzelf achterkomen |
|
|
|
|
|