zondernaam
Leeftijd: 35 Geslacht: Sterrenbeeld: Studieomgeving (BA): UU
Berichten: 2
|
Geplaatst: wo 09 mei 2007 8:31 Onderwerp: dwaling in relatie tot schenking |
|
|
Hallo!
Ik ben bezig met een opdracht waarbij dwaling in relatie tot schenking centraal staat. Het gaat om het volgende: ik schenk aan mijn vriend een auto en vervolgens blijkt dat mijn vriend een andere vriendin blijkt te hebben, waardoor ik mij beroep op dwaling, anders had ik de auto immers niet aan hem gegeven. Ik kan mij niet voorstellen dat dit mogelijk is, lijkt mij een rare maatschappij worden als dit zo zou zijn.
Bij een zuivere grammaticale interpretatie van 6:228 lid 1 sub b lijkt mij dat het op grond daarvan wel zou kunnen. Waarop faalt het dan? Is dit vanwege lid 2? (ik neem aan van wel) En zo ja, waarop dan precies? Op:
- de aard van de overeenkomst
- de in het verkeer geldende opvattingen of
- de omstandigheden van het geval voor rekening van de dwalende behoort te blijven.
alvast bedankt , nadine |
|