Gertje
Leeftijd: 37 Geslacht: Sterrenbeeld: Studieomgeving (BA): RUG Studieomgeving (MA): RUG Berichten: 111
|
Geplaatst: di 27 mrt 2007 17:52 Onderwerp: |
|
|
Als ik het goed begrijp gaat het hier over art. 4 Wbrv: de verkrijging van aandelen in een onroerend goed lichaam.
De verkrijging van die aandelen is alleen belast als de verkrijger daardoor een substantieel belang in dat lichaam verkrijgt (of vergroot). Zie ook HR 15 oktober 2004, BNB 2005/52.
Om te beoordelen of er sprake is van een substantieel belang, wordt gekeken naar het aantal geplaatste aandelen dat de verkrijger bij de verkrijging verkrijgt, maar ook naar het aantal aandelen dat hij binnen twee jaar daarna nog erbij verkrijgt, art. 4 lid 5 sub b jo lid 3 Wbrv.
Daarnaast wordt ook gekeken naar het aantal aandelen dat met de verkrijger verbonden personen (ook rechtspersonen) hebben, art. 4 lid 3,6,7,8 Wbrv.
Het gaat dan ook om aandelen waarop hij vruchtgebruik of het economisch eigendom van heeft.
Om te komen op jouw vraag:
Het kan in ieder geval niet ontdoken worden door binnen 2 jaar nog een keer minder dan 1/3e van het geplaatste kapitaal in aandelen over te dragen: deze verkrijgingen worden bij elkaar opgeteld.
Misschien is het dan wel mogelijk als je bijv. in 2007 33% overdraagt, in 2010 33%, in 2013 33% en in 2016 1%. Maar of dat nog wel zinvol is... (ik neem aan dat je iets wilt bereiken met die overdracht, en dat het niet de bedoeling is over zo'n lange termijn te werken)
Wat Aby zegt weet ik niet, successie heb ik nog niet gehad
Succes! |
|