Content Syndication
|
|
|
Auteur |
Bericht |
miriam
Leeftijd: 70 Geslacht:  Sterrenbeeld: 
Berichten: 5
|
Geplaatst: vr 15 mei 2009 18:14 Onderwerp: 'ultra petita' en 'reformatio in peius' |
|
|
Vooraf: het betreft hier een WAO-procedure.
In 2008 heb ik bezwaar aangetekend tegen een besluit van het Uwv om mijn WAO-uitkering te verlagen. In dit bezwaar heb ik zowel medische als arbeidsdeskundige gronden aangevoerd. De door de Uwv opgestelde functionele mogelijkhedenlijst (FML) omvat 6 rubrieken. De eerste 5 geven de specifieke voorwaarden aan voor het functioneren in arbeid. De 6de rubriek betreft de 'Werktijden' ofwel het 'arbeidspatroon'.
In mijn bezwaar heb ik gronden naar voren gebracht die betrekking hadden op de eerste 5 rubrieken. De 6de rubriek heb ik onbesproken gelaten, omdat ik daar geen bezwaar tegen had.
Nu heeft het Uwv tijdens de bezwaarprocedure de 6de rubriek aangepast, waardoor ik geacht wordt ineens 40 uren te kunnen werken. Met het gevolg dat mijn WAO-uitkering per toekomende datum nog verder omlaag ging.
In mijn beroepszaak gaat het o.a. om de volgende twee principes:
1. Is het Uwv met de beslissing op bezwaar 'Ultra petita' gegaan?
2. Is hier sprake van 'Reformatio in peius'?
Wie heeft hier ervaring mee en kan mij wijzen op bruikbare jurisprudentie?
Groet,
Miriam |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: vr 15 mei 2009 19:06 Onderwerp: |
|
|
Ik denk dat er alleen sprake is van een toegestane nieuwe motivering van het besluit.
Ik ben geen expert of het gebied van de WAO of WIA, maar ik neem aan dat de hoogte van de uitkering gebaseerd is op de lijst als geheel, en dus bijvoorbeeld niet de optelsom is van een bepaald bedrag per rubriek. (Bij het bepalen van de hoogte van de verschuldigde inkomstenbelasting is dat wel min of meer het geval, alleen acht de belastingrechter interne compensatie zonder meer toegestaan, zowel in bezwaar als in beroep.)
Als dat juist is, dan is je bezwaar m.i. alleen op te vatten als een bezwaar tegen de hoogte van de uitkering. Het bestuursorgaan is dan verplicht om de hoogte van de uitkering volledig te heroverwegen. Daarbij mag dus een nieuwe lijst worden opgesteld. De enige beperking is dat de hoogte van de uitkering niet lager mag worden vastgesteld wegens het verbod op reformatio in peius.
Een uitspraak die dit lijkt te ondersteunen (maar misschien lees ik het verkeerd door mijn gebrekkige kennis van het WAO-recht) is CRvB 19 april 2005, AB 2005, 216, USZ 2005, 217, LJN AT4631:
CRvB schreef: | Niet valt in te zien dat een wijziging zoals in het geval van betrokkene in de fase van het bezwaar door de bezwaarverzekeringsarts aangebracht, bestaande uit het minder beperkt achten van betrokkene op een bepaald onderdeel dan aanvankelijk was aangenomen, zou moeten worden aangemerkt als een niet toegestane en met het systeem van functiebeoordeling strijdige relativering van het opgestelde belastbaarheidspatroon, zoals de rechtbank in de aangevallen uitspraak 2 heeft overwogen. De bezwaarprocedure is immers bij uitstek bedoeld om het primaire besluit volledig te heroverwegen. Van strijd met het verbod van reformatio in peius is geen sprake, zolang door de desbetreffende aanpassing van het belastbaarheidspatroon door de bezwaarverzekeringsarts de betrokkene materieel niet in een nadeliger rechtspositie wordt gebracht. In het onderhavige geval is daarvan geen sprake. |
Uiteraard kan na het wijzigen van zo'n rubriek geen beslissing op het bezwaar worden genomen voordat de belanghebbende in de gelegenheid is gesteld om hierop te reageren. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
arizona
Leeftijd: 49 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 721
|
Geplaatst: vr 15 mei 2009 19:09 Onderwerp: |
|
|
Voor de beantwoording van vraag 1 is van belang dat het bestuursorgaan verplicht is, het besluit op basis van het bezwaar te heroverwegen, eventueel los van de aangevoerde gronden. Die heroverweging mag echter niet onderdelen van het besluit betreffen die helemaal los staan van de aangevoerde bezwaren (in de woorden van Van Wijk/Konijnenbelt & Van Male, 14e druk, p. 562) (artikel 7:11, eerste lid, Awb). De vraag is dan ook, of daarvan hier sprake is. Van Wijk/Konijnenbelt & Van Male geven aan dat dit uitgangspunt in de rechtspraak wel is genuanceerd maar schrijven niet specifiek over arbeidsongeschiktheidsbeoordelingen. Wel kan van belang zijn dat de Centrale Raad van Beroep heeft geoordeeld dat een arbeidsongeschiktheidsbeoordeling niet bestaat uit onderdelen als bedoeld in artikel 6:13 Awb (CRvB 13 mei 2008, LJN BD1231, JB 2008, 150 m.nt. LJMT). Of dit ook betekent dat er geen sprake is van onderdelen voor zover van belang voor de reikwijdte van de bestuurlijke heroverweging durf ik niet met 100% zekerheid te zeggen, maar de kans lijkt me aanzienlijk (misschien zegt de annotator er iets over).
Voor de beantwoording van vraag 2 is van belang of het UWV ook los van je bezwaarschrift de bevoegdheid zou hebben het besluit ambtshalve aan te passen. Is dat het geval, dan geldt het verbod van reformatio in peuis niet (artikel 6:18, eerste lid, Awb). Óf dat het geval is, weet ik niet. |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: vr 15 mei 2009 19:30 Onderwerp: Re: 'ultra petita' en 'reformatio in peius' |
|
|
miriam schreef: | Nu heeft het Uwv tijdens de bezwaarprocedure de 6de rubriek aangepast, waardoor ik geacht wordt ineens 40 uren te kunnen werken. Met het gevolg dat mijn WAO-uitkering per toekomende datum nog verder omlaag ging. |
Pas na het lezen van de reactie van arizona valt mij de laatste zin op. Ja, als in de beslissing op bezwaar een lagere uitkering is toegekend is dat zeker een reformatio in peius (ik dacht in eerste instantie dat je de reformatio in peius zag in het ten nadele aanpassen van een rubriek in de lijst). Zoals arizona al aangaf is dat soms toegestaan.
Volgens CRvB 15 juli 2005, AB 2006, 291, LJN AT9802:
CRvB schreef: | De Raad ziet dit betoog doel treffen. Reeds eerder - verwezen wordt naar bijvoorbeeld zijn uitspraak van 26 mei 2003, gepubliceerd in JB 2003/195 - heeft de Raad blijk gegeven van zijn opvatting dat het onder omstandigheden toelaatbaar kan worden geacht wanneer een betrokkene in de bezwaarschriftprocedure in een nadeliger positie is komen te verkeren dan voor het instellen van bezwaar. De Raad heeft daarbij in evenvermelde uitspraak van belang geacht dat appellant gehouden was om tot wijziging van het besluit ten nadele van betrokkene over te gaan. Voorts heeft de Raad betekenis toegekend aan de omstandigheid dat betrokkene niet op ontoelaatbare wijze in zijn verweermogelijkeden is beperkt.
In het onderhavige geval - daargelaten of gedaagde door de uitkering per 23 oktober 1999 te herzien in een nadeliger positie is komen te verkeren dan voor het indienen van het bezwaar tegen het besluit de uitkering per 13 mei 1999 te herzien - stelt de Raad vast dat appellant, op grond van het bepaalde in de artikelen 36 en 42 van de WAO, verplicht is tot herziening van een WAO-uitkering indien de mate van arbeidsongeschiktheid is afgenomen. De Raad is dan ook met appellant van oordeel dat hieruit volgt dat aan deze verplichting, in het geval van de onderhavige bezwaarprocedure, buiten de gronden van het bezwaar om, vorm kan worden gegeven via de in die procedure te nemen beslissing op bezwaar. De Raad acht in dit kader mede van belang dat gedaagde in de bezwaarprocedure in de gelegenheid is gesteld om te reageren op het nader door appellant ingenomen standpunt, zodat hij niet op ontoelaatbare wijze is beperkt in zijn verweermogelijkheden. Gedaagde is immers in de gelegenheid gesteld ter zake van de nieuwe arbeidskundige inzichten op 17 september 1999 (opnieuw) te worden gehoord. |
Of dit betekent dat de reformatio in peius in jouw geval ook is toegestaan durf ik niet te zeggen. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
miriam
Leeftijd: 70 Geslacht:  Sterrenbeeld: 
Berichten: 5
|
Geplaatst: za 16 mei 2009 17:22 Onderwerp: |
|
|
Allereerst, bedankt voor het meedenken en de reacties.
Reformatio in peius
Los van mijn bezwaarschrift had het Uwv niet de bevoegdheid het besluit ambtshalve aan te passen. Met andere woorden: er was geen sprake van een kennelijke misslag. Dus je denkt: dat zit gebakken. Maar uitspraken tonen aan dat de CRvB het argument van reformatio in peius meestal afwijst door erop te wijzen dat het Uwv de verlaging van de uitkering per toekomende datum laat ingaan. Dit is eigenlijk een smerig trucje.
In mijn geval: ik dien een bezwaar in, ik word opgeroepen voor een herkeuring, mijn bezwaar wordt 'gegrond' verklaard (maw. de voorgestelde verlaging gaat niet door). Intussen komen er dan 'nieuwe feiten' aan het licht: mijn urenbeperking op de FML wordt opgeheven. Dit dwingt het Uwv tot een nieuwe arbeidsdeskundige beoordeling en deze leidt tot een verlaging van mijn uitkering, immers ik kan nu ineens 40 uur werken. Het Uwv weet dat een bezwaarprocedure niet tot een verlaging mag leiden, dus gaat de verlaging per toekomende datum in.
Tussentijds ben ik in de gelegenheid gesteld om te reageren op dit zegmaar 'tweede' besluit. Mijn gronden van bezwaar kon ik vervolgens voorleggen aan nb. dezelfde verzekeringsarts en arbeidsdeskundige.
En uiteindelijk staan besluit 1 en besluit 2 in één beschikking.
De uitspraak van de CRvB op 15 juli 2005 (LJN AT9802) is mij bekend en wordt ook door het Uwv als tegenargument gebruikt. Maar ik heb een andere uitspraak van de CRvB op 11 oktober 2005 (LJN AU4358).
Quote: |
De rechtbank heeft het beroep tegen het bestreden besluit in de in rubriek I vermelde uitspraak gegrond verklaard. De rechtbank heeft hierbij overwogen dat er, anders dan gemachtigde van appellant stelt, geen sprake is van schending van het verbod op reformatio in peius omdat gedaagde de WAO-uitkering van appellant niet met terug-werkende kracht heeft ingetrokken en gedaagde voorts de bevoegdheid heeft om in overeenstemming met de wettelijke maatstaven uitkeringen die te hoog zijn vastgesteld, op redelijke termijn naar behoren te corrigeren en gemaakte fouten, ook ten nadele van een betrokkene, voor de toekomst te herstellen.
In hoger beroep is namens appellant aangevoerd dat, nu het onderzoek naar toepassing van de bijzondere wetsartikelen -onweersproken- is ingegeven tijdens een namens appellant gevoerde bezwaarprocedure ter verkrijging van een hogere WAO-uitkering, er wel sprake is van een schending van het verbod van reformatio in peius.
Met betrekking tot de schending van het verbod op reformatio in peius is de Raad -anders dan de rechtbank- van oordeel dat in het bestreden besluit -mede gelet op de formulering- sprake is van een verboden reformatio in peius voor zover de beslissing ziet op appellants aanspraak op een WAO-uitkering per 27 augustus 2000. De Raad merkt hierbij op dat het feit dat effectuering hiervan eerst, rekening houdende met een uitlooptermijn van 2 maanden, naar de toekomst is verschoven, dit oordeel niet anders maakt.
Dit betekent dat het hoger beroep in zoverre slaagt en dat het bestreden besluit, voor zover daarbij de aanspraak van appellant op een uitkering ingevolge de WAO per 27 augustus 2000 wordt geweigerd, wegens strijd met artikel 7:11 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) niet in stand kan worden gelaten.
|
Moet het hiermee lukken?
Ultra petita
Het bepalen van iemands arbeids(on)geschiktheid bestaat uit twee onderdelen: een medisch onderzoek en een arbeidsdeskundig onderzoek.
Een verzekeringsarts stelt een functionele mogelijkhedenlijst (FML) op: een uitgebreide waslijst van mogelijkheden om in arbeid te functioneren. Bijvoorbeeld onder het item 'buigen' geeft de arts aan of de cliënt 'normaal' kan reiken, 'beperkt' of 'helemaal niet'. Ook het aantal buigingen staat aangegeven. Deze FML is opgedeeld in 6 rubrieken.
De verzekeringsarts doet geen uitspraak over het arbeidsgeschiktheidspercentage en bepaalt dus niet de euro-hoogte van de uitkering.
De FML gaat in zijn geheel naar een arbeidsdeskundige. Deze voert de gegevens door een computerprogramma en de computer spuugt vervolgens een lijst uit met mogelijke functies - inclusief uurloon - die de cliënt met de beperkingen nog kan vervullen. De arbeidsdeskundige controleert de lijst, kiest drie functies, pakt het middelste uurloon en vergelijkt dit met het uurloon van de cliënt voorafgaande aan de WAO.
En zo wordt het arbeidsongeschiktheidspercentage vastgesteld en daarmee de hoogte van de uitkering.
De Centrale Raad van Beroep oordeelt inderdaad dat een arbeidsongeschiktheidsbeoordeling niet bestaat uit onderdelen: het is geen meerdelig besluit. De uitspraken hebben dan betrekking op het geval dat de rechtbank een besluit van het bestuursorgaan vernietigt op grond van onzorgvuldig arbeidsdeskundig onderzoek. De CRvB oordeelt dan dat het héle besluit wordt vernietigd.
Ik kan echter geen uitspraak vinden met betrekking tot de verschillende onderdelen van de FML in combinatie met de gronden van bezwaar. Naar mijn weten is er bij WAO-procedures nog nooit gebruik gemaakt van het 'ultra petita'-argument. Ik kan geen CRvB-uitspraak vinden waarin wordt geoordeeld dat alle onderdelen van de FML bij elkaar horen en dat derhalve een opgevoerd bezwaar tegen één van de rubrieken leidt tot een heroverweging van de gehele FML. Maar ook een uitspraak die mij ondersteunt, blijft onvindbaar.
Voor zover ik kan nagaan wordt het 'ultra petita'-argument vooral gebruikt bij belastingzaken. Nogmaals zoekend op internet, kom ik vooral zaken tegen waarbij de rechter al dan niet ultra petita gaat. Toch kan ook een bestuursorgaan als het Uwv ultra petita gaan.
Hiervoor heb ik gevonden:
De Awb-bezwaarschriftprocedure: een praktische handleiding
By H B Winter
Edition: 2
Published by Kluwer, 2003
In hoofdstuk 8 'De heroverweging' staat het volgende:
Quote: |
Een derde aspect van de toetsing in bezwaar wordt tot uitdrukking gebracht door de in de wet gebezigde formulering 'op grondslag van het bezwaar'. Dit betekent dat in beginsel die onderdelen van het besluit die niet in het bezwaarschrift worden aangevochten, tijdens de heroverweging niet aan de orde komen. Dit wordt wel aangeduid als het verbod om 'ultra petita' te gaan, buiten het geschil treden.
De formulering 'op grondslag van het bezwaar' wordt ook gebezigd om een vierde aspect van de toetsing van bezwaar tot uitdrukking te brengen. Door de heroverweging te beperken tot hetgeen door de bezwaarde onder woorden is gebracht, wordt voorkomen dat de bezwaarde slechter wordt van die heroverweging. Dat wordt het verbod op 'reformatio in peius' genoemd. Dit verbod is evenwel niet absoluut.
|
Onder Afbakening van het geschil staat vervolgens:
Quote: |
Uitgangspunt van het geschil is het besluit dat het resultaat is van de primaire besluitvorming. Dit besluit wordt door de belanghebbende aangevochten en staat dus centraal in de heroverweging. Daarbij worden de grenzen van het geschil bepaald door de wijze waarop de burger het geschil onder woorden brengt in het bezwaarschrift. Er is dus enerzijds sprake van een volledige heroverweging, anderzijds geeft de bezwaarde de onderdelen van het besluit aan waarop die volledige heroverweging betrekking heeft. Dat hangt samen met de keuze van de wetgever in het bestuursprocesrecht heeft gemaakt voor de functie van de individuele rechtsbescherming. Was dat anders geweest, en zou zijn gekozen voor het primaat van de algemene rechtmatigheidscontrole, dan zou het bestuursorgaan bij de heroverweging ook de andere onderdelen nogmaals de revue kunnen laten passeren. Gaat het bestuursorgaan tijdens de heroverweging buiten de grenzen van het door de burger gedefinieerde geschil, dan overtreedt het bestuur het verbod om 'ultra petita' te gaan. Wel moet het bestuursorgaan de bezwaren ruim interpreteren: de burger is vaak de zwakkere partij en het bestuur is gehouden deze ongelijkheid te compenseren.
|
Kan ik het principe van individuele rechtsbescherming (en ik als zwakkere partij) gebruiken bij mijn stelling dat het Uwv niet aan mijn urenbeperking had mogen tornen, omdat het bestuursorgaan daarmee ultra petita is gegaan?
Het is al met al een heel verhaal. Als iemand nog wil meedenken ......
Groet,
Miriam |
|
|
|
 |
arizona
Leeftijd: 49 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 721
|
Geplaatst: za 16 mei 2009 17:36 Onderwerp: |
|
|
Quote: | De Centrale Raad van Beroep oordeelt inderdaad dat een arbeidsongeschiktheidsbeoordeling niet bestaat uit onderdelen: het is geen meerdelig besluit. De uitspraken hebben dan betrekking op het geval dat de rechtbank een besluit van het bestuursorgaan vernietigt op grond van onzorgvuldig arbeidsdeskundig onderzoek. De CRvB oordeelt dan dat het héle besluit wordt vernietigd.
Ik kan echter geen uitspraak vinden met betrekking tot de verschillende onderdelen van de FML in combinatie met de gronden van bezwaar. Naar mijn weten is er bij WAO-procedures nog nooit gebruik gemaakt van het 'ultra petita'-argument. Ik kan geen CRvB-uitspraak vinden waarin wordt geoordeeld dat alle onderdelen van de FML bij elkaar horen en dat derhalve een opgevoerd bezwaar tegen één van de rubrieken leidt tot een heroverweging van de gehele FML. Maar ook een uitspraak die mij ondersteunt, blijft onvindbaar.
|
Even reagerend op dit punt: niet alleen kan er geen sprake zijn van gedeeltelijke vernietiging, er kan ook geen sprake zijn van een onderdelenfuik. De crvb heeft het immers over onderdelen als bedoeld in artikel 6:13 Awb. De stap van dit standpunt naar het standpunt dat er geen grens zit aan de bestuurlijke heroverweging is m.i. erg klein, maar het is inderdaad niet hetzelfde. |
|
|
|
 |
miriam
Leeftijd: 70 Geslacht:  Sterrenbeeld: 
Berichten: 5
|
Geplaatst: za 16 mei 2009 17:53 Onderwerp: |
|
|
Een 'onderdelenfuik'? |
|
|
|
 |
arizona
Leeftijd: 49 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 721
|
Geplaatst: za 16 mei 2009 18:07 Onderwerp: |
|
|
Quote: | Los van mijn bezwaarschrift had het Uwv niet de bevoegdheid het besluit ambtshalve aan te passen. Met andere woorden: er was geen sprake van een kennelijke misslag. |
Ik ken de desbetreffende regelgeving niet, en jij misschien wel, maar voor de zekerheid: een kennelijke misslag is niet de enige geldige reden voor ambtshalve aanpassing. Het kan goed zijn dat de betreffende regelgeving het Uwv expliciet de bevoegdheid geeft tot ambtshalve aanpassing (om andere redenen), waarschijnlijk inderdaad per toekomende datum. Dit blijkt ook uit de uitspraak die je zelf aanhaalt. Je kunt dat een smerig trucje noemen maar het lijkt erop dat dit in beginsel volledig in lijn met de wet is. Maar nogmaals, die ken ik niet.
Áls er een bevoegdheid is tot ambtshalve aanpassing, dan is artikel 6:18 en 6:19 Awb van toepassing en dan is noch het reformatio in peius argument, noch het ultra petita argument erg bruikbaar vrees ik.
Quote: | Moet het hiermee lukken? |
Ik vind dat lastig te beoordelen. Je citaat maakt niet echt duidelijk waarom de crvb hier tot een ander oordeel komt, dus ook lastig te zeggen welk van de twee benaderingen op jouw casus van toepassing is. Maar je kunt het natuurlijk zeker proberen!
Quote: | Toch kan ook een bestuursorgaan als het Uwv ultra petita gaan. | .
Ja dat heb ik hiervoor ook al aangegeven én genuanceerd.
Quote: | Kan ik het principe van individuele rechtsbescherming (en ik als zwakkere partij) gebruiken bij mijn stelling dat het Uwv niet aan mijn urenbeperking had mogen tornen, omdat het bestuursorgaan daarmee ultra petita is gegaan? |
Je kunt het altijd aanvoeren. Ik kan er verder helaas niet veel zinnigs over zeggen; ik kan zo snel ook geen relevante jurisprudentie vinden inderdaad.
Naast deze twee argumenten zou ik overigens vooral ook inhoudelijke argumenten aanvoeren tegen het besluit, maar dat was je waarschijnlijk al van plan... |
|
|
|
 |
arizona
Leeftijd: 49 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 721
|
Geplaatst: za 16 mei 2009 18:09 Onderwerp: |
|
|
De onderdelenfuik houdt in dat je een onderdeel van een besluit waartegen je geen bezwaar hebt gemaakt, niet alsnog in beroep kunt bestrijden. Als een besluit niet uit 'onderdelen' in die zin bestaat - en dat is dus bij aan aob het geval - dan kan je dus niet in die fuik lopen. |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: za 16 mei 2009 18:26 Onderwerp: |
|
|
miriam schreef: | Los van mijn bezwaarschrift had het Uwv niet de bevoegdheid het besluit ambtshalve aan te passen. Met andere woorden: er was geen sprake van een kennelijke misslag. Dus je denkt: dat zit gebakken. Maar uitspraken tonen aan dat de CRvB het argument van reformatio in peius meestal afwijst door erop te wijzen dat het Uwv de verlaging van de uitkering per toekomende datum laat ingaan. Dit is eigenlijk een smerig trucje. |
Volgens mij is het UWV meestal verplicht om een te hoog vastgestelde uitkering te corrigeren (en als ik me niet vergis is het UWV daarbij ook vaak verplicht om te veel uitgekeerde bedragen terug te vorderen, maar hier kan ik me vergissen). Het zou raar zijn als je aan zo'n correctie zou kunnen ontkomen door snel zelf bezwaar aan te tekenen en op het verbod van reformatio in peius te vertrouwen.
Quote: | In mijn geval: ik dien een bezwaar in, ik word opgeroepen voor een herkeuring, mijn bezwaar wordt 'gegrond' verklaard (maw. de voorgestelde verlaging gaat niet door). Intussen komen er dan 'nieuwe feiten' aan het licht: mijn urenbeperking op de FML wordt opgeheven. Dit dwingt het Uwv tot een nieuwe arbeidsdeskundige beoordeling en deze leidt tot een verlaging van mijn uitkering, immers ik kan nu ineens 40 uur werken. Het Uwv weet dat een bezwaarprocedure niet tot een verlaging mag leiden, dus gaat de verlaging per toekomende datum in. |
Is het opheffen van de urenbeperking een directe uitkomst van de herkeuring?
Dat je in bezwaar geen enkele bescherming zou hebben tegen een in je nadeel uitpakkende herkeuring, vind ik persoonlijk inderdaad ook wel wringen. Maar dat is misschien de reden dat de verlaging geen terugwerkende kracht heeft...
Quote: | Tussentijds ben ik in de gelegenheid gesteld om te reageren op dit zegmaar 'tweede' besluit. Mijn gronden van bezwaar kon ik vervolgens voorleggen aan nb. dezelfde verzekeringsarts en arbeidsdeskundige.
En uiteindelijk staan besluit 1 en besluit 2 in één beschikking. |
Dus in feite is er tijdens de bezwaarprocedure tegen besluit 1 een geheel nieuw besluit 2 genomen. Vervolgens heb je tijdens de bezwaarprocedure tegen besluit 1 ook bezwaar ingesteld tegen besluit 2, en is er tegelijk besloten op beide bezwaren. Begrijp ik het zo goed?
Als er een nieuw besluit 2 is genomen, lijkt er in ieder geval geen sprake te zijn van ultra petita gaan voor wat betreft besluit 2 (voor wat betreft besluit 1 denk ik ook niet, maar om een andere reden), en is er van een reformation in peius strikt genomen ook geen sprake (en lijkt LJN AU4358 er ook niet toe te doen). De vraag lijkt me dan alleen of het UWV bevoegd was om besluit 2 te nemen. Ik denk dat het UWV bevoegd was, maar hier moet misschien beter naar worden gekeken.
Maar misschien begrijp ik je verkeerd wat betreft die besluiten 1 en 2. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
miriam
Leeftijd: 70 Geslacht:  Sterrenbeeld: 
Berichten: 5
|
Geplaatst: za 16 mei 2009 23:12 Onderwerp: |
|
|
Mijn arbeidsongeschiktheidsbeoordeling in bezwaar bestond uit drie fasen:
1. Medische beoordeling.
Resultaat: aanpassing van de FML, inclusief opheffing urenbeperking.
2. Arbeidskundige beoordeling.
Resultaat: twee functies vervallen, andere functies worden bijgeduid.
Uwv: "Dit betekent dat u op en na 14 juni 2008 ongewijzigd arbeidsongeschikt voor 65 tot 80% wordt geacht"
3. Arbeidskundige beoordeling.
Uwv: "De bezwaararbeidsdeskundige heeft onderzocht of er functies met een hogere loonwaarde te duiden zijn".
Resultaat: Drie volledig nieuwe functies.
Uwv: "Dit geeft aanleiding tot indeling in de arbeidsongeschiktheidsklasse 45 tot 55%. Om zorgvuldigheidsredenen kan deze verlaging eerst per toekomende datum worden geëffectueerd."
De bezwaararbeidsdeskundige omschrijft fase 3 als volgt: "Omdat de FML gewijzigd is - m.n. opheffen medische urenbeperking - wordt thans een arbeidsongeschiktheidsschatting uitgewerkt per toekomende datum. De vraagstelling luidt: Zijn er argumenten om het arbeidsgeschiktheidspercentage te herzien na de effectueringsdatum d.d. 14-06-2008?"
Het Uwv stelde me in de gelegenheid op de voorlopige resultaten te reageren en vervolgens ontving ik van het Uwv één beslissing op bezwaar met daarin de volgende tekst:
Quote: |
Gelet op het voorgaande verklaren we uw bezwaar ongegrond.
U wordt op en na 14 juni 2008 ongewijzigd voor 65 tot 80% arbeidsongeschikt geacht.
Met ingang van 2 augustus 2008 wordt u voor 45 to 55% arbeidsongeschikt geacht op grond van de WAO.
We trekken de beslissing van 13 december 2007 (mir. verlaging van 65 tot 80% naar 55 tot 65%) hierbij in.
|
Samengevat komt het voor mij hierop neer:
1. In een bezwaarprocedure mag je niet omlaag.
2. De bezwaarde bepaalt de grenzen van het geschil.
3. Het onderdeel 'werktijden' (FML rubriek 6) had ik niet als geschil gedefinieerd. Dat stond in het primaire besluit op maximaal 20 per week, hetgeen overigens al 10 jaar voor mij geldde.
4. Het bestuursorgaan moet de bezwaren ruim interpreteren: de burger is vaak de zwakkere partij en het bestuur is gehouden deze ongelijkheid te compenseren.
5. Het opheffen van de urenbeperking is een direct gevolg van de medische heroverweging tijdens de door mij in gang gezette bezwaarprocedure.
6. Het Uwv moest ambtshalve - door de opheffing van mijn urenbeperking - een nieuw arbeidsdeskundig onderzoek starten.
7. Het nieuwe onderzoek resulteerde in een verdere verlaging van mijn uitkering ten opzichte van het primaire besluit.
8. De verlaging gaat in per toekomende datum.
Mijn conclusie: het Uwv heeft mijn bezwaren ten onrechte ruim geïnterpreteerd (ultra petita) en zonder mijn bezwaar had het Uwv mijn WAO-uitkering niet ambtshalve naar beneden hoeven bij te stellen (reformatio in peuis).
Groet,
Miriam |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: zo 17 mei 2009 0:42 Onderwerp: |
|
|
Wat was precies de beslissing waartegen je bezwaar was gericht? Zoals ik het nu begrijp was dat "de beslissing van 13 december 2007 (mir. verlaging van 65 tot 80% naar 55 tot 65%)".
Je bezwaar tegen die beslissing is ongegrond verklaard, maar toch is die beslissing ingetrokken? Dat is raar. Maar goed, dan heb je toch je zin gekregen.
Vervolgens is er een geheel nieuwe beslissing genomen om je vanaf 2 augustus 2008 voor 45 tot 55% arbeidsongeschikt te verklaren. Tegen die beslissing moet je m.i. opnieuw in bezwaar. Ben je in beroep gegaan, dan zou ik verwachten dat de rechtbank het beroepschrift aanmerkt als bezwaarschrift en terugstuurt naar het UWV. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
arizona
Leeftijd: 49 Geslacht:  Sterrenbeeld:  Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 721
|
Geplaatst: zo 17 mei 2009 9:48 Onderwerp: |
|
|
Ongegrond en toch intrekken primair besluit lijkt (zie artikel 7:11 eerste en tweede lid) in bezwaar minder raar dan in beroep maar alleen al hieruit volgt natuurlijk wel dat de heroverweging buiten de door M aangevoerde bezwaren heeft plaatsgevonden. Blijft de vraag of dat mocht. Een sluitend antwoord daarop vinden we helaas niet (vanwege los van bezwaar bestaande bevoegdheid). Voor zover ik de laatste uitspraak van de crvb begrijp, maakt je kans op een vernietiging als het zo is dat de besluitaanpassing alleen mogelijk is geweest doordat je a.g.v. het bezwaar opnieuw beoordeeld bent zodat zij tot nieuwe conclusies konden komen. Uit je relaas lijkt dit inderdaad het geval te zijn, maar ik ken de WAO niet goed genoeg om dat te beoordelen. |
|
|
|
 |
memolen
Leeftijd: 72 Geslacht:  Sterrenbeeld: 
Berichten: 79
|
Geplaatst: zo 17 mei 2009 17:20 Onderwerp: UWV heeft dit goed gedaan |
|
|
Volgens mij heeft het UWV dit prima gedaan. Je was 65-80% arbeidsongeschikt, en werd bij herbeoordeling 45-55% WAO. Hiertegen ga je in bezwaar. Dit bezwaar wordt gegrond verklaard, en je blijft vooralsnog op de datum in geding 14 juni 2008 65-80% arbeidsongeschikt. Maar nu de urenbeperking in bezwaar is geschrapt, word je op nieuwe functies voor 45-55% arbeidsongeschikt bevonden, en wel per toekomende datum.
Gevoelsmatig is dit natuurlijk zuur, maar het UWV kan in bezwaar een ‘volledige heroverweging’ doen, en hoeft zich niet te beperken tot jouw gronden van bezwaar. Als de bezwaarverzekeringsarts dan vindt dat de urenbeperking onterecht is gesteld, dan dient deze dit in bezwaar te herstellen.
Voor wat betreft het stellen van een medische urenbeperking wordt door de UWV artsen een protocol gehanteerd. In beroep zou je dit protocol kunnen opvragen en je licht er over laten schijnen. Toch zinvol om te zien hoe twee artsen hetzelfde protocol hanteren, maar tot een andere uitkomst komen.
Het is overigens gangbaar dat je kunt reageren op het tweede (voorgenomen) besluit). De bezwaarverzekeringsarts en de bezwaararbeidsdeskundige zijn dezelfden die het bezwaar hebben behandeld. Waarom ook niet? Er wordt niet opnieuw geoordeeld. Je kunt slechts reageren op het voornemen; het betreft geen mogelijkheid om opnieuw bezwaar te maken. Het UWV is verplicht de nieuw geduide functies aan te zeggen, en dit voorgenomen besluit is de nieuwe aanzegging. |
|
|
|
 |
bona fides
Geslacht: 
Studieomgeving (BA): UL Studieomgeving (MA): UL Berichten: 22911
|
Geplaatst: zo 17 mei 2009 17:28 Onderwerp: Re: UWV heeft dit goed gedaan |
|
|
memolen schreef: | Hiertegen ga je in bezwaar. Dit bezwaar wordt gegrond verklaard, en je blijft vooralsnog op de datum in geding 14 juni 2008 65-80% arbeidsongeschikt. |
Alleen noemen ze het "ongegrond"
Ik heb de indruk dat het UWV hier een beetje heeft geworsteld om aan een verbod reformatio in peius te ontkomen.
Het lijkt mij dat de beroepszaak eindigt in een verwijzing naar de bezwaarprocedure, want ik kan het moeilijk anders zien dan dat er na de ongegrondverklaring een geheel nieuw besluit is genomen. _________________ Hanc marginis exiguitas non caperet. |
|
|
|
 |
|
|
U mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen U mag geen reacties plaatsen U mag uw berichten niet bewerken U mag uw berichten niet verwijderen U mag niet stemmen in polls
|
|
|
|