gebruik Artikel 6:18 awb en gewijzigde omstandigheden

[kirstenbos]

Ik zit met de volgende vraag.
Als een bestuursorgaan een besluit wil herzien op grond van 6:18, hangende beroep, en het dictum niet wijzigt (de vergunning wordt verleend). Is het dan wel toegestaan om gebruik te maken van artikel 6:18?

Ik verwijs even naar lid 3 van het artikel waar staat dat geen besluit mag worden genomen waarvan de inhoud of strekking overeenstemt met het oorspronkelijke besluit tenzij gewijzigde omstandigheden dit rechtvaardigen of het bestuursorgaan daartoe los van bezwaar of beroep ook bevoegd zou zijn geweest.

In casu wijzigt het bestuursorgaan het dictum van het besluit niet, maar de inhoudelijke motivering wel, en ook worden de vergunningsvoorwaarden aangescherpt (het betreft een milieuvergunning).
Het ambtshalve aanscherpen van de vergunningvoorschriften (besluit) is een bevoegdheid los van bezwaar of beroep.

Ziet iemand van jullie in casu strijd met artikel 6:18 lid 3 of denken jullie dat het nemen van een nieuw besluit mag?

[bona fides]

Als ik me niet vergis heb je helemaal gelijk, maar wordt dit in de praktijk door de vingers gezien.
_________________
Hanc marginis exiguitas non caperet.

[msteeman]

Als met de aanpassingen beoogd wordt verder procederen te voorkomen (en dus tegemoet te komen aan de appellanten), dan is dat precies waar 6:18 voor bedoeld is. Als de aanpassingen ook gedaan zouden worden als er géén beroep tegen het besluit was ingesteld (maar op basis van een reguliere aanscherping van de voorwaarden in de vergunning), dan lijkt het me ook nog onder 6:18, lid 3 te kunnen vallen. Er moeten dan wel aantoonbaar nieuwe feiten of omstandigheden zijn die rechtvaardigen dat je het besluit wijzigt, maar dan staat er volgens mij niets in de weg om via artikel 6:19 gezellig door te procederen. Ik stel me bij dit geval voor dat de milieuvergunning waar je het over hebt niet geschorst is lopende de procedure en wél in werking is. Als er feiten of omstandigheden (een onveilige of onwenselijke situatie) zijn die nopen tot aanpassing van de vergunning, dan kan dat lopende de procedure.
Als met de aanpassingen beoogd wordt de lopende procedure te frustreren of als de aanpassingen niet aantoonbaar op nieuwe feiten of omstandigheden berusten, dan kom je volgens mij niet weg met 6:18 lid 3 en zul je geduldig de lopende procedure moeten uitzitten voordat je aan je besluit gaat sleutelen.

Mijn gevoel zegt: als je die voorwaarden gaat wijzigen waartegen inhoudelijk beroep is ingesteld, dan kan je die slechts wijzigen ten gunste van de appellant. Als je voorwaarden gaat wijzigen waartegen géén inhoudelijk beroep is ingesteld, dan geldt daarbij dat je moet motiveren waarom je die voorwaarden aanpast, maar dan valt dat onder 6:18 lid 3.

http://www.pgawb.nl/html/pgawb/WebHelp/PGAWB/Hoofdstuk_6/Artikel_6.18.htm

[kirstenbos]

@Bona Fides en Msteenman: alvast bedankt.

De milieuvergunning is overigens wel geschorst, maar door het aanscherpen van de voorschriften wordt tegemoet gekomen aan de eisen van appellanten.
Er is niet echt sprake van gewijzigde of nieuwe omstandigheden. Wel ziet men nu in dat bepaalde gronden van appellanten juist zijn en wenst het bestuursorgaan daar haar besluit en motivering op aan te passen, zonder daarbij het dictum te wijzigen, want eindonclusie is nog steeds dat de vergunning kan worden verleend (ook al zijn appellanten anders van mening)
Zoals ik het dus nu (ook uit jullie antwoorden) interpreteer, is toepassing van 6:18 mogelijk, dank hiervoor.

[bona fides]

Heeft een beslissing op bezwaar wel een dictum?

Als het bezwaar ontvankelijk is, vindt op de grondslag daarvan een heroverweging plaats en wordt voor zover nodig het primaire besluit herroepen en vervangen door een nieuw besluit.

Het aanscherpen van vergunningvoorschriften kan per definitie niet zonder gedeeltelijk te herroepen en te vervangen door een nieuw besluit.

Ik neem aan dat de rechtbank als voorlopige voorziening de vergunning heeft geschorst. Of een nieuw besluit dan automatisch ook onder die schorsing valt weet ik zo snel niet.
_________________
Hanc marginis exiguitas non caperet.