Tentamenvraag goederenrecht 2
Selecteer berichten van
# tot #
Afdrukken

Rechtenforum.nl -> Bachelor 1 / Propedeusejaar

#1: Tentamenvraag goederenrecht 2 Auteur: Glycerine BerichtGeplaatst: za 25 jun 2011 14:29
    —
Ik was een oefententamen aan het maken, MC, maar snap deze niet: de juiste antwoorden zijn gegeven maar er zit geen uitleg bij. Wellicht kan een van jullie mij helpen?

De vraag:

A heeft een vordering op C. A heeft deze vordering stil verpand aan de Bank. De onderhandse pandakte is geregistreerd op 24 juni 2009. Op 3 juli 2009 maken A en D een onderhandse akte van cessie op waarbij A zijn vordering op C overdraagt aan D. Op diezelfde dag biedt D de onderhandse akte van cessie ter registratie aan bij de belastingdienst. D wist niet dat de vordering al verpand was aan de bank. Welk alternatief is juist?

Het antwoord dat ik gaf:

D wordt pas rechthebbende van de vordering op C nadat aan C mededeling is gedaan van de cessie.

Fout. Het juiste antwoord is:

D wordt op 3 juli 2009 rechthebbende op de vordering op C. D moet het pandrecht van de bank tegen zich laten gelden.

Dit snap ik niet: volgens art 3:239 kan een sp op een vordering op naam zonder mededeling toch alleen wanneer er een reeds bestaande rechtsverhouding bestaat? Hoe weet je dat?

En als tweede vraag: wanneer zou C beschermd kunnen worden tegen het door de bank gevestigde pandrecht?

Hopelijk kan iemand me dit uitleggen want in het boek (Pitlo?) wordt het me niet veel duidelijker: aan de hand van een voorbeeld zoals deze leer ik het veel beter.

Alvast heel erg bedankt

#2: Re: Tentamenvraag goederenrecht 2 Auteur: bona fides BerichtGeplaatst: za 25 jun 2011 15:42
    —
Glycerine schreef:
Het antwoord dat ik gaf:

D wordt pas rechthebbende van de vordering op C nadat aan C mededeling is gedaan van de cessie.

Fout.

Want zie art. 3:94 lid 3 BW.

Quote:
D moet het pandrecht van de bank tegen zich laten gelden.

Dit snap ik niet: volgens art 3:239 kan een sp op een vordering op naam zonder mededeling toch alleen wanneer er een reeds bestaande rechtsverhouding bestaat? Hoe weet je dat?

"mits dit recht op het tijdstip van de vestiging van het pandrecht reeds bestaat of rechtstreeks zal worden verkregen uit een dan reeds bestaande rechtsverhouding". Het recht (= het vorderingsrecht op C) bestaat toch al?

Quote:
En als tweede vraag: wanneer zou C beschermd kunnen worden tegen het door de bank gevestigde pandrecht?

C? C heeft een schuld, die zal hij ooit moeten aflossen door betaling aan de persoon die op dat moment houder is van de vordering op C. C heeft verder geen last van een pandrecht op die vordering.

#3:  Auteur: Glycerine BerichtGeplaatst: zo 26 jun 2011 12:02
    —
Ik bedoelde D uiteraard, sorry. Klopt het dat D niet beschermd kan worden? Dat zou toch alleen het geval kunnen zijn indien er een titel / leveringsgebrek in een vorige overacht plaatstvond volgens 3:88 toch?

Bedankt voor het antwoord !



Rechtenforum.nl -> Bachelor 1 / Propedeusejaar

Tijden zijn in GMT + 2 uur

Pagina 1 van 1

© 2003 - 2005 Rechtenforum.nl