Appélschriftuur
#1: Appélschriftuur Auteur: Patricia20
 Geplaatst: do 21 okt 2010 21:10
—
Ik ben voor practicum druk bezig met het schrijven van een appélschriftuur ex. art 410 Sv. Op zich lukt het wel, en ik weet ook wel dat het de grieven tegen het vonnis moet bevatten. Ik zou alleen graag een voorbeeld zien van zo'n stuk. Hoe dat eruit ziet en hoe het is opgebouwd.
Kan iemand me hier mee helpen??
|
#2: Auteur: Guthman
Geplaatst: do 15 sep 2011 12:33
—
Als het goed is heb je via je opleiding toegang tot de Kluwer Navigator. Daarin kan je in "Modellen voor de rechtspraktijk" in elk geval een model vinden:
Voorbeeld appelschriftuur:
| Quote: |
Appelschriftuur
Geeft te kennen:
__________, wonende/verblijvende te __________, voor deze aangelegenheid woonplaats kiezende te __________, op het kantoor van mr. __________, die door hem bepaaldelijk is gemachtigd deze appelschriftuur te ondertekenen en in te dienen:
1. De rechtbank te __________ heeft op __________ vonnis gewezen in de zaak met parketnummer __________ en daarbij __________
2. Tegen deze beslissing heeft appellant op __________ hoger beroep ingesteld. Het hoger beroep richt zich met name op __________ en wel omdat __________.
3. Op de voet van art. 410 lid 3 Sv verzoekt appellant voor de terechtzitting in hoger beroep de volgende getuigen/deskundigen op te roepen, opdat zij aldaar kunnen worden gehoord:
a. __________, volgens het dossier woonachtig te/verblijvende te __________;
b. __________
Ter toelichting op deze verzoeken wordt het volgende opgemerkt. De verdediging wenst de getuige/deskundige __________ te horen, omdat __________
__________
(plaats en dagtekening)
__________
(handtekening)
|
____________________________
Toelichting
¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯
| Quote: |
Appelschriftuur
Geeft te kennen:
..., wonende/verblijvende te ..., voor deze aangelegenheid woonplaats kiezende te ..., op het kantoor van mr. ..., die door hem bepaaldelijk is gemachtigd deze appelschriftuur te ondertekenen en in te dienen:
1. De rechtbank te ... heeft op ... vonnis gewezen in de zaak met parketnummer ... en daarbij ...4)
2. Tegen deze beslissing heeft appellant op ... hoger beroep ingesteld. Het hoger beroep richt zich met name op ... en wel omdat ...5).
3. Op de voet van art. 410 lid 3 Sv verzoekt appellant voor de terechtzitting in hoger beroep de volgende getuigen/deskundigen op te roepen, opdat zij aldaar kunnen worden gehoord:
a
..., volgens het dossier woonachtig te/verblijvende te ...;
b
...
Ter toelichting op deze verzoeken wordt het volgende opgemerkt. De verdediging wenst de getuige/deskundige ... te horen, omdat ...6)
...
(plaats en dagtekening)
...
(handtekening)
1
Aan de formulering van de grieven worden geen hoge eisen gesteld (HR 19 juni 2007, NJ 2007, 625). De appelrechter is niet verplicht in zijn uitspraak op de in de appelschriftuur vervatte verweren te responderen, indien deze niet door of namens de verdachte uitdrukkelijk ter terechtzitting zijn voorgedragen. Zie o.a. HR 12 april 1949, NJ 1949, 454 en HR 26 juni 1984, NJ 1985, 75. De appelschriftuur wordt geacht binnen veertien dagen na het instellen van het hoger beroep te worden ingediend, bij de griffie van de rechtbank (art. 410 lid 1 Sv). Dat kan per fax (HR 2 maart 2010, NJ 2010, 145) en behoeft dus niet in persoon (HR 19 juni 2007, NJ 2007, 625).
2
In HR 16 februari 2010, LJN BL3964 heeft de Hoge Raad uiteengezet hoe na verwijzing of terugwijzing door de Hoge Raad moet worden omgegaan met aanvankelijk bij appelschriftuur opgegeven getuigen. Het komt er, kort gezegd, op neer dat in de procedure na verwijzing of terugwijzing niet art. 414 en 418 lid 3 Sv gelden, maar de regels van de eerste aanleg (art. 263–264 Sv). Wel geldt in dat geval onverkort de regel van art. 418 lid 2 Sv.
3
Zie HR 19 juni 2007, NJ 2007, 626.
4
Zakelijke samenvatting van de beroepen beslissing en opgave van de feiten waarop deze beslissing betrekking heeft.
5
Redenen van het appel kunnen bijvoorbeeld zijn in geval van een einduitspraak die een veroordeling behelst: de rechtbank is ten onrechte tot een bewezenverklaring gekomen, heeft ten onrechte een beroep op een strafuitsluitingsgrond verworpen of heeft een te hoge straf opgelegd; een en ander toegelicht en onderbouwd aan de hand van feiten, omstandigheden en argumenten.
6
Een onderbouwing van het verzoek getuigen/deskundigen ter terechtzitting in hoger beroep te horen, is niet wettelijk voorgeschreven. Uit bijvoorbeeld HR 30 november 2004, NJ 2005, 134 volgt evenwel dat een zorgvuldige onderbouwing van groot belang is voor de op het verzoek te nemen beslissing. Zie hierover ook HR 10 februari 2004, NJ 2004, 452 (m.nt. Knigge).
|
Hier nog: http://www.vanboomadvocaten.nl/downloads/Appelschriftuur%20Puttense%20zaak.pdf
Overigens, en dit bedoel ik niet jegens jou of anderszins verwijtend, maar het valt me echt op dat er vrijwel geen studenten zijn met toegang tot de Kluwer Navigator die ook maar een flauw idee hebben over de enorme hoeveelheid informatie die daar te vinden is...
|
|