Prof. dr. N.A.N.M. van Eijk, bijzonder hoogleraar Media- en Telecommunicatierecht: Zoekmachines: zoekt en gij zult vinden? Over de plaats van zoekmachines in het recht.
Onderzoek wijst uit dat internetgebruikers steeds afhankelijker zijn van zoekmachines om informatie te vinden. Tegelijkertijd zijn internetgebruikers vrijwel onbekend met de wijze waarop zoekmachines werken. Zoekresultaten worden gemanipuleerd door de aanbieders van zoekmachines, door de aanbieders van informatie en door hackers. Het opklimmen tot de bovenste plaats op de lijst met zoekresultaten is te koop of aanbieders van informatie maken gebruik van geavanceerde methoden om de zoekmachine te misleiden.
Zogeheten Google bombs zijn voorbeelden van 'recreatief gebruik' waarbij de uitkomst van zoekacties wordt beïnvloed. Wie zoekt naar 'miserable failure' of 'raar kapsel' komt uit bij de cv's van George Bush en Jan Peter Balkenende. Manipulatie van zoekresultaten door zoekmachines is vrijwel onvermijdelijk omdat het bedrijfsmodel van zoekmachines gebaseerd is op reclame-inkomsten. Door manipulatie kunnen deze worden gemaximaliseerd.
In het recht is nauwelijks aandacht voor zoekmachines: de zoekmachine is zoek in het recht. Volgens Nico van Eijk komt dat omdat zoekmachines buiten de wetgeving voor de media- en telecommunicatiesector vallen. Definities die gehanteerd worden, sluiten zoekmachines uit. Van Eijk bepleit daarom meer aandacht voor zoekmachines. In het recht zou dit betekenen dat de ontsluiting van informatie zelfstandige betekenis krijgt. Daarvoor is het nodig dat het klassieke onderscheid tussen media- en telecommunicatierecht komt te vervallen. Er dienen nieuwe mogelijkheden te worden gecreëerd om de werkwijze van zoekmachines transparant te maken en om op te kunnen treden tegen excessen. Tegelijkertijd moet de overheid het aanbod en gebruik van onafhankelijke zoekmachines meer bevorderen.
Oratie vrijdag 17 juni 14.30 uur
Locatie: Universiteit van Amsterdam
|