susannevera
Leeftijd: 33 Geslacht: Sterrenbeeld: Studieomgeving (BA): HInh
Berichten: 1
|
Geplaatst: zo 22 jun 2014 16:53 Onderwerp: derdenbescherming |
|
|
Hoi,
Ik heb morgen tentamen privaatrecht en loop eigenlijk een beetje vast op het stukje derdenbescherming. een van de vereisten waaraan je moet voldoen is goed trouw, wanneer is er de onderzoeks en wegwijsplicht?
Ik hoop dat iemand het me kan uitleggen.
Groetjes,
Susan |
|
marja.verstralen
Leeftijd: 43 Geslacht: Sterrenbeeld:
Berichten: 1100
|
Geplaatst: ma 23 jun 2014 16:55 Onderwerp: |
|
|
Goed, mijn antwoord is te laat voor je tentamen, maar misschien heb je er toch nog iets aan.
Allereerst de goede trouw, vereiste van art. 3:86 BW. Goede trouw veronderstelt dat iemand aan zijn onderzoeksplicht (art. 3:11 BW) heeft voldaan. Hoever die onderzoeksplicht reikt, verschilt van geval tot geval. In twee uiterste gevallen is uitspraak gedaan door de Hoge Raad:
- HR Hoogovens/Matex: in dit geval had Hoogovens stalen platen onder eigendomsvoorbehoud aan Swarttouw geleverd. Swarttouw was dus geen eigenaar van de stalen platen. Swarttouw verkoopt en levert de stalen platen aan Matex. Swarttouw gaat failliet en Hoogovens eist haar stalen platen op bij Matex. Matex had geen onderzoek gedaan naar het bestaan van een eigendomsvoorbehoud tussen Hoogovens en Swarttouw. Toch was Matex volgens het Hof en de Hoge Raad te goeder trouw (art. 3:86 BW). Voordat Swarttouw failliet ging, was ze nog goed betalend. Er was, gelet op het verkeersbelang (vlot handelsverkeer), voor Matex geen reden om nader onderzoek te verrichten naar de beschikkingsbevoegdheid van Swarttouw.
- HR Apon/Bisterbosch: een auto wordt door iemand geleend en onbevoegd doorverkocht zonder kopie deel III mee te geven. De oorspronkelijke eigenaar (Apon) revindiceert de auto bij de uiteindelijke verkrijger (Bisterbosch). Bisterbosch was volgens de Hoge Raad niet te goeder trouw, omdat hij de beschikkingsbevoegdheid niet had onderzocht door kopie deel III te onderzoeken.
Zo zie je maar, in het eerste geval geen nadere onderzoeksplicht en in het tweede geval wel.
Nu de wegwijsplicht. Deze staat in art. 3:87 BW en is een aanvullend vereiste op de goede trouw van art. 3:86 BW. Als de verkrijger binnen drie jaar na zijn verkrijging wordt gevraagd naar de gegevens van wie hij heeft verkregen, dan moet hij deze gegevens verstrekken. Doet hij dat niet, dan is hij niet te goeder trouw en kan hij geen beroep doen op art. 3:86 BW. |
|