Vraag over Nederlandse Warenwet en Broodbesluit!!

[Esther22]

Heej dames & heren,

Kheb weer een vraag aan jullie over "vrij verkeer van goederen". Deze vraag staat in mijn boek, willen jullie me helpen met het antwoordt?

In Nederland gelden strenge wettelijke voorschriften voor het zogenoemde “drogestofgehalte" van brood. Dit is vastgelegd in de Warenwet en het Broodbesluit. De achtergrond daarvan is te zorgen dat het brood niet te “licht” is en dat de consument dus waar voor zijn geld krijgt.

Kelderman B.V., een broodfabriek te Leeuwarden, importeert diverse broodsoorten uit o.a. Duitsland en Frankrijk en brengt deze via supermarkten op de Nederlandse markt. Uit Frankrijk wordt een brood ingevoerd dat daar bekend staat als “brioches”. Het is een luchtig, maar toch voedzaam brood waaraan extra zoetstof en roomboter is toegevoegd. Het brood voldoet echter niet aan de regels van de Nederlandse Warenwet en het Broodbesluit omdat het “drogestofgehalte” te laag is. De Keuringsdienst van Waren maakt proces-verbaal op en de officier van justitie te Leeuwarden besluit Kelderman B.V. te vervolgen.

Kan de officier van justitie met succes vragen om veroordeling van Kelderman B.V. door de rechter van de rechtbank Leeuwarden vanwege het te lage “drogestofgehalte” van de geïmporteerde brioche-broden?

Ik denk zelf dat het niet kan, ivm met de uitzonderingen van Cassis-de-Dyon........

Alle hulp is welkom

Alvast bedankt!!

Groetjes,
Esther

[bona fides]

Bij dit soort vragen doet het er meestal niet zo toe of je op "ja" of op "nee" uitkomt. Het gaat erom dat je nauwkeurig en volledig het schema afloopt en op de juiste plaatsen verwijst naar de relevante arresten en verdragsbepalingen.

Dus eerst aangeven welke vrijheid in het geding is, welk artikel van toepassing is, wat de mogelijke uitzonderingen zijn, enz. enz. (Ik heb het schema op dit moment niet meer in mijn hoofd.)

Op het eind moet je een afweging maken. Daar moet je wat regels aan besteden waarin je duidelijk maakt waarom je tot een "ja" of "nee" komt.
_________________
Hanc marginis exiguitas non caperet.