Parcifal
Leeftijd: 72 Geslacht: Sterrenbeeld:
Berichten: 24
|
Geplaatst: wo 25 sep 2013 9:32 Onderwerp: Politiek: aanpak orde in toezichtdossier haalt niets uit |
|
|
Wat heeft Hoekstra eigenlijk onderzocht en wat heeft de Orde onder leiding van Hoekstra tot nu toe in gang gezet om het toezicht te vernieuwen en te verbeteren? Eerder zijn rapporten opgesteld door de commissie Van Wijmen advocatuur en Docters van Leeuwen, heeft Hoekstra hieraan getoetst, wat zijn, zijn bevindingen en zijn de ervaringen van burgers, waarmee Hoekstra heeft gesproken, kenbaar in zijn tussen- en eindrapportages 2012? Het antwoord daarop is niet te vinden in de rapportages van Hoekstra.
Zomaar een paar vragen van een burger die de wrange gevolgen heeft moeten ondervinden van hiaten in de wetgeving van de Advocatenwet en de willekeur en onbeperkte macht van dekens. Waar kan een niet-juridisch geschoolde burger heen als hij het gemotiveerd oneens is met de wijze waarop zijn klachten door de deken zijn onderzocht en onjuist en onvolledig zijn omschreven in de Aanbiedingsbrief van de deken?
Tuchtrechters zijn gehouden aan hetgeen de deken heeft onderzocht alles wat daarbuiten valt is geen onderdeel van een tuchtrechtelijke beoordeling omdat daarvoor de wettelijke grondslag ontbreekt. Burgers krijgen bij de mondelinge behandeling van hun klachten van de tuchtrechter circa 10 tot 15 minuten de tijd om hun klachten toe te lichten en dat is voor een niet-juridisch geschoolde een schier onmogelijke opgave om juridisch adequaat het dekenonderzoek ter discussie te stellen dat de weergave van het feitencomplex in de aanbiedingsbrief van de deken onjuist en onvolledig is.
Burgers hebben daarmee bij tuchtrechters geen schijn van kans en zijn hun klachten bij voorbaat kansloos. Hoekstra heeft hiervan wetenschap omdat hij met burgers gesproken heeft maar wat staat daarvan in zijn eindrapportage 2012?
De lobby van de advocatuur naar de politiek lijkt onaantastbaar, burgers met ervaring met het advocatentuchtrecht staan daar alleen voor, zijn niet georganiseerd en wordt door de Orde van Advocaten en politiek nog steeds niet serieus genomen.
Kort samengevat de opdracht die Hoekstra van de Orde van Advocaten heeft gehad raakt niet de kern van het probleem waarop burgers hadden gehoopt. De opdracht aan Hoekstra is alleen naar binnen gericht. Gezien de statuur van Hoekstra mag redelijkerwijs verwacht worden dat in zijn eindrapportage hieraan aandacht wordt gegeven evenals het resultaat wat de Orde van Advocaten heeft bereikt naar aanleiding van het onderzoek door de Commissie van Wijmen en Docters van Leeuwen, dat is Hoekstra gezien zijn staat van dienst verplicht om niet de schijn tegen te hebben van: ' wiens brood men eet wiens taal men spreekt'.
Nu de Orde van Advocaten jarenlang niets hebben gedaan om het toezicht te verbeteren en te vernieuwen, niet willen luisteren aar de ervaringen van burgers die hun recht zoeken is extern toezicht onvermijdelijk. Argumenten die de Orde van Advocaten aanvoeren van aantasting van hun onafhankelijkheid geldt ook voor de ervaring van burgers met dekens. Hoe onafhankelijk is een deken als een burgers zich verplicht moet vervoegen bij een deken met zijn klachten tegen een advocaat uit hetzelfde arrondissement waaruit ook nog eens de deken door diezelfde advocaten wordt gekozen?
De vaste tweede Kamercommissie van Veiligheid en Justitie zal als volksvertegenwoordigers de ervaringen van burgers serieus moeten nemen en op het wetsvoorstel van Teeven met amendementen moeten komen waarbij de positie van deken vergaand wordt beperkt. Burgers moeten wettelijk de mogelijkheid krijgen om het klachtenonderzoek ter discussie te stellen bij een onafhankelijke onderzoeker, die niet komt uit hetzelfde arrondissement als de deken en beklaagde advocaat en die ook geen advocaat is. De kosten daarvan dienen volledig door de Orde z'n Advocaten gedragen te worden en daarmee de Orde van Advocaten een eigen financieel belang krijgt voor het verbeteren en toezicht op de advocatuur.
De conclusie dient dan ook te zijn dat de wetgever zo krachtig mogelijk moet optreden tegen schendingen van dekens op de fundamentele rechtsbeginselen van onze rechtstaat en ook van toepassing dient te verklaren op de te grote geslotenheid van het eigen tuchtrecht systeem van de advocatuur nu het onderzoek van Hoekstra blijk geeft hierna geen onderzoek te hebben verricht en daarmee onvolledig is en niet transparant.
Zie: http://www.mr-online.nl/nieuws/juridisch-nieuws/politiek-aanpak-orde-in-toezichtsdossier-haalt-niets-uit.html |
|