Leren omgaan met je wettenbundels
Selecteer berichten van
# tot #
Afdrukken

Rechtenforum.nl -> Juridische vaardigheden

#1: Leren omgaan met je wettenbundels Auteur: Bombarie BerichtGeplaatst: do 12 okt 2006 14:48
    —
Op zich heb ik nog niet veel problemen ondervonden tijdens de studie maar ik begin me, nu de eerste tentamens naderen, wel een beetje druk te maken over het feit dat ik een kwartier werk heb om een wet op te zoeken in één van mijn bundels.

Heeft iemand tips om hier eerder handigheid in de krijgen, natuurlijk maak ik wel mijn opdrachten maar die zijn absoluut niet gericht op het leren werken met de wettenbundels, eigenlijk wel vreemd dat ze hier niet gewoon werkcolleges over geven of iets dergelijks...

Nou wie weet kan iemand me helpen en hebben er meer nog iets aan de eventuele tips! Bedankt!!

#2:  Auteur: Duch BerichtGeplaatst: do 12 okt 2006 15:00
    —
Een paar zaken die je in de gaten kan houden (die voor zowel Vermande als Kluwer gelden):

Voorin is de index van alle wetten die in je bundel staan. Als je een wet (bv. Kieswet) zoekt, kijk dan in die index voorin. Dat gaat veel sneller dan hetzelfde opzoeken in je index.

Denk even na voordat je gaat zoeken. Datgene wat je al weet helpt je snel de mogelijkheden beperken. Als je bijvoorbeeld weet in welke wet iets staat (hoe de wet heet waar het in staat), dan helpt dat je met zoeken.

Als je weet in welke wet iets staat, gebruik dan de inhoudsopgave van het betreffende deel van je wettenset. Daarin staat in welke hoofdstukken de wet is opgedeeld. Dit helpt je snel een overzicht krijgen van waar iets kan staan.

Pas als je het echt niet weet gebruik je je index. Het gebruik ervan is namelijk redelijk traag.

Tot slot: bereid je wettenset voor op je tentamen. Dat doe je door goed te strepen en door te weten welke wetten er voor een vak gebruikt worden.

Helpt dit?

#3:  Auteur: Nemine contradicente BerichtGeplaatst: do 12 okt 2006 15:41
    —
En vergeet natuurlijk niet de tabs te gebruiken.
Als je de Vermande of Kluwer gebruikt krijg je daar een heel vel met (kleine) stickertjes bij.
Als je die aanbrengt zodat ze uitsteken is het makkelijk om bijvoorbeeld in één keer het BW3 of BW6 te openen.
En verder kan het helpen om een keer alle burgerlijke wetten te lezen en te onthouden wat waar staat;

BW1: Personen en familierecht
BW2: Rechtspersonen
BW3: Vermogensrecht
BW4: Erfrecht
BW5: Zakelijke rechten
BW6: Algemeen verbintenissenrecht
BW7: Bijzondere overeenkomsten

Dan weet je dus ook als je een vraag krijgt op je tentamen over afstamming, ongerechtvaardigde verrijking of het oprichten van een BV je in respectievelijk BW1, BW6 en BW2 zult moeten kijken.

#4:  Auteur: Bombarie BerichtGeplaatst: do 12 okt 2006 18:13
    —
Erg bedankt voor jullie tips, ik gebruik de kluwer en heb de tabs inderdaad al netjes ingeplakt. Ik vindt het ook een goed plan om wetten te gaan onderstrepen voor bepaalde vakken, daar had ik eigenlijk nog niet aan gedacht. En natuurlijk veel oefenen, ik ga mijn best doen en meer tips zijn natuurlijk altijd welkom!!

#5:  Auteur: Arnoud Engelfriet BerichtGeplaatst: do 12 okt 2006 20:36
    —
Je loopt achter, Nemine! We hebben toch ook een Boek 8 (Verkeersmiddelen en vervoer) en een Boek 9 (IE)?

#6:  Auteur: Nemine contradicente BerichtGeplaatst: do 12 okt 2006 20:54
    —
Dat klopt Arnoud, maar BW8 zal (nog) niet behandeld worden in het begin van de studie, en BW9 staat niet in de Kluwer.

#7:  Auteur: tikSimone BerichtGeplaatst: do 12 okt 2006 22:24
    —
Bombarie, het helpt ook wel als je kernwoorden of delen van een zin in een bepaling onderstreept. Als voorbeeld 2:26 lid 2 BW: daar heb ik het woord meerzijdig onderstreept, om nog even voor mezelf te benadrukken dat je niet in je eentje een vereniging kunt oprichten.

Misschien wel leuk om eens even door te nemen: Juridische vaardigheden, een introductie (Bos, Vlieger en Van Vonno, Boom Juridische Studieboeken). Daar staan leuke en handige weetjes in over bijv. wetten en het lezen van jurisprudentie. Voor de Eur 14 die het boek kost hoef je het niet te laten.

Overigens had er wat mij betreft aan het begin van de studie best meer aandacht mogen zijn voor dit soort vaardigheden. En voor bijv. het correct gebruik van jo. etc. Daar moet je al doende maar achterkomen, lijkt het.

#8: Re: Leren omgaan met je wettenbundels Auteur: ergo sum BerichtGeplaatst: vr 13 okt 2006 1:00
    —
Bombarie schreef:
natuurlijk maak ik wel mijn opdrachten maar die zijn absoluut niet gericht op het leren werken met de wettenbundels

Stiekem zijn die opdrachten er wel voor bedoeld om te grasduinen in de wettenbundels, waardoor je ermee leert werken.

#9: Re: Leren omgaan met je wettenbundels Auteur: Bombarie BerichtGeplaatst: vr 13 okt 2006 11:37
    —
ergo sum schreef:
Bombarie schreef:
natuurlijk maak ik wel mijn opdrachten maar die zijn absoluut niet gericht op het leren werken met de wettenbundels

Stiekem zijn die opdrachten er wel voor bedoeld om te grasduinen in de wettenbundels, waardoor je ermee leert werken.


Ja dat begrijp ik natuurlijk en dat wordt mij ook steeds verteld, dat het "vanzelf wel komt" maar nu het eerste tentamen er aan komt en ik er nog ontzettend lang over doe om iets op te zoeken, begin ik me toch een beetje zorgen te maken! Tips zijn gewoon altijd handig, ik zal eens gaan kijken voor dat boek tikSimone, goede tip!

#10: Re: Leren omgaan met je wettenbundels Auteur: Dahliya BerichtGeplaatst: vr 13 okt 2006 14:33
    —
Bombarie schreef:
ergo sum schreef:
Bombarie schreef:
natuurlijk maak ik wel mijn opdrachten maar die zijn absoluut niet gericht op het leren werken met de wettenbundels

Stiekem zijn die opdrachten er wel voor bedoeld om te grasduinen in de wettenbundels, waardoor je ermee leert werken.


Ja dat begrijp ik natuurlijk en dat wordt mij ook steeds verteld, dat het "vanzelf wel komt" maar nu het eerste tentamen er aan komt en ik er nog ontzettend lang over doe om iets op te zoeken, begin ik me toch een beetje zorgen te maken! Tips zijn gewoon altijd handig, ik zal eens gaan kijken voor dat boek tikSimone, goede tip!




Dit baarde mij ook zorgen en dan ga ik me juist druk maken. Ik denk dan als ik het nu voor een husiwerkopdracht wel snel kan vinden biedt dat geen garantie dat ik dat ook bij een tentamen net zo snel kan vinden. Ik denk dat dit komt doordat ik dan niet zo ervaren ben. Howe vaker je het doet hoe zelfverzekerder je dan wordt. Dus mijn advies is vooral niet druk maken om je tentamen scheelt een hoop stress!!

#11:  Auteur: Duch BerichtGeplaatst: vr 13 okt 2006 14:42
    —
Het is sowieso handig om voor je tentamen te weten welke artikelen je ongeveer nodig hebt. Maak anders een paar oude tentamen, dan kom je snel genoeg in. Voor een groot deel is het uiteindelijk toch gewoon weten dat een bepaald artikel bestaat.

#12:  Auteur: clauclau BerichtGeplaatst: do 19 okt 2006 13:37
    —
Wat ik doe is leren met de wettenbundels ernaast. Belangrijke artikelen die in de tekst (vaak) genoemd worden, kun je dan meteen een paar keer opzoeken en doorlezen.
Vaak wordt er in de leerstof ook verwezen naar andere wetsartikelen of soms naar jurisprudentie, die je in samenhang met dat betreffende artikel kunt bekijken. ik schrijf deze wetsartikelen (en de jurisprudentie) dan bij dat artikel. dan weet ik dat, wanneer ik dat artikel nodig hebt, ik in samenhang met dat artikel nog moet kijken naar andere artikelen, namelijk degene die ik ernaast heb geschreven.

En inderdaad ook veel markeren, dat helpt ook. Dan weet je voor jezelf wat het belangrijkste is en welke vereisten er eventueel zijn voor dat artikel.

Maar leren omgaan met je wettenbundel is eigenlijk het feitelijk hanteren van je wettenbundel. dat betekent dus dat je deze dan ook moet gebruiken bij het maken van de opdrachten en tijdens het leren ter onsteuning van het leren.

Succes ermee!

#13:  Auteur: JetKroket BerichtGeplaatst: di 17 apr 2007 19:58
    —
Hierbij ondersteunend materiaal bij het gebruik van de wettenverzameling (OU)
- Hoe werken wettenbundels?
- Hoe moet ik met de bundel werken?
___

Toelichting Wettenverzameling


1. Inleiding
Ten behoeve van de juridische beroepspraktijk wordt door diverse uitgevers wetgeving in boekvorm op de markt gebracht. Er bestaan dan ook verschillende uitgaven. De ene uitgave omvat vrijwel de gehele Nederlandse wetgeving, bijvoorbeeld de editie Schuurman en Jordens. Andere uitgaven bevatten slechts een gedeelte van de Nederlandse wetgeving, bijvoorbeeld de editie Cremers. Steeds vaker bieden uitgevers ook in elektronische vorm, op cd-rom of via Internet, de teksten van de in Nederland geldende wet- en regelgeving aan. De Open Universiteit heeft voor haar studenten Rechtswetenschappen een licentie-overeenkomst afgesloten met Sdu Uitgevers voor gebruik van “OpMaat”, waardoor u gratis toegang heeft tot diverse online juridische databanken van Sdu, waaronder “de Wettenbank”. Voor toegang tot “OpMaat” (http://opmaat.ou.nl/) dient u gebruik te maken van uw Blackboard-gebruikersnaam en wachtwoord. Daarnaast kunt u ook via de website van de overheid (http://wetten.overheid.nl) gratis regelgeving raadplegen.

Tijdens de rechtenstudie heeft men voldoende aan een verzameling van de belangrijkste in Nederland geldende wet- en regelgeving. Er bestaan diverse algemene wettenverzamelingen die speciaal zijn samengesteld voor rechtenstudenten, zoals de "Kluwer Collegebundel" en de "Sdu Wettenverzameling”. Hoewel het OUNL-studenten is toegestaan tijdens de studie en/of bij het maken van een tentamen gebruik te maken van een andere (mits niet geannoteerde!!!) wettenverzameling, wordt dit niet aanbevolen. Het cursusmateriaal en de tentamens zijn namelijk gebaseerd op de in de Sdu Wettenverzameling en de Kluwer Collegebundel opgenomen wet- en regelgeving. Het is derhalve aan te raden om een van deze twee bundels te gebruiken. Overigens dient u deze jaarlijks (in augustus) te vervangen door een nieuwe geactualiseerde editie.

2. De systematiek van de Sdu Wettenverzameling en - summier - de Kluwer Collegebundel
De manier waarop de Nederlandse wet- en regelgeving door de diverse uitgevers in een bundel wordt gerangschikt verschilt per uitgever. Elke uitgave kent zijn eigen systematiek. De Sdu Wettenverzameling (pocketeditie) bestaat uit 3 delen. Behalve teksten van de in Nederland geldende verdragen, wetten en andere algemeen verbindende voorschriften is ook toekomstige wetgeving (wijzigingen of aanvullingen), waarvan de verwachting is dat deze tijdens het lopende studiejaar in werking zal treden, opgenomen. De tekst van toekomstige regelgeving is opgenomen bij de wet waarop zij betrekking heeft en is cursief afgedrukt (Kluwer), of gemerkt met een verticale streep in de linkermarge (Sdu).
Alle drie de delen bevatten een algemene inhoudsopgave, een alfabetische inhoudsopgave, een lijst van afkortingen en een trefwoordenregister. Het trefwoordenregister van Sdu is per deel op de inhoud van dat deel toegesneden, Kluwer heeft in elk van de beide delen een algemeen trefwoordenregister.

De drie delen van de Sdu Wettenverzameling corresponderen met de volgende drie rechtsgebieden:
Deel A: Staats- en Bestuursrecht
Deel B: Burgerlijk (proces)recht
Deel C: Straf(proces)recht
In de algemene inhoudsopgave, opgenomen aan het begin van elk deel, wordt deze indeling als uitgangspunt gehanteerd. In die algemene inhoudsopgave treft u onder iedere rubriek een opsomming aan van de wettelijke regelingen over dat rechtsgebied die in de bundel zijn opgenomen. Elk van de drie delen bevat behalve regels van nationaal recht, ook regels van in Nederland geldend internationaal recht. Zowel het nationaal recht als het internationaal recht bestaat uit regels van materieel recht en regels van procesrecht (formeel recht). Er kunnen derhalve de volgende categorieën worden onderscheiden:
- Staatsrecht deel A
- Bestuursrecht deel A
- Bestuursprocesrecht deel A
- Materieel burgerlijk recht deel B
- Burgerlijke rechtsvordering (procesrecht) deel B
- Strafrecht deel C
- Strafvordering (procesrecht) deel C
- Verdragen (internationaal recht) deel A, B en C
De uitgever heeft geprobeerd het internationale recht bij de desbetreffende rechtsgebieden in te delen, maar men dient er op bedacht zijn dat er ook verdragen zijn die op méér dan één nationaal rechtsgebied betrekking hebben, bijvoorbeeld het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens (ingedeeld bij staats- en bestuursrecht (deel A) is ook zeer belangrijk voor het strafrecht (deel C)). Iets soortgelijks geldt trouwens voor sommige nationale wettelijke regelingen. De Wet op de rechterlijke organisatie bijvoorbeeld staat in deel B (burgerlijk recht), maar is evenzeer belangrijk voor het staatsrecht (organisatie van de rechterlijke macht) en het procesrecht op bestuursrechtelijk en strafrechtelijk gebied.
LET OP: de aanduidingen met A, B, of C en een Arabisch cijfer in de Sdu Wettenverzameling zijn alleen voor gebruik bij het opzoeken en worden nooit gehanteerd om bepalingen aan te duiden (zie daarvoor par. 5 van deze toelichting)

De Kluwer Collegebundel bestaat uit twee delen:
I. Privaatrecht (het burgerlijk (proces)recht)
II. Publiekrecht (het staats- en bestuursrecht, strafrecht en verdragen, ook als ze vooral privaatrechtelijke onderwerpen regelen)
Ook de Kluwer heeft een inhoudsopgave per deel en een algemene alfabetische inhoudsopgave. In de inhoudsopgave verwijst de Kluwer naar Romeins genummerde rubrieken, waarin de afzonderlijke regelingen worden aangeduid met Arabische cijfers.
LET OP: deze aanduidingen zijn alleen voor gebruik bij het opzoeken en worden nooit gehanteerd om bepalingen te duiden (zie daarvoor par. 5 van deze toelichting).


3. Hoe vindt u wat u zoekt?
Indien u wilt weten of (en zo ja, waar) een regeling is opgenomen in de Sdu Wettenverzameling, kunt u het beste de alfabetische inhoudopgave raadplegen, die u aantreft achter de algemene inhoudsopgave (opgenomen in ieder van de 3 delen). Achter de desbetreffende wet ziet u vervolgens in welk deel van de wettenverzameling en onder welk volgnummer in dat deel de door u gezochte wet is te vinden. Bijvoorbeeld de Algemene wet op het binnentreden vindt u in deel C onder volgnummer 21. De aanduiding C21 staat vermeld in de kopregel van de desbetreffende pagina’s.
Indien u echter naar specifieke bepalingen met betrekking tot een bepaald onderwerp zoekt (of wanneer u niet weet in welke wet een bepaald onderwerp is geregeld) dan kunnen de bij de desbetreffende delen behorende trefwoordenregisters, goede diensten bewijzen. In de trefwoordenregisters, die zijn opgenomen achterin elk deel, treft u een groot aantal trefwoorden en subtrefwoorden aan, met verwijzing naar de desbetreffende wet en het artikelnummer. Een verwijzing naar een wettelijke regeling wordt doorgaans gedaan met de gebruikelijke afkorting. Via de lijst met afkortingen, opgenomen voor in elk deel, kunt u nagaan welke wettelijke regeling is bedoeld.
Achter sommige wetsartikelen zijn bovendien verwijzingen opgenomen naar andere wetsartikelen. Deze verwijzingen betreffen wettelijke bepalingen die samenhangen met het onderwerp dat is geregeld in het wetsartikel waarbij de verwijzing is opgenomen.

Voor het opzoeken in de Kluwer Collegebundel verwijzen wij u naar de in deze bundel opgenomen instructie.


4. De systematiek van een wetstekst.
De belangrijkste eenheden binnen een wet of wetboek zijn de artikelen. Deze zijn meestal doorlopend genummerd. Een artikel kent vaak een aanhef en is vervolgens onderverdeeld in leden. Leden kunnen vervolgens weer uiteenvallen in nog kleinere onderdelen, welke worden aangegeven met letters (a, b) of cijfers (1, 2 enz.)

Voorbeeld:
Art. 67 van het Wetboek van strafvordering kent een onderverdeling in drie leden, waarvan lid 1 weer is onderverdeeld in a, b en c.

De artikelen van een wettelijke regeling zijn vaak ondergebracht in allerlei hiërarchische verbanden. De benamingen hiervan kunnen verschillend zijn. Zo komt u tegen: paragrafen, afdelingen, titels, hoofdstukken en boeken.
In de Sdu Wettenverzameling is voor enkele omvangrijke wetten (vaak aangeduid als wetboek) aan het begin van de desbetreffende wet een inhoudsopgave opgenomen, met daarin een overzicht van de opbouw/onderverdeling van die wet. In de Kluwer Collegebundel zijn vergelijkbare inhoudsopgaven te vinden aan het begin van de met Romeinse cijfers genummerde rubrieken.

Voorbeeld:
De Vreemdelingenwet 2000 is onderverdeeld in respectievelijk: hoofdstukken (die soms verder zijn onderverdeeld in afdelingen, zoals Hoofdstuk 3), afdelingen (die soms zijn onderverdeeld in paragrafen, zoals Hoofdstuk 3, afdeling 3), paragrafen en artikelen.
Het Burgerlijk Wetboek is onderverdeeld in: boeken (onderverdeeld in titels), titels (onderverdeeld in afdelingen), afdelingen (onderverdeeld in artikelen) en artikelen. Zie de inhoudsopgave van het Burgerlijk wetboek.


5. Citeertitels en afkorten van wetten
Vrijwel iedere wet heeft een citeertitel, doorgaans te vinden in het laatste of voorlaatste wetsartikel.

Voorbeelden:
De "Wet tot vaststelling van bepalingen betreffende het opium en andere verdovende middelen" heeft als citeertitel "Opiumwet" (zie art. 14 Opiumwet).
De "Wet houdende regelen nopens de huurprijzen van onroerend goed en de bescherming van huurders" heeft als citeertitel "Huurwet" ( zie art. 33 Huurwet).
De "Wet houdende algemene regels van bestuursrecht" heeft als citeertitel "Algemene wet bestuursrecht" (zie art. 11:4 Algemene wet bestuursrecht).

Bij het schriftelijk citeren van de meest aangehaalde wettelijke regelingen wordt doorgaans gebruik gemaakt van afkortingen. De gehanteerde afkortingen treft u aan in uw wettenbundel.

Voorbeelden:
Het Burgerlijk Wetboek heeft als algemeen gebruikelijke afkorting BW.
Het Wetboek van Strafrecht wordt afgekort als Sr, de Algemene wet bestuursrecht als Awb.
N.B. Er zijn ook wettelijke regelingen die niet afgekort worden; deze worden dan voluit geciteerd. Indien u er niet zeker van bent of een afkorting algemeen gebruikelijk is en dus door de lezer wordt begrepen, kunt u beter de wet beter volledig citeren. Gebruik bij het citeren nooit de letter-cijfercombinaties die Sdu Wettenverzameling bovenaan de bladzijden heeft gezet (A1 enz.); deze zijn slechts bestemd om het bladerend opzoeken te ondersteunen. Hetzelfde geldt voor de rubrieksaanduidingen van Kluwer (zie ook eerder in deze toelichting).


6. Het citeren van wetsartikelen
Bij het citeren van wetsartikelen geldt als hoofdregel dat u enkel het nummer van het artikel (voorafgegaan door het woord 'artikel', eventueel. afgekort als 'art.') dient te vermelden. Indien van toepassing dient u ook het relevante lidnummer te vermelden en bij een nadere onderverdeling tevens het relevante nummer of de relevante letter. Uiteraard eindigt u met de vermelding van de (afgekorte) benaming van de wet. Deze hoofdregel houdt mede in dat u niet het boek, de titel, de paragraaf, etc. waarin het artikel staat in uw vermelding opneemt.

Voorbeeld:
Diefstal is geregeld in art. 310 van Titel XXII van het Tweede Boek van het Wetboek van Strafrecht.
Aangezien alle artikelen in het Wetboek van Strafrecht zijn doorgenummerd, kunt u bij het citeren van dit artikel echter volstaan met: art. 310 Sr of art. 310 Wetboek van Strafrecht.

Op voornoemde hoofdregel bestaat een belangrijke uitzondering. Als een wet of wetboek is onderverdeeld in boeken of hoofdstukken die elk afzonderlijk aanvangen met artikelnummer 1, dan dient u ook het nummer van het boek of het hoofdstuk te citeren. Wanneer u dat vergeet, is namelijk niet duidelijk welk artikel u bedoelt.
De hier bedoelde opbouw van wetten vinden we onder meer terug in het Burgerlijk Wetboek (onderverdeeld in acht, of, met het 'overgangsboek' 7A meegerekend, negen boeken) en in de Algemene wet bestuursrecht (onderverdeeld in elf hoofdstukken). Een artikel uit het Burgerlijk Wetboek (BW) dient te worden aangeduid met het nummer van het Boek gevolgd door een dubbele punt (Smile en het artikelnummer. Indien u een artikel uit de Algemene wet bestuursrecht (Awb) citeert c.q. noteert, dient u op soortgelijke wijze voorafgaand aan het artikelnummer het nummer van het desbetreffende hoofdstuk van de Awb te noteren.

Voorbeelden:
Onrechtmatige daad is geregeld in art. 162 van Boek 6, Titel 3, Afdeling 1 van het Burgerlijk Wetboek. De juiste wijze van citeren van dit artikel is: art. 6:162 BW.
De indieningtermijn voor een bezwaarschrift is geregeld in art. 7 van Hoofdstuk 6, Afdeling 6.2 van de Algemene Wet bestuursrecht. De juiste wijze van citeren van dit artikel is: art. 6:7 Awb

Soms dienen twee met elkaar samenhangende artikelen in verband met elkaar worden weergegeven om de correcte juridische kwalificatie aan te duiden. Men maakt dan gebruik van de afkorting jo. (juncto).
Voorbeeld:
Poging tot diefstal.
Diefstal staat geregeld in art. 310 Sr. Poging in art. 45 Sr. Poging tot diefstal wordt dan art. 310 jo. art. 45 Sr.


7. Tot slot:
Het is toegestaan tijdens tentamens gebruik te maken van een wettenbundel waarin bepaalde passages (van wetsartikelen) zijn onderstreept of gemarkeerd (met een markeerstift). Het is echter NIET toegestaan om tijdens het tentamen gebruik te maken van een wettenbundel die is voorzien van teksten en/of cijferaanduidingen.

Utrecht, september 2006

M. Baks
C.M.B. Delnooz


Basiscursus recht R01152 Open Universiteit Nederland

Oefening hantering wettenverzameling

Beantwoord onderstaande vragen aan de hand van de wettenbundel. Vermeld zo mogelijk steeds de wettelijke bepaling waaraan het antwoord is ontleend.

1a. Welke straf kan de rechter maximaal opleggen voor diefstal?

1b. De wettelijke bepaling waaraan u een antwoord op vraag 1a kunt ontlenen bevat de woorden "van de vierde categorie", die niet zonder meer duidelijk zijn. Kunt u de betekenis ervan aan de hand van de wet preciseren?
2a. In welke wettelijke bepaling kunt u vinden wat een requisitoir is?
2b. Op welke gerechtelijke procedure(s) heeft deze bepaling betrekking? Maak bij de beantwoording van opgave 2b gebruik van de indeling van het wetgevingsproduct waarin u de bepaling hebt aangetroffen.

3a. Wat voor soort bepalingen staan er vaak aan het begin van een wet?

3b. Wat voor soort bepalingen staan er vaak aan het eind van een wet?
(Raadpleeg voor de beantwoording van de vragen 3a en 3b bijvoorbeeld de Algemene wet bestuursrecht, de Opiumwet, de Pachtwet, de Woningwet en de Wet werk en bijstand.)

4. Kunt u de Leerplichtwet in uw wettenverzameling vinden? [Besteed aan deze vraag niet te veel tijd!]

5. Geldt in Nederland dat na overlijden van de Koning(in) deze door zijn of haar oudste zoon wordt opgevolgd?

6. Hoeveel wetboeken zijn er die materieel burgerlijk recht bevatten? (Onder het materieel burgerlijk recht valt niet het burgerlijk procesrecht [burgerlijke rechtsvordering], dat formeel burgerlijk recht wordt genoemd.)

7. Een vraag over omgaan met de indeling van een wet(boek).
In artikel P 15 Kieswet vindt u bepalingen over de toewijzing van zetels aan kandidaten op grond van voorkeurstemmen. Nu zijn er in Nederland op grond van de Kieswet verkiezingen voor:
- het Europees Parlement;
- de Tweede Kamer (der Staten-Generaal);
- de Eerste Kamer (der Staten-Generaal);
- provinciale staten;
- gemeenteraden.
Voor de verkiezingen van wélke van deze vertegenwoordigende lichamen is artikel P 15 geschreven? (Een, overigens niet-onoverkomelijke, handicap bij de beantwoording van deze vraag is dat in de Sdu Wettenverzameling [ten onrechte!] geen inhoudsopgave van de Kieswet is opgenomen.)



Rechtenforum.nl -> Juridische vaardigheden

Tijden zijn in GMT + 2 uur

Pagina 1 van 1

© 2003 - 2005 Rechtenforum.nl