Content Syndication
|
|
|
|
|
|
  |
Pagina 2 van 2 |
Ga naar pagina Vorige 1, 2 |
|
|
| Auteur |
Bericht |
Gertje
Leeftijd: 37
Geslacht: 
Sterrenbeeld: 
Studieomgeving (BA): RUG
Studieomgeving (MA): RUG
Berichten: 111
|
 Geplaatst: za 29 sep 2007 12:01 Onderwerp: |
   |
|
Jurgen, de echtgenoot hééft geen recht op een legitieme portie, alleen de afstammelingen, jij en je zus dus. Stiefkinderen hebben daar ook geen recht op.
Succes bij het gesprek, maar bedenk dat het geen kwestie van onderhandelen is. De notaris voert het uit zoals het in het testament en in de wet staat, daar is geen polderen bij mogelijk. Dat kun je wel proberen met de erfgenamen, maar daar gaat de notaris niet over. De notaris is onafhankelijk en is dus ook niet tegen jou! |
|
|
|
|
 |
Gertje
Leeftijd: 37
Geslacht:
Sterrenbeeld:
Studieomgeving (BA): RUG
Studieomgeving (MA): RUG
Berichten: 111
|
| Geplaatst: za 29 sep 2007 12:03 Onderwerp: |
|
|
Oh, je had je reactie inmiddels aangepast. Dan heb ik niks gezegd over die legitieme van de echtgenoot  |
|
|
|
|
|
jurgen
Leeftijd: 64
Geslacht: 
Sterrenbeeld: 
Berichten: 9
|
| Geplaatst: za 29 sep 2007 13:05 Onderwerp: |
|
|
Gertje:
Ik moet hem overtuigen van een kennelijke fout in zijn berekening, da's geen polderen.
| Quote: | .. De legitimarissen hebben een portie van ieder 1/6 van de massa zijnde het zuiver saldo vermeerderd met 50% van de door de huw.gemeenschap gedane schenkingen door schulderkenning.
Welke zij door inkorting ex 4:87 zouden verkrijgen voor 3/15 bij weduwe en bij legataris ieder voor 1/15. Ingevolge 4:91 kunnen de makingen aan stiefkinderen niet ingekort worden, en wordt de vordering welke zij als legitimaris hebben voor dat deel verminderd, zodat resteert als vordering voor ieder van hen op erflaters weduwe een 1/10 gedeelte van het zuiver saldo |
Dat is mooi nederlands maar nonchalant. Hij vergeet gemakshalve dat legaat + schenking meer bedragen dan de drempel in art91. Bovendien interpreteert hij art91 zodanig dat evenredige inkorting belangrijker is dan de legitieme, en kort hij de legitieme eenvoudigweg voor dat deel wat op de stiefkinderen ingekort zou worden, zonder te kijken of dit wellicht elders dient te gebeuren.
Ik zal hem wijzen en eenvoudig kunnen overtuigen van hetgeen hij vergeten is, maar zal hem ook moeten overtuigen dat zijn interpretatie van art91 wellicht niet de juiste is. Da's geen polderen en niet onderhandelen, maar elk mens heeft de neiging zijn eigen berekening als de juiste te zien, en deze te verdedigen. |
|
|
|
|
|
Gertje
Leeftijd: 37
Geslacht:
Sterrenbeeld:
Studieomgeving (BA): RUG
Studieomgeving (MA): RUG
Berichten: 111
|
| Geplaatst: za 29 sep 2007 14:47 Onderwerp: |
|
|
Jurgen, ik volg je berekening niet helemaal (ligt aan mij, ik zit er even niet zo in), maar ik hoop voor je dat het je lukt als de notaris inderdaad fout zit.
Wat ik nog in mijn boek van erfrecht heb kunnen vinden over art. 4:91 BW:
| Quote: | In de eerste zin van lid 1 van art. 4:91 is bepaald dat indien de erflater makingen of giften heeft gedaan aan een stiefkind, in afwijking van de art. 4:80-89 op die makingen en giften niet wordt ingekort, behoudens voor zover de waarde daarvan hoger is dan tweemaal hetgeen de legitieme portie van een kind van de erflater had belopen, indien de door de erflater aldus bevoordeelde stiefkinderen diens eigen kinderen waren geweest. Eerst geeft de wet de erflater dus de mogelijkheid makingen of giften aan het stiefkind te doen onder vrijwaring van inkorting. Die mogelijkheid wordt begrensd tot tweemaal hetgeen de legitieme portie van een kind van de erflater had belopen, indien de aldus bevoordeelde stiefkinderen diens eigen kinderen aren gweest. Deze limiet kan worden aangeduid als: 'de immuniteitsgrens'. Voor hetgeen het stiefkind meer krijgt, kan wel worden ingekort. Wordt de immuniteitsgrens overschreden, dan is geen sprake meer van een gelijke behandeling van de stiefkinderen met de legitimarissen, maar van een bevoordeling van de stiefkinderen boven de legitimarissen.
(...)
Dient een legitimaris zich op grond van art. 4:91 te onthouden van inkorting bij het stiefkind, dan neemt dat niet weg dat zijn tekort bij anderen kan worden teruggehaald.
Giften aan een stiefkind
Ik roep in herinnering dat niet iedere gift voor de berekening van de legitimaire massa in aanmerking komt (art. 4:67). In aanmerking komen in ieder geval wel de giften door de erflater aan een afstammeling gedaan, mits deze of een afstammeling van hem legitimaris is (art. 4:67 sub d). Daarentegen komen niet in aanmerking de giften aan de stiefkinderen, voor zover de prestatie niet binnen vijf jaren voor het overlijden van erflater is geschied (art. 4:67 sub e). Deze laatstbedoelde groep oudere giften behoeft voor de toepassing van art. 4:91 nadere aandacht.
Vooropgesteld moet worden dat de regel van art. 4:67 dat op deze giften niet kan worden ingekort, ook bij art. 4:91 onverkort van toepassing is. Art. 4:91 breidt de categorie van inkortbare giften zoals die volgt uit art. 4:67 dus niet uit als het gaat om giften aan stiefkinderen. De minister acht het onwenselijk om daarin verandering te brengen, 'mede omdat in deze gevallen niet zonder meer uit valt te gaan van ee bij de erflater levende wens om het stiefkind gelijk te behandelen met eigen kinderen.'
Deze oudere giften zijn wel anderszins van belang: bij e bepalingen van de immuniteitsgrens én voor het antwoord op de vraag of de makingen en giften aan het stiefkind deze immuniteitsgrens overschrijven.
In de eerste plaats zijn de oudere giften dus van belang voor de immuniteitsgrens. Deze wordt overschreven voor zover de waarde van aan een stiefkind gedane makingen en giften hoger is dan: twee maal hetgeen de legitieme portie van een kind van de erflater had belopen, indien de door de erflater aldus bevoordeelde stiefkinderen eigen kinderen van de erflater zijn geweest. Zouden de stiefkinderen eigen kinderen van de erflater zijn geweest, dan zouden de oudere giften op grond van art. 4:67 sub d meetellen.
In de tweede plaats zijn de oudere giften relevant voor de vraag of de makingen en giften aan het stiefkind deze immuniteitsgrens overschrijden. Ook bij de vaststelling daarvan tellen de oudere giften mee. |
Bron: B.C.M. Waaijer, Handboek Erfrecht, 2006
Misschien heb je hier nog wat aan voor de interpretatie van art. 4:91 BW!
Succes! |
|
|
|
|
|
jurgen
Leeftijd: 64
Geslacht:
Sterrenbeeld:
Berichten: 9
|
| Geplaatst: za 29 sep 2007 15:21 Onderwerp: |
|
|
kijk! dat lijkt mijn standpunt toch aardig te ondersteunen.
genoteerd, en ik zal de notaris er even fijntjes op wijzen.  |
|
|
|
|
|
|
|
| |
Pagina 2 van 2 |
Ga naar pagina Vorige 1, 2 |
|
U mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen
U mag geen reacties plaatsen
U mag uw berichten niet bewerken
U mag uw berichten niet verwijderen
U mag niet stemmen in polls
|
|
|
|
